Artikel 3 van de Wet BIG geeft aan dat er registers zijn voor de volgende beroepsbeoefenaren: arts, tandarts,
apotheker, gezondheidszorgpsycholoog, psychotherapeut, fysiotherapeut, verloskundige
en verpleegkundige. Voor inschrijving in een van de registers komen niet alleen houders
van een Nederlands diploma in aanmerking, maar ook houders van een buitenlands diploma.
Buitenslands gediplomeerden met een nationaliteit van een land dat deel uitmaakt van
de EER of van de Zwitserse Bondsstaat, die een diploma of getuigschrift bezitten dat
wordt genoemd in de krachtens artikel 41, eerste lid, onder a, van de Wet BIG vastgestelde Regeling aanwijzing buitenlandse diploma’s gezondheidszorg, hebben dezelfde
rechten op inschrijving in een krachtens artikel 3 van de Wet BIG ingesteld register als de bezitters van het desbetreffende Nederlandse diploma. Zij
kunnen rechtstreeks een verzoek om inschrijving indienen bij het BIG-register (http://www.bigregister.nl),
Postbus 16114, 2500 BC Den Haag, info@bigregister.nl.
Buitenslands gediplomeerden die niet in het bezit zijn van een in de Regeling aanwijzing
buitenlandse diploma’s gezondheidszorg genoemd diploma of wel zo’n diploma bezitten
maar niet de nationaliteit van een EER-land of van de Zwitserse Bondsstaat, kunnen,
een verklaring als bedoeld in artikel 41, eerste lid, onder b, van de Wet BIG (vakbekwaamheidsverklaring) bij de minister (Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg)
aanvragen.
De website van het Verwijspunt Buitenslands Gediplomeerden Volksgezondheid (http://www.verwijspunt.nl),
Postbus 16114, 2500 BC Den Haag, info@verwijspunt.nl , bevat informatie over allerlei
zaken waarmee buitenslands gediplomeerden die werk zoeken in de Nederlandse gezondheidszorg,
te maken kunnen krijgen. Dit betreft niet alleen informatie op het gebied van vergunningen
en diplomawaardering, maar ook over tal van andere zaken die van belang zijn.
Op 1 december 1997 is artikel 34 van de Wet BIG in werking getreden. Thans zijn dat de beroepen van apothekersassistent, diëtist,
ergotherapeut, huidtherapeut, klinisch fysicus, logopedist, mondhygiënist, oefentherapeut,
optometrist, orthoptist, podotherapeut, radiodiagnostisch laborant, radiotherapeutisch
laborant, tandprotheticus en verzorgende in de individuele gezondheidszorg.
De beoefenaren van deze beroepen kunnen bij de minister een vakbekwaamheidsverklaring
aanvragen als bedoeld in artikel 45, eerste lid, van de Wet BIG. In tegenstelling tot de ’artikel-3-beroepen’ kennen de ’artikel-34-beroepen’ geen
wettelijke registratie. Dat betekent dat een positief besluit van de minister op een
verzoek van een ’artikel-34-beroepsbeoefenaar’ omtrent een vakbekwaamheidsverklaring,
alleen tot gevolg heeft dat betrokkene de desbetreffende opleidingstitel mag voeren.
Wel bestaat er voor de beroepen diëtist, ergotherapeut, huidtherapeut, logopedist,
mondhygiënist, oefentherapeut-Cesar en -Mensendieck, podotherapeut, optometrist, orthoptist,
radiodiagnostisch laborant en radiotherapeutisch laborant het Kwaliteitsregister Paramedici,
Postbus 16124, 2500 BC Den Haag, www.kwaliteitsregisterparamedici.nl; informatienummer
0900-2020818.
Dit register heeft een privaatrechtelijk karakter en is niet bij wet ingesteld.
De inschrijving in het BIG register respectievelijk het mogen voeren van een opleidingstitel
geven op zichzelf niet recht op beroepsuitoefening in Nederland. Daarvoor dient de
buitenslands gediplomeerde een door de Minister van Justitie toegekende verblijfsstatus
te hebben die hem/haar toestaat arbeid te verrichten alsmede voor beroepsbeoefenaren
die geen onderdaan zijn van een EER-land, een door de Minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid verleende tewerkstellingsvergunning.
Voor een verantwoorde beroepsuitoefening is het goed kunnen communiceren met patiënten
en andere beroepsbeoefenaren essentieel. Dat betekent dat het beheersen van de Nederlandse
taal van groot belang is. De toekomstige werkgever, respectievelijk supervisor alsmede
de zorgverzekeraar kunnen ter zake eisen stellen. Ook de Wet geneeskundige behandelingsovereenkomst
geeft aan dat hulpverlener en patiënt elkaar goed moeten kunnen begrijpen. Vandaar
dat buitenslands gediplomeerden die de Nederlandse taal nog niet in voldoende mate
beheersen, er verstandig aan doen om reeds gedurende de behandeling van hun verzoek
om een vakbekwaamheidsverklaring de Nederlandse taal te gaan leren.