3.1. Het bepalen van de ernst van de overtreding
[Regeling vervallen per 13-01-2024]
Overtredingen worden ingedeeld naar de klassen zoals gedefinieerd in het AIB. Bij
de indeling in de klassen is met name beoordeeld in hoeverre een overtreding een risico
kan vormen voor de voedselveiligheid (tracering), de verspreiding van dierziekten,
de herstelbaarheid daarvan, ondermijning van het systeem en of er sprake is van calculerend
en/of bewust risico-nemend gedrag. Hoe groter het risico, hoe ernstiger de overtreding
wordt gekwalificeerd.
De kwalificatie in het interventiebeleid van de boetecategorieën naar ernst kan verschillen
van de kwalificatie naar ernst van de overtredingsklasse in de Regeling handhaving en overige zaken Wet dieren. Dit is verklaarbaar, want het doel van de kwalificering en de criteria zijn verschillend.
In het specifiek interventiebeleid is het doel het bepalen van de overtredingsklasse
en in de Regeling handhaving en overige zaken Wet dieren gaat het om het bepalen van
de hoogte van de boete.
Bij een aantal overtredingen bepalen de omstandigheden van het geval of de niet naleving
wordt aangemerkt als geringe overtreding (D), overtreding (C) of ernstige overtreding
(B). De volgende indeling wordt aangehouden:
Aard en ernst van de overtreding:
Gering feit (D), gering risico op aantasting diergezondheid, volksgezondheid, of geringe
ondermijning van het systeem. Er zijn in de bijlage een aantal feiten benoemd die onder deze categorie vallen. Voor de klasse D overtredingen
geldt dat bij een vierde constatering van een overtreding van klasse D wordt overgegaan
naar de interventie die volgt op de constatering van een klasse C overtreding. Dat
betekent dat een schriftelijke waarschuwing dient te volgen, conform het AIB. Bij
een vijfde constatering kan er overgegaan worden op een interventie conform een klasse
B overtreding.
Overtreding (C) / ernstige overtreding (B)
Bij de meeste overtredingen bepalen de omstandigheden van het geval danwel de omvang
van de overtreding of de niet-naleving wordt aangemerkt als overtreding (C) of ernstige
overtreding (B).
Indeling van overtredingen in verschillende overtredingsklassen heeft op een aantal
verschillende manieren plaatsgevonden:
Getalsmatige criteria
Bij diverse overtredingen is de indeling in overtredingsklasse B gebaseerd op getalsmatig
criteria. In die gevallen is de overtreding die in categorie B is ingedeeld exact
geformuleerd. Overtredingen van dezelfde norm die als D-overtreding zijn aangemerkt
betreffen geringe afwijkingen. In dat geval worden kleine afwijkingen (zoals weinig
dieren, of afwijkingen die een klein risico vormen) ingedeeld als D-overtreding.
Alle overige overtredingen van diezelfde norm, die niet vallen onder de exacte omschrijving
behorende bij B, en geen ‘geringe overtreding’ zijn, worden beschouwd als C-overtreding.
In het specifiek interventiebeleid zijn deze overtredingen aangeduid als ‘niet zijnde
B of D’.
Structureel / incidenteel
Andere overtredingen zijn niet op basis van een getalsmatig criterium ingedeeld, maar
zijn als een B-overtreding ingedeeld als er sprake is van structurele overtredingen
van die norm. De tegenhanger van een structurele overtreding is een incidentele overtreding
(overtredingsklasse C). Onder incidentele overtreding wordt verstaan: een overtreding
die betrekking heeft op een gering aantal dieren, of een overtreding die slechts een
geringe afwijking van de norm is.
Om bij indeling van bepaalde overtredingen rekening te houden met grote én met kleine
bedrijven, komen bij een aantal normen 2 criteria voor, bijvoorbeeld minimaal 10%
én minimaal 10 dieren.