UV/K/1
|
Oriëntatie op de UV-branche
|
|
|
|
1.
|
De kandidaat heeft inzicht in:
– de doelgroepen en werkvelden in de uiterlijke verzorgings-branche
– de eigen toekomstmogelijkheden
– werken in de uiterlijke verzorgings-branche.
|
X
|
X
|
X
|
UV/K/2
|
Professionele vaardigheden
|
CE
|
CE
|
|
2.
|
De kandidaat kan planmatig werken.
|
X
|
X
|
|
3.
|
De kandidaat kan reflecteren op het eigen handelen.
|
X
|
X
|
|
4.
|
De kandidaat kan op systematische wijze werkzaamheden uitvoeren.
|
X
|
X
|
|
5.
|
De kandidaat kan de Nederlandse taal functioneel gebruiken.
|
X
|
X
|
|
6.
|
De kandidaat kan tijdens de werkvoorbereiding en de werkuitvoering op basaal niveau
berekeningen maken.
|
X
|
X
|
|
7.
|
De kandidaat kan economisch bewust omgaan met materialen en middelen.
|
X
|
X
|
|
8.
|
De kandidaat kan de werkzaamheden op een veilige wijze uitvoeren.
|
X
|
X
|
|
9.
|
Kandidaat kan milieubewust handelen.
|
X
|
X
|
|
10.
|
De kandidaat kan hygiënisch werken.
|
X
|
X
|
|
11.
|
De kandidaat kan zich aan- en inpassen in de bedrijfscultuur.
|
X
|
X
|
|
12.
|
De kandidaat kan samenwerken bij het uitvoeren van werkzaamheden.
|
X
|
X
|
|
13.
|
De kandidaat kan omgaan met verschillen op basis van culturele gebondenheid en geslacht.
|
X
|
X
|
|
14.
|
De kandidaat kan informatie beoordelen op bruikbaarheid, betrouwbaarheid en representativiteit.
|
X
|
X
|
|
UV/K/3
|
Sociale en communicatieve vaardigheden
|
|
|
|
15.
|
De kandidaat kan:
– cliënten ontvangen en afscheid van hen nemen
– een zakelijk gesprek voeren
– een onderhoudend gesprek voeren
– sociale vaardigheden hanteren.
|
X
|
X
|
|
16.
|
De kandidaat kan in een praktijk(simulatie):
– cliënten ontvangen en afscheid van hen nemen
– een zakelijk gesprek voeren
– een onderhoudend gesprek voeren
– sociale vaardigheden hanteren.
|
|
|
X
|
17.
|
De kandidaat heeft kennis van het ontstaan en de invloed van vooroordelen.
|
X
|
X
|
X
|
UV/K/4
|
Drama
|
|
|
|
18.
|
De kandidaat kan zich verbaal en non-verbaal uiten in een (rollen)spel, individueel
en in samenspel met andere spelers.
|
X
|
X
|
X
|
UV/K/5
|
Grondhouding
|
|
|
|
19.
|
De kandidaat kan:
– zichzelf op passende wijze presenteren
– zorgdragen voor een verzorgd uiterlijk
– respectvol omgaan met anderen
– omgaan met regels en zich houden aan afspraken
– zich kritisch opstellen ten opzichte van werk en eigen belang
– klantvriendelijk handelen.
|
X
|
X
|
X
|
UV/K/6
|
Informatie en communicatie technologie
|
CE
|
CE
|
|
20.
|
De kandidaat kan binnen het vakgebied met behulp van geautomatiseerde systemen:
– informatie opzoeken
– werken met software
– een eenvoudig zakelijk verslag maken
– administratieve werkzaamheden uitvoeren.
|
X
|
X
|
|
21.
|
De kandidaat heeft inzicht in aspecten van technologische vernieuwingen en de gevolgen
daarvan voor de beroepspraktijk.
|
X
|
X
|
|
UV/K/7
|
Hygiëne
|
CE
|
CE
|
|
22.
|
De kandidaat kan:
– de regels voor de eigen lichaamshygiëne en voor de bedrijfshygiëne en veiligheid
in de praktijk toepassen
– de huid desinfecteren.
|
X
|
X
|
|
23.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– het belang van een verzorgd uiterlijk
– mogelijke overgevoeligheidsreacties op desinfecteermiddelen.
|
X
|
X
|
|
UV/K/8
|
Volwassenen/ouderen
|
CE
|
CE
|
|
24.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– factoren die invloed hebben op het gedrag van mensen
– verschijnselen die horen bij verschillende leeftijden in relatie tot de UV-praktijk
– houdingen en opvattingen met betrekking vanuit levensovertuigingen en culturele
achtergronden.
|
X
|
|
|
25.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– factoren die invloed hebben op het gedrag van mensen
– verschijnselen die horen bij verschillende leeftijden in relatie tot de UV-praktijk
– houdingen en opvattingen met betrekking vanuit levensovertuigingen en culturele
achtergronden
– ziekten die veel voorkomen bij ouderen.
|
|
X
|
|
UV/K/9
|
Zieken
|
|
|
|
26.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de relatie tussen leefstijl en besmetting en het ontstaan van ziekten
– preventie, oorzaak en verschijnselen van de meest voorkomende ziekten.
|
X
|
|
|
27.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de relatie tussen leefstijl en besmetting en het ontstaan van ziekten
– preventie, oorzaak en verschijnselen van de meest voorkomende ziekten
– hoe gehandeld moet worden in de UV-praktijk wanneer een ziekte zich voordoet
– de betekenis van ziek zijn voor de betrokkene en de omgeving.
|
|
X
|
|
UV/K/10
|
Van top tot teen
|
|
|
|
28.
|
De kandidaat kan producten voor algemene lichaamsverzorging en -hygiëne toepassen.
|
X
|
X
|
|
29.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de meest voorkomende producten voor de algemene lichaamsverzorging
– aspecten die van invloed zijn op het uiterlijk en de betekenis daarvan.
|
X
|
X
|
|
UV/K/11
|
Veiligheid
|
|
|
|
30.
|
De kandidaat kan:
– potentieel onveilige praktijksituaties herkennen en vermijden
– EHBO-basistechnieken toepassen.
|
X
|
X
|
|
31.
|
De kandidaat heeft kennis van punten die belangrijk zijn bij het verlenen van Eerste
Hulp.
|
X
|
X
|
|
UV/K/12
|
Gezondheid/gezondheidszorg
|
CE
|
CE
|
|
32.
|
De kandidaat heeft kennis van de relatie tussen lichamelijk, geestelijk en sociaal
welbevinden.
|
X
|
X
|
|
UV/K/13
|
Voeding
|
CE
|
CE
|
|
33.
|
De kandidaat kan voedings- en genotmiddelen beoordelen en op verantwoorde wijze aanbieden.
|
X
|
X
|
|
34.
|
De kandidaat heeft kennis van de invloed van voedingsgedrag op de gezondheid en op
het uiterlijk.
|
X
|
X
|
|
UV/K/14
|
Verkooptheorie
|
|
|
|
35.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– detailhandelsvormen, winkeltypen en bedieningsvormen
– assortimentsindelingen
– de begrippen BTW, bruto- en nettoprijs
– verkoopregistratie.
|
X
|
|
|
36.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– detailhandelsvormen, winkeltypen en bedieningsvormen
– assortimentsindelingen
– de begrippen BTW, bruto- en nettoprijs
– verkoopregistratie
– merkenbeleid.
|
|
X
|
|
UV/K/15
|
Verkoopwerkzaamheden
|
|
|
|
37.
|
De kandidaat kan:
– de verkoopruimte verzorgen
– goederen ontvangen en verwerken
– de kassa bedienen en betalingen afhandelen
– een verkoopgesprek voeren.
|
X
|
|
|
38.
|
De kandidaat kan:
– de verkoopruimte verzorgen
– goederen ontvangen en verwerken
– de kassa bedienen en betalingen afhandelen
– een verkoop- en adviesgesprek voeren.
|
|
X
|
|
UV/K/16
|
Productpresentatie
|
|
|
|
39.
|
De kandidaat kan:
– producten in een verkoopruimte presenteren
– een artikel inpakken
|
X
|
X
|
|
40.
|
De kandidaat heeft kennis van artikelpresentatie.
|
X
|
X
|
|
UV/K/17
|
Haaradvies, onderzoek en behandelingsplan
|
|
|
|
41.
|
De kandidaat kan een diagnose maken van haar en hoofdhuid.
|
X
|
X
|
|
42.
|
De kandidaat kan de dikte en de vorm van het haar vaststellen met behulp van een micrometer.
|
|
X
|
|
UV/K/18
|
Haarverzorging
|
CE
|
CE
|
|
43.
|
De kandidaat kan het haar van een cliënt wassen en verschillende verzorgende producten
toepassen.
|
X
|
|
X
|
44.
|
De kandidaat kan:
– het haar van een cliënt wassen en verschillende verzorgende producten toepassen
– een diagnose stellen voor een hoofdhuidmassage
– onder begeleiding een hoofdhuidmassage uitvoeren.
|
|
X
|
|
45.
|
De kandidaat heeft kennis van verschillende verzorgende producten voor het haar en
hun uitwerking.
|
X
|
|
|
46.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– verschillende verzorgende producten voor het haar en hun uitwerking
– het doel en de uitwerking van een hoofdhuidmassage.
|
|
X
|
|
47.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– eigenschappen, structuur, bouw en functies van het haar
– verschillende verzorgende producten voor het haar en hun uitwerking.
|
|
|
X
|
UV/K/19
|
Verzorgen van lang haar
|
|
|
|
48.
|
De kandidaat kan lang haar ontwarren, wassen en drogen met een föhn.
|
X
|
X
|
|
49.
|
De kandidaat heeft kennis van de eisen voor de behandeling van lang haar.
|
X
|
X
|
|
UV/K/20
|
Föhnen
|
CE
|
CE
|
|
50.
|
De kandidaat kan:
– het haar van een cliënt in model drogen met behulp van föhn, borstel en handen
– de kneed- en/of scrunchtechniek toepassen
– cosmetische producten aanbrengen.
|
X
|
X
|
X
|
51.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– technisch en modisch föhnen
– het begrip volume
– het afdelen van het haar
– kammen en borstels
– soorten föhnen, krultangen en thermoborstels
– cosmetische producten met betrekking tot het föhnen.
|
|
X
|
|
52.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– technisch en modisch föhnen
– het begrip volume
– het afdelen van het haar
– kammen en borstels.
|
X
|
|
X
|
53.
|
De kandidaat kan een modisch kapsel föhnen.
|
|
X
|
|
UV/K/21
|
Structuurbehandeling
|
|
|
|
54.
|
De kandidaat kan een negen-vakken-permanentwikkeling toepassen.
|
X
|
X
|
|
55.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– het verband tussen de diameter van de wikkel en de krulsterkte
– de toepassing van de warmtebron bij permanenten.
|
X
|
|
|
56.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– het verband tussen de diameter van de wikkel en de krulsterkte
– de toepassing van de warmtebron bij permanenten
– de werking van verschillende soorten permanent- en stabilisatievloeistoffen.
|
|
X
|
|
UV/K/22
|
Kleuren
|
|
|
|
57.
|
De kandidaat kan:
– een kleurenstaalkaart gebruiken voor het vinden van de haarkleur
– met een vervangend middel een haarverfbehandeling toepassen.
|
X
|
X
|
|
58.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de grondstoffen voor kleurbehandelingenvan de kleurenleer.
|
X
|
|
|
59.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de grondstoffen voor kleurbehandelingen van de kleurenleer
– oxidatieve en niet-oxidatieve haarkleurmiddelen.
|
|
X
|
|
UV/K/23
|
Knippen
|
|
|
|
60.
|
De kandidaat kan:
– haarstroken afdelen voor het knippen
– haarstroken recht, horizontaal, diagonaal en verticaal afknippen.
|
X
|
X
|
X
|
61.
|
De kandidaat heeft kennis van effileren, scharen, de materialen en soorten.
|
X
|
X
|
X
|
UV/K/24
|
Handverzorging en massage
|
CE
|
CE
|
|
62.
|
De kandidaat kan onder begeleiding de handen verzorgen, inclusief lakken van de nagels.
|
X
|
X
|
|
63.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de functies van beenderen, de gewrichten in hand en onderarm en de nagel
– nagelverzorgingsproducten, -verfraaiingsproducten en instrumenten voor handverzorging
– afwijkingen aan de nagels van de vingers.
|
X
|
X
|
|
64.
|
De kandidaat kan onder begeleiding een massage van hand- en onderarm uitvoeren.
|
|
X
|
|
65.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– soorten en samenstelling van beenderen
– de verschillende massagegrepen.
|
|
X
|
|
UV/K/25
|
Voetverzorging en massage
|
|
|
|
66.
|
De kandidaat kan onder begeleiding de voeten verzorgen, inclusief, massage en lakken.
|
X
|
X
|
|
67.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de gewrichten in onderbeen en voet, nagelafwijkingen aan de nagels van de tenen
– voet- en nagelverzorgingsproducten en instrumenten voor voetverzorging.
|
X
|
|
|
68.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de gewrichten in onderbeen en voet, nagelafwijkingen aan de nagels van de tenen
– voet- en nagelverzorgingsproducten en instrumenten voor voetverzorging
– contra-indicaties voor voetverzorging.
|
|
X
|
|
UV/K/26
|
Huidreiniging en huidsoorten
|
CE
|
CE
|
|
69.
|
De kandidaat kan onder begeleiding een huidanalyse maken van de gezichtshuid, de huid
manueel reinigen en een dagcrème aanbrengen.
|
X
|
|
|
70.
|
De kandidaat kan onder begeleiding:
– een huidanalyse maken
– de huid manueel reinigen en verzorgen
|
|
X
|
|
71.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– reinigingssystemen en –producten
– overgevoeligheidsreacties.
|
X
|
|
|
72.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– reinigingssystemen en –producten
– overgevoeligheidsreacties
– huidafwijkingen en de behandeling daarvan.
|
|
X
|
|
UV/K/27
|
Ontharen
|
|
|
|
73.
|
De kandidaat kan onder begeleiding wenkbrauwharen verwijderen, inclusief voor- en
nabehandeling.
|
X
|
X
|
|
74.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– wimper- en wenkbrauwharen
– ontharingsmethoden en -middelen.
|
X
|
|
|
75.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– wimper- en wenkbrauwharen
– ontharingsmethoden en –middelen
– oorzaken van overbeharing.
|
|
X
|
|
UV/K/28
|
Make-up
|
|
|
|
76.
|
De kandidaat kan onder begeleiding een dagmake-up aanbrengen.
|
X
|
X
|
X
|
77.
|
De kandidaat heeft kennis van de regels van het aanbrengen en toepassen van dagmake-up.
|
X
|
|
X
|
78.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de regels van het aanbrengen en toepassen van dagmake-up
– gezichtsvormen en gezichtsvormcorrectie.
|
|
X
|
|
UV/K/29
|
Weefsel
|
|
|
|
79.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de bouw en functies van de huid
– de invloeden van kunstmatige effecten op de huid, zoals cosmetica, zonnebank, sauna,
tatoeage, piercing.
|
X
|
|
|
80.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de bouw en functies van de huid
– de invloeden van kunstmatige effecten op de huid, zoals cosmetica, zonnebank, sauna,
tatoeage, piercing
– soorten spieren en spierweefsel
– de opbouw van de spier.
|
|
X
|
|
UV/K/30
|
Cosmetica
|
|
|
|
81.
|
De kandidaat kan cosmetica gebruiken en bewaren.
|
|
X
|
|
82.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de grondvormen en de samenstelling van cosmetische producten en verzorgende cosmetica
– de relatie tussen cosmeticagebruik en overgevoeligheid.
|
|
X
|
|
UV/K/31
|
Handverzorging
|
|
|
|
83.
|
De kandidaat kan de handen verzorgen, inclusief lakken van de nagels.
|
|
|
X
|
84.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de functies van beenderen, de gewrichten in hand en onderarm en de nagel
– nagelverzorgingsproducten, -verfraaiingsproducten en instrumenten voor handverzorging.
|
|
|
X
|
UV/K/32
|
Voetverzorging
|
|
|
|
85.
|
De kandidaat kan de voeten verzorgen, inclusief lakken van de nagels.
|
|
|
X
|
86.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– de gewrichten in onderbeen en voet, nagelafwijkingen aan de nagels van de tenen
– voet- en nagelverzorgingsproducten en instrumenten voor voetverzorging.
|
|
|
X
|
UV/K/33
|
Huidreiniging
|
|
|
|
87.
|
De kandidaat kan de huid reinigen en verzorgen.
|
|
|
X
|
88.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– bouw en functies van de huid
– invloeden van kunstmatige effecten op de huid, zoals cosmetica, zonnebank, sauna,
tatoeage, piercing.
|
|
|
X
|
UV/V/1
|
Integratieve opdracht
|
|
CE
|
|
89.
|
De kandidaat kan een praktische opdracht uitvoeren die betrekking heeft op één derde
deel van de eindtermen van het kerndeel.
In dat verband kan de kandidaat:
In de voorbereidingsfase:
a. een uitgewerkte opzet maken voor de praktische opdracht
b. een haalbare activiteiten- en tijdsplanning maken
In de fase van de uitvoering:
a. relevante informatie verzamelen
b. de verzamelde informatie verwerken, analyseren en interpreteren
c. de verzamelde informatie beknopt en helder weergeven
In de fase van de afsluiting:
a. het resultaat van de opdracht op samenhangende wijze schriftelijk weergeven met
behulp van een tekstverwerkingsprogramma conform de eisen aan lay-out, indeling en
opmaak
b. het resultaat van de praktische opdracht mondeling presenteren met behulp van media
en presentatievaardigheden
c. demonstreren dat de vaktechnische vaardigheden worden beheerst die voorkomen in
de eindtermen van het kerndeel waarop de opdracht betrekking heeft
d. eigen opvattingen beargumenteren
In de fase van de evaluatie:
a. het uitvoeringsproces en het resultaat van de opdracht evalueren aan de hand van
vooraf gegeven criteria.
De kandidaat kan verantwoording afleggen voor de wijze waarop het resultaat van opdracht
tot stand is gekomen, aan de hand van een
a. plan van aanpak of
b. logboek of
c. procesevaluatie.
|
|
X
|
|
ZWG/K/2
|
Professionele vaardigheden
|
|
|
CE
|
I.
|
De kandidaat kan planmatig werken.
|
|
|
X
|
II.
|
De kandidaat kan reflecteren op het eigen handelen.
|
|
|
X
|
III.
|
De kandidaat kan op systematische wijze werkzaamheden uitvoeren.
|
|
|
X
|
IV.
|
De kandidaat kan de Nederlandse taal functioneel gebruiken.
|
|
|
X
|
V.
|
De kandidaat kan tijdens de werkvoorbereiding en de werkuitvoering op basaal niveau
berekeningen maken.
|
|
|
X
|
VI.
|
De kandidaat kan economisch bewust omgaan met materialen en middelen.
|
|
|
X
|
VII.
|
De kandidaat kan de werkzaamheden op een veilige wijze uitvoeren.
|
|
|
X
|
VIII.
|
Kandidaat kan milieubewust handelen.
|
|
|
X
|
IX.
|
De kandidaat kan hygiënisch werken.
|
|
|
X
|
X.
|
De kandidaat kan zich aan- en inpassen in de bedrijfscultuur.
|
|
|
X
|
XI.
|
De kandidaat kan samenwerken bij het uitvoeren van werkzaamheden.
|
|
|
X
|
XII.
|
De kandidaat kan omgaan met verschillen op basis van culturele gebondenheid en geslacht.
|
|
|
X
|
XIII.
|
De kandidaat kan informatie beoordelen op bruikbaarheid, betrouwbaarheid en representativiteit.
|
|
|
X
|
ZWG/K/6
|
Informatie en communicatie technologie
|
|
|
CE
|
XIV.
|
De kandidaat kan binnen het vakgebied met behulp van geautomatiseerde systemen:
– informatie opzoeken
– werken met software
– administratieve werkzaamheden uitvoeren.
|
|
|
X
|
XV.
|
De kandidaat heeft inzicht in aspecten van technologische vernieuwingen en de gevolgen
daarvan voor de beroepspraktijk.
|
|
|
X
|
ZWG/K/7
|
Sociaal pedagogisch werk
|
|
|
CE
|
XVI.
|
De kandidaat kan:
– met eigen emoties en die van anderen omgaan
– begrip tonen voor de gevoelens en wensen van de zorgvrager rond zorgverlening.
|
|
|
X
|
XVII.
|
De kandidaat heeft kennis van:
– lichamelijke, geestelijke, sociale en maatschappelijke invloeden en veranderingen
bij kinderen
– de zorgvrager stimuleren tot zelfredzaamheid zelfzorg en ADL.
|
|
|
X
|
ZWG/K/10
|
Persoonlijke verzorging
|
|
|
CE
|
XVIII.
|
De kandidaat kan:
– producten voor algemene lichaamsverzorging en -hygiëne toepassen
– een dagmake-up aanbrengen
– de handen verzorgen.
|
|
|
X
|
XIX.
|
De kandidaat heeft kennis van aspecten die van invloed zijn op het uiterlijk en de
betekenis daarvan.
|
|
|
X
|
ZWG/K/11
|
Assisteren en verzorgen
|
|
|
CE
|
XX.
|
De kandidaat kan:
– eenvoudige (verzorgende)activiteiten voorbereiden, uitvoeren en evalueren
– de ziekenkamer verzorgen
– enkele eenvoudige EHBO-basistechnieken toepassen.
|
|
|
X
|