A. Integraal Gebouw
|
A.1
|
Integraal met Maatwerkadvies
|
Bestemd voor: energieprestatie verbetering van bestaande gebouwen,
en bestaande uit: een pakket met maatregelen dat leidt tot een verbetering van ten minste drie labels
en minimaal tot label B, waarbij het energielabel is vastgesteld volgens de bepalingsmethodiek
van NTA 8800 opgesteld na 1 januari 2021 of een maatwerkadvies onder certificaat (BRL9500
MWA-W/U) uitgevoerd door een vakbekwaam EP-maatwerkadviseur W/U.
Toelichting: Voor aanvang van de werkzaamheden wordt het referentie label bepaald,
na afloop van de werkzaamheden wordt het definitieve label bepaald.
De kosten van beide labelbepalingen komen in aanmerking voor deze regeling.
In plaats van een maatwerkadvies mag ook een gedegen portefeuilleroutekaart worden
aangeleverd. Wel moet er een energielabel aangetoond worden die opgesteld is na uitvoering
van de gesubsidieerde activiteiten.
|
A.2
|
Integraal Breeam-NL
|
Bestemd voor: een duurzaam gerenoveerd gebouw (deel) waarvoor een minimale score van 55% op het
aspect ‘Asset’ van het keurmerk voor duurzame vastgoedobjecten (BREEAM-NL-In-Use,
versie 6) van de Dutch Green Building Council wordt behaald, waarbij voor de volgende
categorieën ten minste de genoemde scores worden behaald: 60% op ‘Energie’, 45% op
‘Landgebruik en Ecologie’ en 45% op ‘Materiaalstromen’, wat blijkt uit een vooraf
vastgesteld (self assessment) en bij vaststelling een oplever assessment, afgegeven
volgens BREEAM-NL-In-Use, versie 6 en goedgekeurd door een erkend en onafhankelijke
assessor,
en bestaande uit: de voor renovatie technisch noodzakelijke apparatuur, bouwkundige werken en gebouwgebonden
installaties om te voldoen aan bovengenoemde eisen.
|
A.3
|
Integraal GPR Gebouw
|
Bestemd voor: een duurzaam gerenoveerd gebouw(deel) dat voldoet aan de eisen van de maatlat van
GPR Gebouw 4.3 Bestaande Bouw of GPR Gebouw 4.4 Bestaande Bouw met een score van ten
minste 7,0 voor de thema’s Energie, Milieu, Gezondheid, Gebruikskwaliteit en Toekomstwaarde,
wat blijkt uit een GPR Gebouw ontwerpberekening behorende bij de bouwvergunningaanvraag
en de GPR Gebouw opleverberekening bij vaststelling, welke zijn opgesteld door een
erkend expert en goedgekeurd door een erkend en onafhankelijke assessor,
en bestaande uit: de voor renovatie technisch noodzakelijke apparatuur, bouwkundige werken en gebouwgebonden
installaties om te voldoen aan bovengenoemde eisen.
|
A.4
|
Integraal met Maatwerkadvies tot een hoge energieprestatie
|
Bestemd voor: verbetering van bestaande gebouwen tot een hoge energieprestatie van de hoofdgebruiksfunctie
van het gebouw conform bijlage 4,
en bestaande uit: een pakket van maatregelen dat leidt tot een labelverbetering waarbij het energielabel
is vastgesteld volgens de bepalingsmethodiek van NTA 8800 opgesteld na 1 januari 2021,
of een maatwerkadvies onder certificaat (BRL9500 MWA-W/U) uitgevoerd door een vakbekwaam
EP-maatwerkadviseur W/U.
Toelichting: Het pakket van maatregelen is gebaseerd op het maatwerkadvies dat voor
aanvang van de werkzaamheden is afgegeven.
|
B. Leefomgeving verkoeling
|
B.1
|
Groendak
|
Bestemd voor: het van beplanting voorzien van het dak van een gebouw(deel),
en bestaande uit: een vegetatielaag, substraatlaag, drainagelaag en al dan niet de volgende onderdelen:
een kunstmatige bevloeiing en verankering, constructieve aanpassingen bij bestaande
daken en nestelvoorzieningen.
|
B.2
|
Groene gevel of muur
|
Bestemd voor: het van beplanting voorzien van de gevel(s) van een gebouw of beide zijden van een
muurconstructie,
en bestaande uit: een van beplanting en substraat of potgrond voorzien frame of bouwblokken, en al dan
niet de volgende onderdelen: een gevel beschermende laag, constructieve aanpassingen
bij bestaande muren, irrigatieleidingwerk.
|
C. Bouwkundig aanpassingen in de bestaande thermische schil
|
C.1
|
HR-glas
|
Bestemd voor: beglazing in de bestaande thermische schil,
en bestaande uit: meervoudig glas met een vacuüm of gasgevulde spouw of panelen in kozijn met een warmte-doorlatingscoëfficiënt
met een maximale U-waarde (W/m2K) van 1,2 of isolerende deur die zijn opgenomen in
de ISDE Maatregelenlijst Hoog-rendementsglas, (eventueel) kozijn.
Toelichting: De maatregelenlijst Hoog rendementsglas van de ISDE kunt u hier vinden:
www.rvo.nl/isde
. Het indicatieve subsidiebedrag op de maatregelenlijst heeft betrekking op de ISDE,
niet op deze regeling.
|
C.2
|
Isolatie voor dak, gevel, spouw en vloer, van bestaande constructies
|
Bestemd voor: de verbetering van de isolatie van bestaande thermische schil,
en bestaande uit: toevoegen van
a. isolatiematerialen waarbij de warmteweerstand van de toegevoegde isolatiematerialen
Riso,tot = Σ(R1+R2+. +Rn) = Σ((d/λ)1+ (d/λ)2 +.+(d/λ)n) ten minste 3,5 m2.K/W toeneemt; of
b. spouwmuurisolatie, isolatiemateriaal waarbij de warmteweerstand R met ten minste
1,1 m2.K/W toeneemt.
Alleen isolatiematerialen die op de ISDE Maatregelenlijst isolatie staan mogen worden
toegepast.
Kiest u bij het type isolatiemaatregel vloerisolatie, spouwmuurisolatie of dakisolatie,
voor lokaal gespoten PIR of PUR? Dan moet dit zijn aangebracht met een HFK-vrij blaasmiddel.
Toelichting
Het indicatieve subsidiebedrag op de maatregelenlijst heeft betrekking op de ISDE,
niet op de Regeling Duurzaam Maatschappelijk Vastgoed.
|
D. Verwarmen, koelen, ventileren
|
D.1
|
Warmtepomp(boiler) kleiner of gelijk aan 70kW
|
Bestemd voor:het verwarmen en koelen van gebouwen of het nuttig aanwenden van warmte voor de verwarming
van tapwater,
en bestaande uit: een elektrisch gedreven warmtepomp, met een maximaal thermisch vermogen van 70kW,
die opgenomen is op de ISDE Apparatenlijst warmtepompen, (eventueel) bronsysteem,
(eventueel) bodemwarmtewisselaar of grondwaterbron, (eventueel) restwarmte opslagvat,
(eventueel) geïntegreerd opslagvat, (eventueel) afgiftenet.
Toelichting:
– De warmtepomp-apparatenlijst van de ISDE is beschikbaar op www.rvo.nl/isde. Het
indicatieve subsidiebedrag op de apparatenlijst heeft betrekking op de ISDE, niet
op deze regeling.
– (Thermisch) vermogen in kW: De hoeveelheid afgegeven warmte van het apparaat ten
behoeve van ruimteverwarming, uitgedrukt in kilowatt, conform Verordening (EU) nr. 811/2013.
|
D.2
|
Warmtepomp groter dan 70kW
|
Bestemd voor:het verwarmen en koelen van gebouwen,
en bestaande uit: elektrisch gedreven warmtepomp, (eventueel) bodemwarmtewisselaar of grondwaterbron,
(eventueel) (ijs)buffer, (eventueel) restwarmteopslagvat, (eventueel) aansluiting
op het afgiftenet, (eventueel) afgiftenet, (eventueel) noodzakelijke aanpassing van
de bestaande elektriciteitsaansluiting.
Toelichting:
(Thermisch) Vermogen in kW: De hoeveelheid afgegeven warmte van het apparaat ten behoeve
van ruimteverwarming, uitgedrukt in kilowatt, conform Verordening (EU) nr. 811/2013.
|
D.3
|
Warmtewisselaar voor vrije koeling
|
Bestemd voor:het verminderen van het energiegebruik van een koelinstallatie door:
a. het bij lage buitenluchttemperaturen koelen van de gebouwen met buitenlucht; of
b. het koelen van gebouwen met oppervlaktewater,
en bestaande uit: warmtewisselaar die de functie van de koelmachine overneemt.De koelinstallatie zelf
en de koeltoren of droge koeler komen niet in aanmerking.
Toelichting:
– Dit is een extra warmtewisselaar parallel aan de koelmachine tussen het gekoeld
waternet en de koeltoren of droge koeler op het dak.
|
D.4
|
Verdampingskoeling door middel van waterverdamping (adiabatisch)
|
a. direct werkende adiabatische luchtkoeler
Bestemd voor:het koelen van gebouwen, waarbij de lucht door directe bevochtiging wordt afgekoeld
en bestaande uit: ventilator, bevochtigingsapparatuur, regeling, (eventueel) waterbehandelingsapparatuur,
(eventueel) filter.
b. indirect werkende adiabatische luchtkoeler
Bestemd voor:het koelen van bedrijfsgebouwen, waarbij ingaande lucht wordt afgekoeld in een scheidingswarmtewisselaar
door een tweede luchtstroom die gekoeld is door middel van bevochtiging
en bestaande uit: ventilatoren, warmtewisselaar, bevochtigingsapparatuur, regeling, (eventueel)
waterbehandelingsapparatuur, (eventueel) filter.
|
D.5
|
Luchtdicht maken van luchtkanalen van luchtverdeelsysteem
|
Bestemd voor:het luchtdicht maken van luchtkanalen die bestemd zijn voor het transporteren van
toe- of afvoerlucht in een gebouw,
en bestaande uit: een luchtkanaal van een ventilatiesysteem, waarbij het ventilatiesysteem minimaal
voldoet aan luchtdichtheidsklasse (LUKA) C of maximaal ATC 3.
|
D.6
|
Laagdebiet afzuigkap in grootkeukens
|
Bestemd voor:het minimaliseren van het energiegebruik van afzuigsystemen in grootkeukens,
en bestaande uit: een afzuigkap waarin luchttoevoercompartimenten zijn aangebracht voor het inblazen
van lucht aan de onderzijde van de luifelranden. De toevoer van de lucht aan de onderzijde
van de luifelranden mag maximaal 12% van het afzuigdebiet van de afzuigkap zijn.
|
D.7
|
Koude- of warmteterugwinningssysteem uit ventilatielucht
|
Bestemd voor:het koelen of verwarmen van gebouwen door het benutten van koude of warmte in de afzuiglucht,
en bestaande uit: een luchtbehandelingskast met warmtewisselaar voor koude- of warmteterugwinning met
een rendement van minimaal 80% of een luchtbehandelingskast met een Eurovent A label
(voor wintercondities) of hoger.
|
D.8
|
Luchtbehandelingskast met inbouwde warmtepomp (niet hybride) voor zwembaden
|
Bestemd voor:ontvochtigen, ventileren en verwarmen van zwembaden,
en bestaande uit: een luchtbehandelingskast, voorzien van een warmtepomp, warmteterugwinningsysteem
met een rendement van minimaal 65%, automatische regeling, (eventueel) warmtewisselaar
voor het verwarmen van zwembadwater (badwatercondensor).
|
D.9
|
Faseovergangsmateriaal (PCM)
|
Bestemd voor:het verminderen van het energiegebruik voor het koelen of verwarmen van gebouwen,
en bestaande uit: faseovergangsmateriaal.
|
E. Verlichting
|
E.1
|
LED-verlichtingssysteem
|
Bestemd voor:verlichting in en bij gebouwen,
en bestaande uit: LED-verlichtingsarmaturen met een niet uitwisselbare LED-lichtbron en met een specifieke
lichtstroom van ten minste 125 lm/W (eventueel) bewegingssensoren.
Uitwisselbare LED-lichtbronnen, zoals LED-buizen en specifiek voor noodverlichting
bestemde noodverlichtingsarmaturen, zijn uitgesloten.
|
E.2
|
LED-belichtingssysteem voor podium- of theaterbelichting
|
Bestemd voor:podium- of theaterbelichting,
en bestaande uit: spot- en/of floodlightarmaturen, (DMX) driver. De powerfactor van het belichtingssysteem
moet ten minste 0,90 bedragen.
|
F. Overige energiebesparing
|
F.1
|
HR-elektromotor
|
Bestemd voor:elektromotor,
en bestaande uit: een elektromotor die voldoet aan minimaal de IE5 efficiency-klasse.
|
F.2
|
HR pomp
|
Bestemd voor:verbetering van werktuigbouwkundige installaties in gebouwen,
en bestaande uit: een hoog rendement circulatie pomp met geïntegreerde toerenregeling (frequentie regelaar).
|
F.3
|
Luchtgordijn met sensor gestuurde automatische regeling
|
Bestemd voor:het verminderen van warmteverlies via openstaande deuren,
en bestaande uit: een luchtgordijn voorzien van een binnen- en buitensensor, die de automatische regeling
voorziet van meetgegevens van de buiten- en binnentemperatuur en de stand van de deur.
|
F.4
|
Energieprestatieverbetering van bestaande liften roltrappen en rolpaden
|
Bestemd voor:het verbeteren van de energieprestatie van bestaande liften, roltrappen en rolpaden,
en bestaande uit: een pakket aan energiezuinige maatregelen waardoor een bestaande lift gaat voldoen
aan de energieprestatie-eisen van energielabel A van NEN-EN-ISO 25745-2:2015.
|
G. Energieregistratie-en bewakingssysteem (EBS)
|
G.1
|
Slimme meter met een energieverbruiks-manager/ energiebeheerssysteem voor elektriciteit,
aardgas (aardgasequivalenten) en/of warmte
|
Bestemd voor:het (realtime) monitoren en visualiseren van het energiegebruik op gas en elektriciteit
en eventueel opgewekte energie ten behoeve van verbeterd energiegebruik,
en bestaande uit: een slimme meter geïnstalleerd door een erkende installateur, beeldscherm voor publieke
visualisatie en (eventueel) energiemanagementsysteem met rapportagefunctie (voor een
overzicht van het energieverbruik per dag, week en jaar).
Randvoorwaarde: publieke visualisatie is een verplicht onderdeel van deze maatregel.
|
H. Duurzame Energie
|
H.1
|
Zonnecollectorsysteem voor verwarmen
|
Bestemd voor:het verwarmen van water of lucht,
en bestaande uit: een zonnecollectorsysteem, regeleenheid, (eventueel) (rest)warmtebuffer op het gebouw
en/of perceel.
|
H.2
|
PV (Photovoltaïsche) of PVT (Photovoltaïsche Thermische) panelen
|
Bestemd voor:het verwarmen van water of lucht en/of opwekking van elektrische energie uit zonlicht
met behulp van zonnepanelen,
en bestaande uit:
a: Photovoltaïsch zonnepanelen of een samenstelling van zonnewarmtecollector en Photovoltaïsche
zonnepanelen, inclusief vervanging van bestaande dakisolatie, door dakisolatie zoals
genoemd in maatregel C.2 of bij monumenten L5, en vervanging van bestaande dakbedekking;
b: Photovoltaïsch zonnepanelen of een samenstelling van zonnewarmtecollector en fotovoltaïsche
zonnepanelen op het perceel en/of bestaand dak, inclusief opslagsysteem, zoals genoemd
in maatregelen H.3, H.4 of H.5.
|
H.3
|
Warmte- of koudeopslag in de bodem met gebruik van grondwater
|
Bestemd voor:het opslaan van warmte of koude in de bodem met water als opslagmedium, voor het koelen
of verwarmen van gebouwen of processen,
en bestaande uit: gesloten systeem met bijvoorbeeld vaten of slangen die voor onttrekking en injectie
worden gebruikt, waterpompen, (eventueel) warmtewisselaar die direct is gekoppeld
aan de het systeem, (eventueel) warmte- of koudetransportleiding.
|
H.4
|
Grondwarmtewisselaar
|
Bestemd voor:het koelen of verwarmen van water voor gebruik in gebouwen of processen met behulp
van een warmtewisselaar die zich in het grondwater bevindt,
en bestaande uit: ondergrondse warmtewisselaar, pomp, (eventueel) water-lucht warmtewisselaar die de
warmte of koude uit de bodem rechtstreeks afgeeft, (eventueel) restwarmteopslagvat.
|
H.5
|
Zout(water)batterij
|
Bestemd voor:de opslag van duurzaam opgewekte energie die wordt gebufferd in een zout(water)batterij,
en bestaande uit: zout(water)batterij en (eventuele) regeltechniek en
als aanvullende voorwaarde: Aanwezigheid duurzame energieopwekker op eigen perceel
(bijv. zonnecollectoren of pv-panelen) dient te worden aangetoond of tegelijk worden
aangevraagd.
|
I. Lokale energie-uitwisseling
|
I.1
|
Intelligente lokale energie-uitwisseling
|
Bestemd voor:het faciliteren van een intelligent lokaal energienetwerk waarmee vraag en aanbod
van diverse energiegebruikers en energiebronnen op elkaar kan worden afgestemd,
en bestaande uit: meet- en regelsysteem in combinatie met software voor de real-time koppeling tussen
producenten en gebruikers binnen het energienetwerk.
|
J. Energietransitie
|
J.1
|
Infrarood verwarmingspaneel met bewegingssensor en thermostaat
|
Bestemd voor:aanwezigheid gestuurde ruimteverwarming door middel van warmtestraling met behulp
van infraroodpaneel geregeld middels bewegingssensor en thermostaat, voor bijvoorbeeld
kleedruimten,
en bestaande uit: verwarmingssysteem met een infrarood verwarmingspaneel niet zijnde een warmtestraler,
bewegingssensor en thermostaat.
Een randvoorwaarde is dat het infraroodpaneel wordt geregeld middels bewegingssensor
en thermostaat.
|
J.2
|
Aansluiting warmte- en/of koudenet (BAK kosten)
|
Bestemd voor: de aansluiting op warmte- en/of koudenet,
en bestaande uit: aansluiting van warmte-
en/of koude afnemer en distributieleiding, gerealiseerd door een warmteleverancier.
De kosten vanaf de uitkoppeling van het distributienet tot en met de afleverset komen
in aanmerking.
Inpandige kosten, na de afleverset, voor warmte- en/of koudenet aansluiting komen
onder deze code niet in aanmerking.
Verzwaren van een warmtenet aansluiting komt niet in aanmerking onder deze code.
|
K. Energielabel
|
K.1
|
Opstellen en registreren definitief energielabel
|
Bestemd voor: het opstellen en registeren van een definitief energielabel,
en bestaande uit: de kosten voor het opstellen en registreren van een definitief energielabel.
Toelichting: het gaat hierbij om de registratie van de Energie Index volgens de Nederlands
Technische Afspraak 8800.
|
L. Monumenten
|
Het inpassen van energiebesparende maatregelen in een (rijks)monument vraagt om een
zorgvuldige aanpak met respect voor de aanwezige monumentale waarden. Het hangt van
het individuele monument af of bepaalde maatregelen wel of niet realiseerbaar zijn.
Ook kunnen bouwfysische eigenschappen van het monument van invloed zijn op de mogelijkheid
tot het toepassen van verduurzamingsmaatregelen. Voorbeeld: veel monumenten hebben
geen spouwmuur en derhalve zal isolatie daarvan niet mogelijk zijn. In de regel is
voor het toepassen van verduurzamingsmaatregelen een (Wabo)omgevingsvergunning nodig
aangezien het gaat om wijziging van het rijksmonument. De gemeente beoordeelt bij
de aanvraag of de verduurzamingsmaatregelen mogelijk zijn in relatie tot de monumentale
waarde van het desbetreffende (rijks)monument.
|
L.1
|
Duurzaam monumenten advies
|
Bestemd voor: het opstellen van maatwerkadvies,
en bestaande uit: maatwerkadvies uitgevoerd volgens de in de beroepsgroep geldende normen, met dien
verstande dat daarbij rekening wordt gehouden met de aanwezige monumentale waarden
op basis van een door een bouw- of architectuurhistoricus opgesteld rapport over de
aanwezige monumentale waarden.
|
L.2
|
Integrale aanpak verduurzaming monumenten
|
Bestemd voor: de uitvoering van verduurzamingsmaatregelen,
en bestaande uit: een pakket aan maatregelen die gebaseerd zijn op het maatwerkadvies zoals omschreven
in L1.
Voor subsidies =/< € 25.000 geldt minimaal niveau 2. Voor subsidies > 25.000 geldt
minimaal niveau 3. De gekozen maatregelen moeten gezamenlijk leiden tot minimaal een
energiebesparing op primaire energie van 20%.
|
L.3
|
Isolerende beglazing
monumentenglas en binnen/buiten-voorzetramen
|
Bestemd voor: vervangen en/of plaatsen van isolerende beglazing of glascombinaties in de thermische
schil,
en bestaande uit: isolerend glas met een warmte-doorlatingscoëfficiënt van maximaal 3,0 W/m2K. Dit
kan meervoudig glas met een vacuüm of gasgevulde spouw zijn of gelaagd glas.
Toelichting: geldt alleen voor het vervangen van het glas. Kozijnen en deuren zijn
uitgesloten.
|
L.4
|
Kierdichting
|
Bestemd voor: het afdichten van kieren rondom raamkozijnen waarmee de luchtdoorlatendheidswaarde
van de thermische schil, klasse B, zoals omschreven in de PvE frisse scholen aantoonbaar
wordt gerealiseerd,
en bestaande uit: maatregelen om aan bovenstaande voorwaarde te voldoen.
|
L.5
|
Isolatie voor gevel, vloer, dak van bestaande constructies
|
Bestemd voor: de verbetering van de isolatie van bestaande thermische schil
en bestaande uit:
a. isolatiemateriaal waarbij de warmteweerstand R = Σ(Rtotaal) = Σ(d/λ) ten minste
2,5 m2.K/W bedraagt;
of
b. spouwmuurisolatie isolatiemateriaal waarbij de warmteweerstand R met ten minste
1,1 m2.K/W toeneemt. Alleen isolatiematerialen die op de ISDE Maatregelenlijst isolatie
staan mogen worden toegepast.
Kiest u bij het type isolatiemaatregel vloerisolatie, spouwmuurisolatie of dakisolatie,
voor het isolatiemateriaal lokaal gespoten PIR of PUR? Dan moet dit zijn aangebracht
met een HFK-vrij blaasmiddel.
Toelichting
Het indicatieve subsidiebedrag op de maatregelenlijst heeft betrekking op de ISDE,
niet op deze regeling.
|
L.6
|
Bodemisolatie
|
Bestemd voor: aanpassing van de bestaande thermische schil met bodemisolatie,
en bestaande uit: isolatiemateriaal op de bodem van de kruipruimte met een minimale warmteweerstand
R = 3,5 m2.K/W, (eventueel) in combinatie met hoogwaardige vloerisolatie (als onderdeel van
de begane grondvloer).
|
L.7
|
Energiezuinig ventilatiesysteem
|
Bestemd voor: het koelen of verwarmen van gebouwen door het benutten van koude of warmte in de
afzuiglucht
en bestaande uit: luchtbehandelingskast met warmtewisselaar met een rendement van minimaal 68% of CO2-gestuurde ventilatie.
|