Onderdelen bedrijfsplan
[Regeling vervallen per 01-01-2015]
Het bedrijfsplan dient betrekking te hebben op zowel de inrichting als de werkwijze
in de broederij. De volgende indeling wordt aanbevolen:
1. Hygiëne bewustzijn en persoonlijke hygiëne;
2. Hygiëne management in de kuikenbroederij, waaronder reinigings- en desinfectieplan;
3. Logistiek van het broeden;
4. Afvalverwerking.
2. Hygiëne management in de kuikenbroederij
[Regeling vervallen per 01-01-2015]
Het onderdeel hygiëne management in de kuikenbroederij dient te bevatten:
2.1. procedures over het aanleveren van broedeieren waaronder het gescheiden aanleveren
van gewassen eieren etc.;
2.2. procedures voor de wijze van ontvangst en verwerking van de broedeieren, waaronder
wijze van sorteren, behandeling en wijze van inleggen van vuile en gewassen eieren,
hygiëne bij overleggen, etc.;
2.3. procedures over de hygiëne in de kuikenbroederij, waaronder de wijze waarop schone
en vuile gedeelten in de kuikenbroederij worden aangegeven, procedures voor het personeel
waarin de looproutes in de kuikenbroederij staan beschreven etc.;
2.4. procedures voor reiniging en desinfectie, waarin o.a. frequentie, reinigings-
en ontsmettingsmiddelen en werkwijze worden weergegeven van zowel de kuikenbroederij
als de vervoers- en transportmiddelen (kratten dan wel containers), een plattegrond
van de te reinigen lokalen en de opslag van middelen, aanwijzing van de verantwoordelijke
personen, persoonlijke bescherming etc.;
2.5. procedures voor de controle van de hygiëne in de kuikenbroederij, waarin o.a.
staat aangegeven wanneer en op welke wijze wordt gecontroleerd en wat de acties bij
afwijkingen zijn;
2.6. ongediertebestrijdingsplan;
2.7. andere procedures met betrekking op het algemene hygiëne management.
3. Logistiek van het broeden
[Regeling vervallen per 01-01-2015]
In onderstaande maatregelen wordt een voorzet gegeven hoe in het kader van het bedrijfsplan
met broedeieren op kuikenbroederijniveau moet worden omgegaan.
Het gaat hierbij om zowel bouwkundige en technische voorzieningen als om een aantal
protocollen voor werkwijze, voor wat betreft mogelijk besmette broedeieren. Uitgangspunt
voor de richtlijn is dat eieren, kuikens of afvalmateriaal en dons van kuikens van
mogelijk besmette koppels niet in contact mogen komen met eieren of kuikens van vrije
koppels. Wanneer dit wel gebeurt moet de hele partij als mogelijk besmet worden beschouwd.
3.1. ei-transport en -bewaring
Maatregel: niet-ontsmette eieren van mogelijk besmette koppels worden zo min mogelijk
tegelijk met vrije eieren vervoerd. Na transport van mogelijk besmette eieren moet
de vrachtwagen gereinigd en ontsmet worden. Het is ook mogelijk de broedeieren van
mogelijk besmette koppels als laatste op te halen en de broedeieren hetzij op het
vermeerderingsbedrijf zijn ontsmet, hetzij direct in de vrachtwagen te ontsmetten.
Karakter: verplicht in het eigen bedrijfsplan aangeven hoe dit punt wordt aangepakt.
Motivatie: eieren van mogelijk besmette koppels vormen een verhoogd risico voor horizontale
transmissie, apart ophalen voorkomt transmissie via de vrachtwagen of personen, fouten
in de aanvoerlogistiek (verwisselen van containers) worden beter voorkomen.
3.2. logistiek was- en grondeieren
Maatregel: waseieren en grondeieren van mogelijk besmette koppels moeten bij voorkeur
niet ingelegd worden. Wanneer ze wel ingelegd worden, worden ze bij voorkeur niet
in dezelfde voorbroeder gebroed als eieren van vrije koppels (mogelijk in een aparte
voorbroeder met alleen waseieren en grondeieren of in een voorbroeder met alleen besmette
koppels). Wanneer dit niet mogelijk is dienen de waseieren en grondeieren altijd onderop
te worden geplaatst, zodat besmetting door klapeieren zoveel mogelijk worden voorkomen.
Karakter: verplicht in het eigen bedrijfsplan aangeven hoe dit punt wordt aangepakt.
Motivatie: waseieren en grondeieren vormen een verhoogd risico op klapeieren, waardoor
een eventuele besmetting in de voorbroeder verspreid kan worden.
3.3. ontsmetting 18 dagen
Maatregel: eieren van mogelijk besmette koppels en van vrije koppels die in dezelfde
voorbroeder zijn gebroed dienen na overleggen ontsmet te worden.
Karakter: verplicht.
Motivatie: tegengaan van kruisbesmetting bij transport van eieren door de kuikenbroederij.
Door na overleggen te ontsmetten kan een eventuele verspreiding tegengegaan worden.
3.4. logistiek van overleg
Maatregel: eieren van mogelijk besmette koppels dienen als laatste partij van de dag
te worden geschouwd en overgelegd. Na schouw en overleg dient de apparatuur gereinigd
en ontsmet te worden.
Karakter: verplicht.
Motivatie: door schouwen en overleggen kan horizontale verspreiding via apparatuur
en personen worden veroorzaakt.
3.5. klimaatscheiding uitkomstkasten
Maatregel: eieren van mogelijk besmette koppels dienen in een apart uitkomstlokaal
uitgebroed te worden. De aanvoer van lucht mag van een gezamenlijke ruimte afkomstig
zijn. Voor de afvoer van de lucht geldt:
a. De aanvoer vindt bij voorkeur volledig gescheiden plaats van de luchtkanalen van
de overige uitkomstlokalen.
b. Wanneer de luchtafvoer plaatsvindt via hetzelfde luchtkanaal dient de luchtafvoer
van het uitkomstlokaal dat gebruikt wordt voor de mogelijk besmette koppels als laatste
op het afvoerkanaal worden aangesloten, zo dicht mogelijk bij de afvoer.
c. Wanneer de luchtafvoer plaatsvindt via hetzelfde luchtkanaal, maar het uitkomstlokaal
met mogelijk besmette kuikens niet als laatste op het afvoerkanaal is aangesloten,
zo dicht mogelijk bij de afvoer dan dient voldoende onderdruk aanwezig te zijn in
het afvoerkanaal. Hiervoor is een automatische alarmmelding dan noodzakelijk.
Na uitkomst van de mogelijk besmette kuikens dienen de ruimte en apparatuur gereinigd
en ontsmet te worden.
Karakter: verplicht.
Motivatie: dons is een belangrijke factor in de horizontale verspreiding. Bij uitkomstmachines
in hetzelfde lokaal is bij het openen van de deur de verspreiding van de dons niet
te voorkomen.
3.6. logistiek van uitkomst
Maatregel: de kuikens van mogelijk besmette koppels dienen als laatste van de dag
te worden afgeraapt en verwerkt. Bij het afrapen moeten de vrije kuikens uit het lokaal
verwijderd zijn. Vrije kuikens mogen niet worden opgeslagen tezamen met mogelijk besmette
kuikens. Dit betekent een aparte opslag voor vrije kuikens. Na het afrapen van de
mogelijk besmette kuikens dienen de ruimte en apparatuur gereinigd en ontsmet te worden.
Karakter: verplicht.
Motivatie: dons vormt een belangrijke factor in de horizontale verspreiding.
Door de kuikens niet ruimtelijk te scheiden kan kruisbesmetting ontstaan.
3.7. kuikentransport
Maatregel: transport van mogelijk besmette kuikens dient apart van het transport van
vrije kuikens plaats te vinden, in een aparte wagen. Na transport dient de wagen gereinigd
en ontsmet te worden.
Karakter: verplicht.
Motivatie: verspreiding van dons tijdens transport kan kruisbesmetting tot gevolg
hebben.
3.8. administratie
De administratie van de kuikenbroederij dient dusdanig te worden opgezet dat voor
de medewerkers duidelijk is welke eieren mogelijk besmet zijn en welke procedure daarmee
gevolgd moet worden. Tevens moet uit de administratie afgeleid kunnen worden welke
route in plaats en tijd de mogelijk besmette eieren hebben gevolgd, zodat duidelijk
wordt of de verschillende protocollen voor handling juist zijn uitgevoerd.