2. Gevallen waarin afloopberichten worden verzonden
[Regeling vervallen per 01-03-2008]
Niet in alle gevallen waarin de verdachte niet is of zal worden veroordeeld, ter zake
van het in proces-verbaal vermelde feit, is een afloopbericht aan de beheerder van
een politieregister noodzakelijk. Dit dient slechts te geschieden in de vier volgende
gevallen:
-
a. sepot 01 (ten onrechte als verdachte vermeld);
-
b. sepot 07 (onrechtmatig verkregen bewijs);
-
c. sepot 09 (rechtmatige geweldsaanwending);
-
d. vrijspraak of ontslag van rechtsvervolging; en
-
e. aanzienlijke discrepantie tussen registratie en veroordeling.
ad a. Sepot 01 wordt toegepast indien iemand achteraf ten onrechte als verdachte wordt
aangemerkt als gevolg van (administratieve) fouten van politie of parket, dan wel
omdat op het moment van inboeking nog niet vast stond wie als verdachte moest worden
beschouwd en het dus kennelijk ten onrechte toch gebeurd is, dan wel omdat later blijkt
dat de betreffende persoon ten onrechte als verdacht is aangemerkt, bijvoorbeeld na
valse aangifte e.d.
ad b. Een van de uitgangspunten voor de registratie van persoonsgegevens in de politieregisters
is dat deze gegevens rechtmatig moeten zijn verkregen. Indien vaststaat dat de opgenomen
gegevens niet rechtmatig zijn verkregen, dienen deze uit de politieregisters te worden
verwijderd. Wanneer bijvoorbeeld een strafzaak niet eindigt in een veroordeling, omdat
er sprake is van onrechtmatig verkregen bewijs, dient de beheerder van het betreffende
politieregister hiervan in kennis te worden gesteld door middel van een afloopbericht.
In een dergelijk geval zijn in de regel de gronden van de verdenking niet komen te
vervallen, maar kan er sprake zijn van onrechtmatig verkregen gegevens die door de
beheerder uit het politieregister moeten worden verwijderd.
ad c. Sepotgrond 09 is opgenomen met betrekking tot de afdoening van de strafzaken
die hun aanleiding hebben in strafrechtelijk onderzoek naar geweldsaanwending door
een politieambtenaar. Bijvoorbeeld een onderzoek naar een schietincident, waarbij
een politieambtenaar iemand heeft doodgeschoten. In een aantal gevallen zal een zodanig
onderzoek ingeschreven moeten worden (bijvoorbeeld als een gerechtelijk vooronderzoek
moet worden ingesteld). Als uit dit strafrechtelijk onderzoek blijkt dat er is gehandeld
binnen de wettelijke kaders (bijvoorbeeld bij een schietincident binnen de kaders
van de Ambtsinstructie) dan zal er geen (verdere) strafrechtelijk vervolging geïndiceerd
zijn en kan de zaak worden geseponeerd. Van deze afdoening dient de beheerder van
het betreffende politieregister op de hoogte gesteld te worden door middel van een
afloopbericht.
ad. d. De problematiek betreffende de verwijdering van gegevens uit politieregisters
houdt nauw verband met de mate waarin nog verdenking bestaat, met andere woorden de
vraag naar het redelijk vermoeden van schuld genoemd in art. 27, lid 1 WvSv. Ingeval de strafzaak eindigt in een vrijspraak of een ontslag van rechtsvervolging,
dient automatisch vanuit Compas/GPS een afloopbericht te worden gezonden aan de betreffende
beheerder van het politieregister.
ad e. Wanneer de strafzaak leidt tot een veroordeling, bestaat er doorgaans geen noodzaak
om de beheerder van een politieregister een afloopbericht te zenden. De registratie
heeft in dat geval immers terecht plaatsgevonden. Toch kan de zorgplicht van de beheerder
van een politieregister tevens impliceren dat bij de registraties, die een proces-verbaal
als basis voor registratie kennen, de vermelding van de afloop van de strafzaak noodzakelijk
is om de gegevens juist en volledig te krijgen. Hierbij dient met name gedacht te
worden aan gevallen waarin er een aanzienlijke discrepantie bestaat tussen het feit
waarvoor proces-verbaal is opgemaakt (en dat als zodanig is geregistreerd) en het
feit waarvoor betrokkene uiteindelijk is veroordeeld. Het gegeven bijvoorbeeld dat
een proces-verbaal opgemaakt is ter zake van poging tot moord c.q. doodslag, krijgt
immers een andere dimensie indien daarbij vermeld wordt dat vervolging op basis van
het proces-verbaal op inhoudelijke gronden heeft geleid tot een veroordeling wegens
rijden onder invloed. Zonder deze aanvulling moet het oorspronkelijke gegeven als
onvolledig worden beschouwd.
In verband met de geautomatiseerde verwerking is het van belang dat het oorspronkelijke
feit wordt geseponeerd en een nieuw feit wordt geïntroduceerd. Op basis van het nieuwe
feit wordt de vervolgingsbeslissing genomen.