Bijlage 3A. behorende bij artikel 17, tweede lid, onderdeel a van de Regeling garanties van oorsprong en certificaten van oorsprong
Controleprotocol en voorbeeld assurancerapport productie van elektriciteit en warmte
uit meerdere brandstoffen
Toelichting
Op grond van artikel 17, tweede lid, onderdeel a, van de Regeling garanties van oorsprong en certificaten van oorsprong (hierna: regeling)
overlegt de producent die is beschreven in artikel 17, eerste lid, een assurance rapport
van een externe accountant over aan de Minister.
Het assurance rapport dient ter controle van de rapportage van de producent over de
aard en de verhouding van de in de productie-installatie verwerkte brandstoffen.
Het assurance rapport dient te worden opgesteld conform het in deze bijlage opgenomen
model, met inachtneming van het in deze bijlage opgenomen onderzoeksprotocol Assurancerapport
productie elektriciteit (en warmte) uit meerdere brandstoffen.
Het assurance rapport moet samen met de door een producent opgegeven rapportage over
de verhoudingen van de in de installatie verwerkte brandstoffen uiterlijk vier maanden
na afloop van het kalenderjaar worden opgestuurd naar de Minister. Voor iedere afzonderlijke
productie-installatie dient een assurance rapport te worden opgesteld. Enkel als er
sprake is van meerdere vergelijkbare productie-installaties die gezamenlijk een nominaal
elektrisch vermogen groter dan 2 MW hebben, kan het assurance rapport voor meerdere
productie-installaties gezamenlijk worden opgesteld. Een productie-installatie kan
uit verschillende eenheden bestaan en heeft één netaansluiting.
Assurance rapport productie elektriciteit (en warmte) uit meerdere brandstoffen
In artikel 17, tweede lid, van de regeling is bepaald dat de producent uiterlijk binnen vier maanden na afloop
van ieder kalenderjaar aan de Minister een assurance rapport (conform NV COS richtlijn
3000)1 overlegt inzake, onder meer, de aard en de verhouding van de in de installatie verwerkte
brandstoffen.
Dit controleprotocol beoogt in aanvulling op (het stramien voor Assurance-opdrachten
en) de NV COS richtlijn 3000 (zie website NBA.nl) een handreiking aan de controlerend
accountant te geven met specifieke aandachtspunten bij de inrichting van zijn onderzoek.
De accountant onderzoekt de definitieve opgave van de producent met toelichtingen
op conformiteit met artikel 15 en 16 van de regeling (zie NV COS richtlijn 3000 nr. 33). Dit ter onderbouwing van zijn
conclusies/oordeel. Hiertoe onderzoekt de accountant de door de producent verantwoorde
definitieve uitkomsten van de aard en verhouding van de in de productie-installatie
verwerkte brandstoffen.
Het doel van het assurance rapport is om – met redelijke mate van zekerheid – een
oordeel te verstrekken over de juistheid van de door de producent (of zijn gemachtigde)
opgegeven verhouding van de in de installatie verwerkte brandstoffen. In het geval
de opgewekte energie wordt aangemerkt als duurzame energie, waarvoor een subsidie-beschikking
is afgegeven, zal voor de subsidiabele hoeveelheid duurzaam opgewekte energie subsidie
worden verstrekt. De accountant dient derhalve rekening te houden met een tendentie
in de opgegeven verhouding.
In het assurance rapport moet verwezen worden naar het stramien voor Assurance-opdrachten
en de nadere voorschriften zoals opgenomen in de controle- en overige standaard (NV
COS richtlijn 3000), zoals vermeld op de website van het NBA, en naar de aanvullende
specifieke punten van aandacht zoals vermeld in het betreffende protocol.
Assurance-werkzaamheden accountant
Ten behoeve van de controle van de opgegeven verhouding van de in de installatie verwerkte
brandstoffen onderzoekt de accountant wat de aard en de calorische verhouding is van
de gebruikte brandstoffen en welke brandstoffen zijn ingezet en in welke hoeveelheid.
Reviewbeleid Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
De Auditdienst van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat kan een review
uitvoeren op de uitgevoerde accountantscontrole. De accountant, die de controle heeft
uitgevoerd, verstrekt de Auditdienst desgevraagd alle inlichtingen en bescheiden2. De eventuele extra kosten van de accountant in verband met de review zijn niet voor
rekening van het ministerie.
Onderzoekstolerantie en gewenste zekerheid
De aan de individuele regels van de rapportage toegerekende onderzoekstolerantie bedraagt
maximaal éénhonderdste deel van het verantwoorde percentage. Het onderzoek van de
accountant dient er op gericht te zijn om redelijke mate van zekerheid te verkrijgen
dat deze tolerantie niet wordt overschreden.
Minimaal uit te voeren onderzoekswerkzaamheden
-
1. Het beoordelen van de inrichting van de administratie teneinde vast te stellen dat
deze als basis kan dienen voor de opstelling van de jaaropgave. Daarbij stelt de accountant
vast dat er bij de producent een stelsel van al dan niet geautomatiseerde interne
controlemaatregelen aanwezig is, in opzet, bestaan en in werking, waaraan een redelijke
mate van zekerheid is te ontlenen dat de opgegeven verhouding geen fouten van materieel
belang bevat.
-
2. Het beoordelen van de opzet van de methode van bemonsteren door de producent (door
middel van het inwinnen van inlichtingen van de producent c.q. beoordelen van de relevante
AO-beschrijving van de producent) en het vaststellen van bestaan en werking daarvan
(door middel van deelwaarnemingen).
-
3. Het vaststellen (door middel van deelwaarnemingen) van correcte verwerking in de administratie,
van de resultaten van de bemonsteringen, waaruit de aard en calorische verhouding
van de gebruikte brandstoffen die zijn ingezet voor de productie van elektriciteit
en warmte blijken.
-
4. Aansluiten van de verantwoorde brandstoffen met de administratie, uitgesplitst naar
maand en soort. Vaststellen van juist gebruik van de NTA-codes of bijlage Aa, behorende bij artikel 4 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet. In het verlengde hiervan stelt de accountant vast in welke verhouding deze brandstoffen
zijn verwerkt en of deze verhouding inderdaad heeft geleid tot de percentages opgewekte
warmte of elektriciteit zoals deze door de producent of zijn gemachtigde zijn opgegeven.
De accountant maakt hierbij gebruik van de sluitende energie balans van de betreffende
installatie, gebaseerd op voldoende onderbouwde normen (omzettingsfactoren: van grondstoffen
in biogas en van biogas in elektriciteit) en juist en volledig vastgestelde meet-
en installatiegegevens en heeft hier specifieke aandacht voor de aanwezigheid van
een gasaansluiting. Indien een geëigende methode dient te worden toegepast, stelt
de accountant vast of een juiste toepassing is gegeven aan de geëigende methode.
-
5. Vaststellen dat de definitieve opgave van de producent en de daarin opgenomen verhouding
van de verwerkte brandstoffen in honderdste van procenten nauwkeurig is.
Toelichting op de opgave van de ingezette brandstoffen
In de praktijk blijkt de regeling met betrekking tot de inzet van brandstoffen complexe
materie. Dit document bevat een toelichting bij het format van de jaarlijks op te
stellen opgave en de daarbij te hanteren brandstofindeling, type installaties en de
vereisten waaraan het assurance rapport moet voldoen.
Biomassa: Zuiver, naar haar/zijn aard zuiver of niet zuiver
Op basis van de regeling is biomassa ingedeeld in zuiver en niet zuiver. Zuivere biomassa
bevat niet meer dan drie massaprocent onvermijdbare kunststoffen.
Zuivere biomassa: Een nadere indeling
Zuivere biomassa kan worden verdeeld in twee groepen: 1) Naar haar aard zuiver en
2) niet naar haar aard zuiver. Voor biogassen wordt gesproken over resp. naar zijn
aard zuiver en niet naar zijn aard zuiver. De definitie van naar haar aard zuivere
biomassa is opgenomen in artikel 1, eerste lid, van de regeling.
Niet zuivere biomassa
Niet zuivere biomassa wordt in de regeling ook wel aangeduid als mengstromen. Het
dient bemonsterd te worden (volgens BRL-K10016). Bepaald dient te worden in welke
mate het biogene gedeelte bijdraagt in de energieopwekking. Dat betekent dat het calorische
aandeel van het biogene deel dient te worden bepaald in verhouding tot de totale calorische
waarde.
Biogassen
De volgende soorten biogassen worden beschouwd als naar zijn aard zuiver: Stortgas,
rioolwaterzuiveringsgas, afvalwaterzuiveringsgas en biogas dat ontstaat door middel
van vergisting. Voor overige soorten biogas dient te worden aangetoond of het gaat
om zuiver biogas. Hiertoe dient het basismateriaal waaruit het biogas ontstaat te
worden bemonsterd. Voor mest (co-)vergisting op basis van bijlage Aa, behorende bij artikel 4 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet en voor de overige vergisting op basis van NTA-codes.
Niet-hernieuwbare brandstoffen
Niet-hernieuwbare brandstoffen worden per soort brandstof gerapporteerd met daarbij
een omschrijving van de brandstof
Gebruikte biomassa
In het geval van hernieuwbare elektriciteit en/of warmte dienen producenten naast
de gebruikte soort tevens te rapporteren over de hoeveelheid biomassagrondstoffen,
gespecificeerd in NTA-codes. In het geval dat biogas is gebruikt, dient te worden
gerapporteerd over de soort biomassagrondstof waaruit het biogas is geproduceerd.
Voor mest (co-)vergisting op basis van bijlage Aa, behorende bij artikel 4 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet en voor overige vergisting en bij inzet van vaste en vloeibare biomassa op basis
van de codes uit NTA8003:2017.
Voorbeeld assurancerapport productie duurzame elektriciteit of hernieuwbare warmte
uit biomassa
Naam accountantskantoor:
Aan*:
*. Opdrachtgever/producent
Assurancerapport
Opdracht
Ingevolge uw opdracht hebben wij de bijgevoegde, door ons gewaarmerkte rapportage
betreffende de aard en calorische verhouding van de gebruikte brandstoffen en de soort
en hoeveelheid daarvan die zijn ingezet voor de productie van energie in de installatie,
bekend onder EAN-code <123456789012345678>, met betrekking tot de periode van <datum>
t/m <datum> onderzocht op juistheid en overeenstemming met de wettelijke bepalingen
zoals opgenomen in artikel 17 van de Regeling garanties van oorsprong en certificaten van oorsprong (hierna aangeduid
als de regeling),
De opgave is opgesteld onder verantwoordelijkheid van <het bestuur van de vennootschap/de
leiding van de huishouding>. Het is onze verantwoordelijkheid om een assurance rapport
inzake deze rapportage te verstrekken.
Werkzaamheden
Wij hebben ons onderzoek verricht in overeenstemming met het Nederlands recht, waaronder
Standaard 3000 assurance-opdrachten anders dan opdrachten tot controle en beoordeling
van historische financiële informatie- en het onderzoeksprotocol dat als bijlage bij
de regeling is gepubliceerd.
Dienovereenkomstig dient het onderzoek zodanig te worden gepland en uitgevoerd dat
een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de opgave geen afwijkingen van
materieel belang bevat.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen assurance-informatie voldoende en geschikt
is voor onze conclusie.
Conclusie
Op grond van onze werkzaamheden concluderen wij dat de bovengenoemde rapportage juist
weergeeft en in overeenstemming met de wettelijke bepalingen zoals opgenomen in de
artikelen 15 en 16 van de regeling de opgave van:
Tevens concluderen wij dat de door de <producent/gemachtigde van de producent> op
grond van artikel 15, derde lid, van de regeling meegedeelde percentages <niet> overeenstemmen met de in bovengenoemde
rapportage weergegeven verhouding van de brandstoffen
Ingeval van zuivere en niet naar haar aard zuiver biomassa
<en dat de geëigende methode voor de vaststelling of het in de installatie verwerkte
materiaal als zuivere biomassa kan worden aangemerkt ten behoeve van de berekening
van de verhouding, op een juiste wijze is toegepast.>
Ingeval van niet zuivere biomassa
<en dat de geëigende methode voor de vaststelling van het gedeelte van de in de installatie
verwerkte niet-zuivere biomassa dat biologisch afbreekbaar is, ten behoeve van de
berekening van de verhouding, op een juiste wijze is toegepast>
In geval van niet-hernieuwbare brandstoffen
<en dat de geëigende methode voor de vaststelling of het in de installatie verwerkte
materiaal als fossiele brandstoffen kan worden aangemerkt ten behoeve van de berekening
van de verhouding, op een juiste wijze is toegepast.>
Overige informatie
De accountant kan hier overige informatie en uiteenzettingen opnemen die niet als
doel hebben afbreuk te doen aan zijn conclusie.
Beperking in gebruik (en verspreidingskring)
Dit assurancerapport is uitsluitend bedoeld ter onderbouwing van het jaarlijks door
de directie van de onderneming te verstrekken rapportage aan de Minister (artikel 17 van de regeling) en kan derhalve niet voor andere doeleinden worden gebruikt.
Plaats en datum:
Ondertekening:
1 3.000 assurance-opdrachten anders dan opdrachten tot controle of beoordeling van
historische financiële informatie.
2 Krachtens de Comptabiliteitswet 2016 (artikelen 6.1 en 6.3) heeft de Minister (die het aangaat) – bij commanditaire vennootschappen, vennootschappen
onder firma en natuurlijke personen die een beroep of bedrijf uitoefenen aan wie door
de Staat of een derde voor rekening of risico van de Staat rechtstreeks of middellijk
een subsidie, een lening of garantie wordt verstrekt – het recht nadere inlichtingen
in te winnen n.a.v. ter zake ontvangen bescheiden. Ook is de Minister (die het aangaat)
bevoegd inzage te vorderen in de controledossiers van de accountant die de betreffende
bescheiden heeft gecontroleerd om te bepalen of bij de vaststelling kan worden gesteund
op de door deze accountant uitgevoerde controle. Met betrekking tot het verlenen van
inzage in het controledossier kan de accountant zich niet beroepen op de omstandigheid
dat hij op grond van andere bij of krachtens de wet opgelegde verplichtingen tot geheimhouding
is verplicht van in dit dossier opgenomen vertrouwelijke gegevens. De Minister (die
het aangaat) is bevoegd van stukken inzake de betreffende controle uit de controledossiers
kopieën te maken.
Bijlage 3B. behorende bij artikel 17, tweede lid, onderdeel b, van de Regeling garanties van oorsprong en certificaten van oorsprong
Controleprotocol en voorbeeld assurancerapport productie gas uit biomassa
Controleprotocol Assurancerapport Biomassa
Inhoud
1
|
Inleiding
|
2
|
Biomassa: ‘Zuiver’, ‘naar haar/zijn aard zuiver’, ‘niet zuiver’
|
3
|
Reviewbeleid Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
|
4
|
Controleprotocol Assurancerapport Biomassa
|
5
|
Voorbeeld Assurancerapport
|
1. Inleiding
Dit document is bedoeld als handleiding bij de jaarlijkse assuranceopdracht. Dit document
bevat een inleiding met een overzicht van de biomassa indeling, type installaties,
vereisten waaraan het assurancerapport moet voldoen en enkele instructies voor de
productie van hernieuwbaar gas met biogas uit co-vergisting van dierlijke mest of
biogas uit vergisting van groente-, fruit- en tuinafval en de productie van hernieuwbaar
gas met stortgas of biogas uit afvalwater of rioolwaterzuiveringsinstallaties.
Naast de inleiding is een protocol opgenomen waarin de instructies voor de accountant
(formeel) zijn weergegeven. Het is de bedoeling dat de accountant het protocol toepast
en dat in het assurancerapport wordt verwezen naar het betreffende protocol. Het is
de bedoeling dat jaarlijks een assurancerapport wordt ingediend.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat heeft de bevoegdheid tot de uitgifte
van garanties van oorsprong voor gas uit hernieuwbare energiebronnen gemandateerd
aan Vertogas. Overal waar in dit protocol Onze Minister wordt genoemd, moeten gegevens
aan Vertogas worden overgelegd.
2. Biomassa: ‘Zuiver’, ‘naar haar/zijn aard zuiver’, ‘niet zuiver’
Als uitgangspunt kan hierbij dienen de criteria voor biomassa zoals die zijn vastgelegd
in de NTA 8003:2017 of bijlage Aa, behorende bij artikel 4 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet.
Achtergrond assurancerapport
Voor iedere producent van hernieuwbaar gas worden maandelijks meetgegevens door het
meetbedrijf of de regionale netbeheerder naar de minister gestuurd.
De definitieve controle van de groenpercentages vindt jaarlijks plaats door middel
van een assuranceopdracht. Eventuele verschillen die uit de controle voortvloeien
worden vervolgens gecorrigeerd door de minister.
Termijn voor het indienen
Na afloop van een kalenderjaar hebben producenten van hernieuwbaar gas 4 maanden de
tijd om een assurancerapport te overleggen. Voor productie over kalenderjaar t dient
dus uiterlijk 1 mei t +1 een assurancerapport bij de minister te worden ingediend.
Controle accountant
Tenslotte dient de accountant na te gaan of de producent van hernieuwbaar gas heeft
gehandeld volgens de biomassaverklaring en biomassa registraties die destijds zijn
ingediend voor het betreffende kalenderjaar. In de biomassaverklaring heeft de producent
destijds aangegeven welke stoffen mogelijk ingezet worden. De accountant dient te
controleren of de ingezette biomassa ook is vermeld op de biomassaverklaring.
Verklaring + tabel
Een gewaarmerkte tabel. Deze tabel bevat de groenpercentages op maandniveau zoals
die zijn opgesteld door de producent en gecontroleerd door de accountant. Om de minister
een goede consistentiecheck te kunnen laten uitvoeren, zijn onderliggende gegevens
gewenst. Daarbij moet worden gedacht aan hoeveelheden ingezette biomassa (tonnen)
en bijbehorende calorische waarden.
3. Reviewbeleid Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
De Auditdienst Rijk kan een review uitvoeren op de uitgevoerde accountantscontrole
inzake deze subsidie. De accountant, die de controle heeft uitgevoerd, verstrekt de
Auditdienst Rijk desgevraagd alle inlichtingen en bescheiden1. De eventuele extra kosten van de accountant in verband met de review zijn niet voor
rekening van het ministerie.
4. Controleprotocol Assurancerapport Biomassa
Inleiding
In artikel 17, tweede lid, van de Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen
en HR-WKK-elektriciteit, is bepaald dat de producent binnen 4 maanden na afloop van
ieder kalenderjaar aan de minister een assurancerapport overlegt inzake dat uitsluitend
biomassa is gebruikt zoals is genoemd in artikel 15 van de Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen
en HR-WKK-elektriciteit.
Dit controleprotocol beoogt een handreiking door middel van aandachtspunten te geven
aan de accountant bij de inrichting van zijn controle volgens de uitgangspunten zoals
benoemd in artikel 17, derde lid, van Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen
en HR-WKK-elektriciteit. Deze aandachtspunten, die niet limitatief zijn, moeten in
samenhang worden beschouwd met de richtlijnen voor de assuranceopdracht zoals uitgevaardigd
door het NBA.
Het doel van het assurancerapport is te komen tot een redelijke mate van zekerheid
over de juistheid van de door de producent (of zijn gemachtigde) opgegeven verhouding
van de in de installatie verwerkte biomassa. Op basis van de bevindingen zoals weergegeven
in het assurancerapport wordt (een deel van) het geproduceerde al dan niet aangemerkt
als afkomstig uit hernieuwbare energiebronnen. In geval geproduceerd gas wordt aangemerkt
als gas uit hernieuwbare energiebronnen zullen er door de minister garanties van oorsprong
worden aangemaakt overeenkomstig het aantal MWh geproduceerde gas uit hernieuwbare
energiebronnen. Deze vertegenwoordigen een waarde en zijn verhandelbaar in het geval
het gas betreft dat is opgewerkt tot aardgas kwaliteit. In geval het biogas betreft
zullen deze garanties van oorsprong een vaste bestemming krijgen waarvoor ze afgeboekt
kunnen worden en derhalve dus niet vrij verhandelbaar zullen zijn.
Procedure
Na afloop van een maand wordt door de netbeheerder een meetbericht (ball bericht)
verzonden aan de minister waarin gerapporteerd wordt over de totale productie gas
uit hernieuwbare energiebronnen van die maand. Dit meetbericht bevat in ieder geval
de hoeveelheid aan het net geleverd gas, maar indien de producent hierom verzoekt,
bevat het ook het totale opgewekte gas. De minister voert deze gegevens in het systeem
via een externe web-based applicatie. Na afloop van het kalenderjaar voert de producent
een controleberekening uit en bepaalt hij definitief de verhouding van de in de installatie
verwerkte brandstoffen. De assuranceopdracht vormt het sluitstuk in dit proces.
Rol van de accountant
De accountant
-
• controleert de juistheid van de door de producent definitief bepaalde uitkomsten van
de verhouding,
-
• stelt vast of deze verhouding gelijk is of afwijkt van de verhouding zoals die destijds
door de producent in het systeem is geplaatst,
-
• stelt vast of in overeenstemming is gehandeld met de artikelen 15, vierde lid, en 16 van de Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen
en HR-WKK-elektriciteit (de ‘biomassaverklaring’),
-
• stelt vast, voor zover betrekking hebbend op de berekening van de verhouding op een
juiste wijze is toegepast. De geëigende methode (‘bemonsteren’) dient te worden toegepast
indien er sprake is van biomassa of biogas die/dat niet ‘naar zijn/haar aard zuiver’
is. Volgens artikel 16 van de Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen
en HR-WKK-elektriciteit is een methode geëigend indien voldaan wordt aan de BRL-K10016
of aan vergelijkbare procesnormen.
De accountant rapporteert over de uitkomsten van bovengenoemde controles en over eventuele
overige uitkomsten van de controlewerkzaamheden van de accountant (verslag van bevindingen).
Wanneer blijkt dat de producent niet in overeenstemming heeft gehandeld met zijn conform
de overgelegde verklaringen, wordt de desbetreffende hoeveelheid gas alsnog als niet
afkomstig uit hernieuwbare energiebronnen aangemerkt.
Controletolerantie/betrouwbaarheid
De rapportage over de verhouding van de verwerkte biomassa dient maximaal op honderdsten
van procenten nauwkeurig te zijn. De aan de individuele regels van de rapportage toegerekende
controletolerantie bedraagt maximaal éénhonderdste deel van het verantwoorde percentage.
De assuranceopdracht dient gericht te zijn op het verkrijgen van een redelijke mate
van zekerheid dat deze tolerantie niet wordt overschreden.
Aandachtspunten
De accountant dient in ieder geval vast te stellen:
-
1. welke biomassa in de installatie is verwerkt, in welke verhouding deze zijn verwerkt
en of deze verhouding inderdaad kan leiden tot de percentages opgewekt hernieuwbaar
gas zoals deze door de producent of zijn gemachtigde zijn opgegeven. De accountant
maakt hierbij gebruik van de sluitende energiebalans van de desbetreffende installatie,
gebaseerd op voldoende onderbouwde normen en juist en volledig vastgestelde meet-
en installatiegegevens. Indien een geëigende methode dient te worden toegepast, controleert
de accountant of een juiste toepassing is gegeven aan de geëigende methode.
-
2. dat de aard van de in de installatie verwerkte biomassa in overeenstemming is met
de biomassa zoals deze in de biomassaverklaring zijn opgenomen.
-
3. dat er bij de producent een stelsel van al dan niet geautomatiseerde interne controlemaatregelen
aanwezig is, in opzet, bestaan en in werking, waaraan een hoge mate van zekerheid
is te ontlenen dat de opgegeven verhouding geen fouten van materieel belang bevat.
In dit stelsel is minimaal een sluitende goederenbeweging van de biomassa aanwezig.
Indien een geëigende methode is toegepast voor de vaststelling of de in de installatie
verwerkte materiaal als zuivere biomassa kan worden aangemerkt, dient de accountant
vast te stellen dat deze methode op een juiste wijze is toegepast. Wanneer de producent
gedurende de periode waarop de rapportage ziet, tussentijds een nieuwe biomassaverklaring
heeft overgelegd, dient de accountant vast te stellen dat zowel ten aanzien van de
eerdere als de latere verklaring(en) in overeenstemming hiermee is gehandeld. Een
accountantscontrole kan derhalve meerdere biomassaverklaringen omvatten, maar omvat
altijd hetzelfde tijdvak van een kalenderjaar.
-
4. dat er nadrukkelijk door de accountant aandacht wordt besteed aan de aanwezigheid
van een aardgasaansluiting.
-
5. dat er nadrukkelijk door de accountant aandacht wordt besteed aan het, op basis van
de door de producent gerapporteerde (duurzame) biomassa, door Vertogas geregistreerde
jaarvolume uitgedrukt in MWh, in relatie tot de door de producent volgens de geëigende
methode vastgestelde energie-productiewaarden per toegepaste soort biomassa.
In dit stelsel is minimaal een sluitende goederenbeweging van de biomassa aanwezig.
Indien een geëigende methode is toegepast voor de vaststelling of de in de installatie
verwerkte materiaal als zuivere biomassa kan worden aangemerkt, dient de accountant
vast te stellen dat deze methode op een juiste wijze is toegepast. Wanneer de producent
gedurende de periode waarop de rapportage ziet, tussentijds een nieuwe biomassaverklaring
heeft overgelegd, dient de accountant vast te stellen dat zowel ten aanzien van de
eerdere als de latere verklaring(en) in overeenstemming hiermee is gehandeld.
Een assarancecontrole kan derhalve meerdere biomassaverklaringen omvatten, maar omvat
altijd hetzelfde tijdvak van een kalenderjaar.
Rapportage van de verhouding
In geval het aantal brandstofsoorten (volgens de NTA-codes) meer bedraagt dan zes,
kunnen regels worden toegevoegd. In de rapportage zijn de letters A t/m D toegevoegd.
De indeling is van belang voor de verkrijging van juiste type garanties van oorsprong.
-
A) is als uitgangspunt de officiële definities in de Gaswet en de Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen
en HR-WKK-elektriciteit.
-
B) is de (nadere) indeling in zuiver en niet zuiver.
-
C) is de indeling die van belang is voor de controlemethode die dient te worden toegepast
om de mate van zuiverheid dan wel het biogene aandeel vast te stellen.
-
D) is een nadere verbijzondering ten behoeve van de hoogte van de subsidie (SDE).
5. Voorbeeld Assurancerapport
Naam accountantskantoor:
Aan*:
*. Opdrachtgever/producent
Assurancerapport
Dit assurancerapport wordt verstrekt ten behoeve van de rapportage aan de minister
en mag uitsluitend worden gebruikt door de minister.
Opdracht
Ingevolge uw opdracht hebben wij de bijgevoegde, door ons gewaarmerkte rapportage
betreffende de aard en de verhouding van de in de installatie, bekend onder EAN-code
<123456789012345678>, verwerkte biomassa met betrekking tot de periode van <datum>
t/m <datum> gecontroleerd. Deze rapportage is opgesteld onder verantwoordelijkheid
van <het bestuur van de vennootschap/de leiding van de huishouding>. Het is onze verantwoordelijkheid
een assurancerapport inzake deze rapportage te verstrekken.
Werkzaamheden
Onze controle is verricht overeenkomstig in Nederland algemeen aanvaarde richtlijnen
met betrekking tot controleopdrachten en in overeenstemming met het controleprotocol
(bijlage 3B bij de Regeling garanties van oorsprong en certificaten van oorsprong
voor energie uit hernieuwbare energiebronnen en HR-WKK-elektriciteit). Volgens deze
richtlijnen dient onze controle zodanig te worden gepland en uitgevoerd dat een redelijke
mate van zekerheid wordt verkregen dat de rapportage geen onjuistheden van materieel
belang bevatten. Een controle omvat onder meer een onderzoek door middel van deelwaarnemingen
van informatie ter onderbouwing van de aard en de verhouding van de verwerkte brandstoffen.
Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel.
Oordeel
Wij zijn van oordeel dat bovengenoemde rapportage de aard en de verhouding van de
in de installatie verwerkte brandstoffen juist weergeeft en in overeenstemming is
met de bepalingen van het controleprotocol.
Tevens zijn wij van oordeel dat de door de <producent/gemachtigde van de producent>
op grond van artikel 11, eerste lid, van de Regeling garanties van oorsprong voor energie uit hernieuwbare energiebronnen
en HR-WKK-elektriciteit meegedeelde percentages <niet> overeenstemmen met de in bovengenoemde
rapportage weergegeven verhouding van de brandstoffen.
Ingeval van zuivere en ‘niet naar haar aard zuivere’ biomassa
<en dat de geëigende methode voor de vaststelling of het in de installatie verwerkte
materiaal als zuivere biomassa kan worden aangemerkt ten behoeve van de berekening
van de verhouding, op een juiste wijze is toegepast>.
Ingeval van niet zuivere biomassa
<en dat de geëigende methode voor de vaststelling van het gedeelte van de in de installatie
verwerkte niet-zuivere biomassa dat biologisch afbreekbaar is, ten behoeve van de
berekening van de verhouding, op een juiste wijze is toegepast>.
<Uit de administratie van de producent/Uit andere ter beschikking staande gegevens>
is gebleken dat er gedurende bovengenoemde periode in overeenstemming is gehandeld
met de op grond van artikel 4.1 van de procesvoorwaarden overgelegde verklaringen.
Plaats………, datum……….
Ondertekening
………
1 Krachtens de Comptabiliteitswet 2016 (artikelen 6.1 en 6.3) heeft de Minister (die het aangaat) - bij commanditaire vennootschappen, vennootschappen
onder firma en natuurlijke personen die een beroep of bedrijf uitoefenen aan wie door
de Staat of een derde voor rekening of risico van de Staat rechtstreeks of middellijk
een subsidie, een lening of garantie wordt verstrekt - het recht nadere inlichtingen
in te winnen n.a.v. ter zake ontvangen bescheiden. Ook is de Minister (die het aangaat)
bevoegd inzage te vorderen in de controledossiers van de accountant die de betreffende
bescheiden heeft gecontroleerd om te bepalen of bij de vaststelling kan worden gesteund
op de door deze accountant uitgevoerde controle. Met betrekking tot het verlenen van
inzage in het controledossier kan de accountant zich niet beroepen op de omstandigheid
dat hij op grond van andere bij of krachtens de wet opgelegde verplichtingen tot geheimhouding
is verplicht van in dit dossier opgenomen vertrouwelijke gegevens. De Minister (die
het aangaat) is bevoegd van stukken inzake de betreffende controle uit de controledossiers
kopieën te maken.