Beleidsregel kraamzorg

[Regeling vervallen per 01-01-2023.]
Geraadpleegd op 17-07-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 08-07-2024 en zichtdatum 08-07-2024.
Geldend van 01-01-2022 t/m 31-12-2022

Beleidsregel kraamzorg

Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast met betrekking tot het uitoefenen van de bevoegdheid om tarieven en prestatiebeschrijvingen vast te stellen.

Gelet op artikel 52, aanhef en onderdeel e, van de Wmg worden tarieven die uit de voorliggende beleidsregel voortvloeien ambtshalve door de NZa vastgesteld.

Artikel 1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

In deze beleidsregel wordt, tenzij anders vermeld, verstaan onder:

  • Kraamzorg:

    Zorg als omschreven in artikel 2.11 van het Besluit zorgverzekering.

  • Inschrijving:

    Onder inschrijving worden de volgende handelingen verstaan:

    • het verwerken van de (telefonische) aanmelding;

    • het toesturen van informatiemateriaal en het inschrijfformulier;

    • het op basis van het ingevulde inschrijfformulier verrichten van diverse administratieve handelingen;

    • het plannen van het op termijn in te zetten personeel.

  • Intake:

    De intake betreft:

    • het verkennen en verduidelijken van de hulpvraag van de cliënt;

    • het inventariseren van de zorgbehoefte; en

    • het met inachtneming van de volgende criteria:

      • noodzakelijkheidsprincipe;

      • aanvullend op eigen mogelijkheden;

      • ontbreken van deskundigheid;

      • preventie; en

      • bijsturing,

    objectief bepalen welke hulp naar inhoud en omvang en kwaliteit nodig is op grond waarvan verantwoorde beslissingen omtrent inzet en financiering van zorg mogelijk zijn, mede ter effectuering van de zorgaanspraken.

    De intake vindt plaats:

    • of bij de cliënt thuis;

    • of op afstand.

  • Assistentie van kraamzorg bij de bevalling:

    Het voorbereiden op, het assisteren bij de bevalling en het verzorgen van moeder en kind direct na de bevalling. De assistentie van kraamzorg bij de bevalling (partusassistentie) wordt verricht onder leiding van een verloskundige of huisarts. De locaties waar assistentie van kraamzorg bij de bevalling kan plaatsvinden, zijn:

    • thuis bij moeder en kind;

    • in een vervangende thuissituatie; of

    • in een poliklinische situatie.

Artikel 2. Doel van de beleidsregel

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

Het doel van deze beleidsregel is om vast te leggen op welke wijze de NZa gebruik maakt van haar bevoegdheid om tarieven en prestatiebeschrijvingen vast te stellen op het gebied van kraamzorg.

Artikel 3. Reikwijdte

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

Deze beleidsregel is van toepassing op kraamzorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Artikel 4. Prestatiebeschrijvingen

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

In het kader van deze beleidsregel worden de volgende prestatiebeschrijvingen onderscheiden:

  • Per uur kraamzorg;

  • Assistentie van kraamzorg bij de bevalling, per uur;

  • Per inschrijving;

  • Per intake:

    • of bij de cliënt thuis;

    • of op afstand;

  • Assistentie van kraamzorg bij de bevalling, per assistentie;

  • Onderlinge dienstverlening.

Artikel 5. Tariefopbouw

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

  • 1 Totstandkoming maximumtarieven

    De maximumtarieven voor kraamzorg zijn gebaseerd op een kostenonderzoek naar de werkelijk gemaakte kosten in 2018. Dit was ten tijden van het kostenonderzoek het meest recente beschikbare boekjaar onder aanbieders van kraamzorg.

    De totstandkoming van de maximumtarieven is beschreven in het verantwoordingsdocument ‘Verantwoordingsdocument, Tarieven kraamzorg 2021’, dat als bijlage bij de Beleidsregel kraamzorg met kenmerk BR/REG-21107 is opgenomen.

    De maximumtarieven 2021 zijn gebaseerd op de werkelijk gemeten kosten 2018, waarbij rekening gehouden is met:

    • Indexatie

      De maximumtarieven worden jaarlijks trendmatig aangepast met een gewogen gemiddelde index voor personele- en materiële kosten. De trendmatige aanpassing voor jaar t wordt gebaseerd op de voorcalculatie voor jaar t en de nacalculatie op de indices jaar t-1 (zie ook artikel 5.3);

    • Vergoeding voor gederfd rendement op eigen vermogen (VGREV)

      Conform de Beleidsregel Algemeen kader tariefprincipes curatieve zorg hanteert de NZa als uitgangspunt dat ondernemersrisico een element is in de opbouw van het tarief. Voor de kraamzorg heeft de NZa een generiek vergoedingspercentage bepaald van 5,47% ter dekking van de opportunity costs voor het aanhouden van eigen vermogen. Voor het bepalen van het aandeel eigen vermogen is uitgegaan van een normatief aandeel eigen vermogen/totaal vermogen van 40%. Dit resulteert in een opslag op het tarief van 0,8%;

    • Tijdelijke opslag

      Er is een tijdelijke opslag van vier jaar voor het verstevigen van de benodigde reserves binnen de kraamzorgsector gehanteerd. Dit betreft een opslag op het tarief van 1,7%.

  • 2 Tariefsoort

    De tarieven voor kraamzorg zijn maximumtarieven.

  • 3 Jaarlijkse indexering

    De tarieven voor kraamzorg worden in beginsel jaarlijks ambtshalve geïndexeerd. Voor wat betreft de loonkosten wordt de index vastgesteld door het Ministerie van VWS. Deze index houdt verband met de CAO-afspraken. Voor wat betreft de materiële kosten wordt aangesloten bij de prijsindexcijfer particuliere consumptie uit het Centraal Economisch Plan (CEP) van het Centraal Planbureau (CPB). De op het tarief toe te passen index is het gewogen gemiddelde van de loon- en materiële indices waarbij wordt uitgegaan van een aandeel van 85,2% loonkosten en 14,8% materiële kosten. Het tarief wordt vastgesteld op basis van een voorcalculatie voor jaar t en de definitieve indices van jaar t-1.

    Voor de voorlopige indexaties 2022 sluit de NZa incidenteel aan op de ramingen uit de Macro Economische Verkenning van het Centraal Planbureau. Dit geldt zowel voor de personele index als de materiële index.

Artikel 6. Onderlinge dienstverlening

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

De zorgaanbieder heeft de mogelijkheid om (onderdelen van) de prestaties ‘assistentie van kraamzorg bij de bevalling, per uur’, ‘per uur kraamzorg’ en de nevenprestatie ‘assistentie van kraamzorg bij de bevalling, per assistentie’ met inachtneming van de geldende maximumtarieven, via onderlinge dienstverlening in rekening te brengen aan een andere zorgaanbieder. De betreffende prestaties kunnen enkel via onderlinge dienstverlening in rekening worden gebracht indien tussen zorgaanbieder en zorgverzekeraar van de cliënt een overeenkomst is gesloten, waarin de inhoud van de te leveren zorg, de hoogte van het in rekening te brengen tarief en de inhoud van de te leveren zorg die via onderlinge dienstverlening bij een derde zorgaanbieder wordt gecontracteerd zijn vastgelegd.

Artikel 7. Max-max tarieven

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

De maximumtarieven, berekend op basis van artikel 5 kunnen ten hoogste met 10% worden verhoogd indien hieraan een schriftelijke overeenkomst tussen de betreffende zorgaanbieder en ziektekostenverzekeraar ten grondslag ligt.

Een tarief dat niet hoger is dan berekend op basis van artikel 5 kan aan eenieder in rekening worden gebracht.

Een max-max tarief kan uitsluitend in rekening worden gebracht aan:

  • (a) de ziektekostenverzekeraar met wie het verhoogde maximumtarief is overeengekomen; of

  • (b) de verzekerde ten behoeve van wie een ziektekostenverzekering met betrekking tot kraamzorg is gesloten bij een ziektekostenverzekeraar met wie een zodanig verhoogd maximumtarief schriftelijk is overeengekomen.

Artikel 8. Intrekking oude beleidsregels

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze beleidsregel wordt de gepubliceerde maar nog niet in werking getreden Beleidsregel kraamzorg, met kenmerk BR/REG-22133, ingetrokken.

Gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze beleidsregel wordt de beleidsregel BR/REG-21107 ingetrokken.

Artikel 9. Toepasselijkheid voorafgaande beleidsregel, bekendmaking, inwerkingtreding, terugwerkende kracht en citeertitel

[Regeling vervallen per 01-01-2023]

Toepasselijkheid voorafgaande beleidsregel

De Beleidsregel kraamzorg, met kenmerk BR/REG-21107, blijft van toepassing op besluiten en aangelegenheden die hun grondslag vinden in die beleidsregel en die betrekking hebben op de periode waarvoor die beleidsregel gold.

Inwerkingtreding / Bekendmaking

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

Ingevolge artikel 5, aanhef en onder e, van de Bekendmakingswet, zal deze beleidsregel in de Staatscourant worden geplaatst. De beleidsregel ligt ter inzage bij de NZa en is te raadplegen op www.nza.nl.

Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel kraamzorg.

Naar boven