Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit ASEA 2019

Geraadpleegd op 08-08-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2020 en zichtdatum 13-07-2024.
Geldend van 01-01-2020 t/m 31-08-2023

Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 15 juli 2019, nr. 2019-0000097640, houdende de inrichting van de directie Arbeidsmarkt en Sociaal-Economische Aangelegenheden, alsmede doorverlening van vertegenwoordigingsbevoegdheden van de directeur Arbeidsmarkt en Sociaal-Economische Aangelegenheden (Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit ASEA 2019)

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op de artikelen 3, eerste lid, onderdeel k, en 15 van het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit directeur-generaal Werk 2019;

Besluit:

§ 1. Begripsbepaling

Artikel 1

In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a. directie: de directie Arbeidsmarkt en Sociaal-Economische Aangelegenheden van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

  • b. directeur: de directeur Arbeidsmarkt en Sociaal-Economische Aangelegenheden.

§ 2. Organisatie en taken

Artikel 2

De directie bestaat uit:

  • a. de afdeling Strategie, Arbeidsmarkt en Stelsels & Regelingen;

  • b. de afdeling Collectieve Sector en Inkomensbeleid;

  • c. de Chief Science Officer.

Artikel 3

Het hoofd van de afdeling Strategie, Arbeidsmarkt en Stelsels & Regelingen is verantwoordelijk voor:

  • a. de ontwikkeling van, advisering over en uitwerking van de algemene kaders van het arbeidsmarktbeleid, wat de analyse van de huidige en verwachte arbeidsmarktsituatie en het internationale arbeidsmarktbeleid (EMCO) omvat;

  • b. het beleid ten aanzien van scholing, waarbij het gaat om bevordering van de kwaliteit van de beroepsbevolking en het verbeteren van de aansluiting tussen scholing en de arbeidsmarkt;

  • c. het niveau van het minimumloon en de koppeling van de uitkeringen daaraan en het beleid met betrekking tot de loonkostenontwikkeling;

  • d. het vanuit een economische invalshoek ondersteunen van beleidstrajecten op het gehele SZW-domein, het verrichten van economische beleidsanalyses en het verkennen van beleidsalternatieven voor bestaande of voorgenomen stelsels en regelingen binnen het SZW-domein;

  • e. het ondersteunen van het beleidsproces van het Ministerie door het bevorderen van een goed kennisklimaat, het verrichten en laten verrichten van strategische beleidsanalyses en onderzoek, en het evalueren van de wetenschappelijke onderbouwing van het SZW-beleid.

Artikel 4

Het hoofd van de afdeling Collectieve Sector en Inkomensbeleid is verantwoordelijk voor:

  • a. het beleid met betrekking tot de ontwikkelingen in de primaire, secundaire en tertiaire inkomenssfeer, de relatie inkomen en werkgelegenheid en de zorg voor kengetallen die de effecten van de beleidsmaatregelen op het inkomen en de ontwikkelingen van jaar tot jaar in beeld brengen;

  • b. de coördinatie van de advisering rond budgettaire en ordeningsvraagstukken in de gehele collectieve sector, mede in relatie tot het inkomens- en werkgelegenheidsbeleid, met daarbij bijzondere aandacht voor de overheidsfinanciën en de economische aspecten van premie- en belastingheffing, de gezondheidszorg, en de woningmarkt;

  • c. de analyse van en beleidsadvisering over de economische ontwikkelingen in Nederland;

  • d. de coördinatie van de voorbereiding van vergaderingen van de voor SZW relevante onderraden.

Artikel 5

De Chief Science Officer is als departementale kenniscoördinator verantwoordelijk voor:

  • a. het opstellen van een inhoudelijk goed onderbouwd en samenhangend programma van kennisactiviteiten voor het ministerie als geheel;

  • b. inhoudelijke advisering van ambtelijke leiding betreffende het onderzoek van SZW;

  • c. bewaking en borging van de voortgang en de inhoudelijke kwaliteit van het SZW-onderzoeksprogramma;

  • d. vertegenwoordiging van SZW in formeel overleg over kennisactiviteiten met andere instellingen;

  • e. het bevorderen van verbindingen op kennisgebied tussen SZW-medewerkers onderling en tussen SZW-medewerkers en andere instellingen, zoals kennispartners en wetenschappers.

§ 3. Bevoegdheden

Artikel 6

Bij afwezigheid of verhindering van de directeur worden, voor de duur van de afwezigheid of verhindering, diens taken en bevoegdheden waargenomen door het afdelingshoofd dat is aangewezen als plaatsvervangend directeur.

Artikel 7

Aan de hoofden van de afdelingen, genoemd in artikel 2, wordt volmacht, mandaat en machtiging verleend met betrekking tot:

  • a. het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op de personeelsaangelegenheden ten behoeve van de eigen organisatie eenheid, voor zover het betreft:

    • 1. het opmaken en vaststellen van een beoordeling van medewerkers;

    • 2. het houden van personeelsgesprekken;

    • 3. verlof van medewerkers;

    • 4. kleine beloningen en gratificaties, onder gelijktijdige mededeling daarvan aan de directeur;

    • 5. personele ontwikkeling waaronder opleiding en begeleiding, welke voorafgaand door de directeur zijn geaccordeerd;

  • b. het afdoen van stukken met uitzondering van stukken waarvan, gelet op het belang daarvan, redelijkerwijs kan worden vermoed, dat deze door de directeur moeten worden afgedaan.

Artikel 8

Bij financiële uitgaven krijgen afdelingshoofden de bevoegdheid om tot een bedrag van € 15.000,– te tekenen. Dit geldt voor:

  • a. het organiseren en accorderen van activiteiten binnen hun eigen afdeling/taakveld. Voorafgaand zijn deze activiteiten door de directeur geaccordeerd;

  • b. het accorderen van door de eigen afdeling ingediende voorstellen/uitgaven zoals opgenomen in het vastgestelde Bestedingsplan van de betreffende directie.

Artikel 9

Doorverlening van bevoegdheden is slechts toegestaan na voorafgaande schriftelijk toestemming van de directeur.

§ 4. Slotbepalingen

Artikel 10

  • 2 Deze regeling treedt in werking op de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij is geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

  • 3 Deze regeling wordt aangehaald als: Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit ASEA 2019.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 15 juli 2019

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

namens deze:

D. Waagmeester

Directeur Arbeidsmarkt en Sociaal-Economische Aangelegenheden

Naar boven