U bent nu hier: Wettenbank
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving
Zoals belastingen, uitkeringen en subsidies.
Officiële publicaties van de overheid.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
[Regeling vervallen per 01-08-2008.]Geraadpleegd op 07-07-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 27-02-2008 en zichtdatum 04-07-2024. Geldend van 14-05-2006 t/m 31-07-2008
Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 20 april 2006, houdende de Subsidieregeling ‘Week van het Leren’ 2006
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Gelet op artikel 4 van de Wet overige OCenW-subsidies;
Besluit:
[Regeling vervallen per 01-08-2008]
In deze regeling wordt verstaan onder:
a. minister: de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
b. CINOP: het Centrum voor innovatie van opleidingen, te ’s-Hertogenbosch;
c. Week van het leren: de door een resolutie van de UNESCO ondersteunde ‘Week van het leren door volwassenen’ in de week van 23 tot en met 30 september 2006.
1 De minister verstrekt projectsubsidies voor lokale en regionale activiteiten tijdens de Week van het leren, die:
a. bijdragen aan de promotie van het leren door volwassenen en
b. aansluiten op de landelijke campagne die in het kader van de Week van het leren wordt gevoerd.
2 Activiteiten, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, omvatten, voor zover zij bijdragen aan de promotie en promotieactiviteiten van het leren door volwassenen, het volgende:
a. het organiseren van open dagen en manifestaties;
b. het uitreiken van prijzen voor prestaties in het volwassenenonderwijs; of
c. het verspreiden van promotiemateriaal.
3 De activiteiten, bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, sluiten aan bij de doelstellingen en activiteiten uit het Actieplan Leven Lang Leren en het Plan van Aanpak Leren & Werken en hebben betrekking op:
a. het bestaande aanbod van de volwasseneneducatie;
b. de mogelijkheden om beroepsvaardigheden te verwerven of te versterken;
c. de kansen op zowel maatschappelijke- als arbeidsparticipatie;
d. het ondernemen van leerprojecten en leeractiviteiten; of
e. het stimuleren van de combinatie leren en werken gedurende de gehele loopbaan.
1 De minister verleent de subsidie aan een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid.
2 De subsidieaanvrager maakt deel uit van een samenwerkingsverband dat bestaat uit ten minste drie partners, die deelnemen aan de activiteiten, bedoeld in artikel 2, eerste lid.
Voor subsidieverstrekking op grond van deze regeling is een bedrag van € 60.000,– beschikbaar.
Het subsidiebedrag bedraagt per subsidieaanvraag maximaal € 3.000,–.
1 De minister verleent de subsidie op aanvraag.
2 De aanvraag bevat in ieder geval:
a. een activiteitenplan;
b. een begroting van aan de activiteiten verbonden uitgaven en inkomsten;
c. een schriftelijke verklaring van de partners, bedoeld in artikel 3, tweede lid, dat aan de in het activiteitenplan omschreven activiteiten wordt deelgenomen; en
d. een vermelding van het bank- of gironummer van de subsidieaanvrager.
3 De subsidieaanvrager dient de aanvraag uiterlijk 19 mei 2006 in bij CINOP onder vermelding van ‘subsidieaanvraag Week van het leren’.
1 CINOP adviseert de minister over de verdeling van het beschikbare bedrag.
2 CINOP neemt bij het uitbrengen van het advies de criteria, bedoeld in het derde lid, in acht.
3 De minister voorziet in een gelijktijdige beslissing op aanvragen met betrekking tot soortgelijke projecten op basis van een vergelijking van hun geschiktheid om bij te dragen aan de doelstellingen van de subsidie, op grond van de volgende overwegingen:
a. de bijdrage die de activiteiten aan de promotie van het leren door volwassenen leveren en de mate waarin deze aansluiten op de landelijke campagne die in het kader van de Week van het leren wordt gevoerd en de omschrijving van de activiteiten, bedoeld in artikel 2, derde lid;
b. een evenwichtige regionale spreiding van de activiteiten;
c. de originaliteit en het innovatieve karakter van de te organiseren activiteit en de te verwachten publieke uitstraling;
d. het bereiken van specifieke doelgroepen; en
e. de mate waarin het samenwerkingsverband steunt op een breed draagvlak van aanbieders van educatie met lokale en regionale partijen.
De minister beslist uiterlijk op 9 juni 2006 over de subsidieverlening op basis van het advies van CINOP.
1 Indien gevraagd verstrekt de subsidieontvanger aan de minister:
a. uiterlijk 15 juli 2006 informatie ten behoeve van de internetsite
www.weekvanhetleren.nl;
b. voorbeelden van het gebruikte promotiemateriaal; en
c. fotomateriaal van de activiteiten.
2 De subsidieontvanger stelt ideeën en materialen die aansluiten bij de doelstelling van deze regeling op verzoek van andere organisatoren van activiteiten beschikbaar aan deze organisatoren. Indien gevraagd presenteert de subsidieontvanger deze tijdens een landelijke manifestatie.
3 De subsidieontvanger stelt zich beschikbaar voor publiciteit via de Projectdirectie Werken & Leren.
De minister verleent de subsidieontvanger een voorschot op het subsidiebedrag.
De artikelen 17, 18 en 19 van de Wet overige OCenW-subsidies zijn van toepassing op deze regeling.
1 De subsidie wordt uitsluitend aangewend voor het doel waarvoor zij is verstrekt. Eventueel niet-bestede middelen of overschotten na afloop van de activiteiten dienen te worden terugbetaald.
2 Uiterlijk 20 oktober 2006 verstrekt de subsidieontvanger aan CINOP een activiteitenverslag met een eenvoudige opgave van de aan de activiteiten verbonden uitgaven en inkomsten. Het activiteitenverslag bevat een evaluatie van de activiteiten die hebben plaatsgevonden.
3 CINOP zendt de activiteitenverslagen en de daarbij behorende eenvoudige financiële verantwoording ter vaststelling van de subsidie aan de minister.
4 Subsidie kan geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd van een aanvrager, indien:
a. de aanvrager onjuiste, niet tijdige of voor de beoordeling van de uitvoering van de regeling onvolledige gegevens heeft verstrekt;
b. het project niet is gestart, aanzienlijk is vertraagd of voortijdig is wordt beëindigd;
c. de ontvanger van de subsidie kennelijk in strijd met het doel van de subsidie heeft gehandeld, of
d. de verlening van de subsidie onjuist was en de ontvanger dit wist of behoorde te weten.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na datum na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Week van het leren 2006.
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Staatssecretaris
M. Rutte
Voor een permanente link naar de door u bekeken versie, inwerkinggetreden op , kopieer één van de onderstaande links of verfijn de link in de Linktool.
Met behulp van de Linktool van LiDO is het mogelijk om een bredere link of een meer gedetailleerde link te maken.
Ga naar de Linktool
Op linkeddata.overheid.nl zijn onderstaande relaties bekend.
Er is geen andere versie beschikbaar waarmee u de huidige geselecteerde versie, inwerkinggetreden op , kan vergelijken.
Selecteer een andere versie van de regeling waarmee u de huidige versie , inwerkinggetreden op , wilt vergelijken.
Vergelijken van "Subsidieregeling Week van het leren 2006", inwerkinggetreden op , met versie die inwerking is getreden op .
Doordat er een grote regeling is gekozen kan de vergelijking enkele minuten duren.
U kunt kiezen voor het toevoegen van de wetstechnische informatie aan de tekst.
U kunt kiezen in welk formaat de tekst geëxporteerd wordt.
U kunt de tekst inclusief afbeeldingen exporteren. De afbeeldingen worden dan met de tekst in een .zip-bestand geleverd
Via deze link kunt u meer informatie krijgen over de Europese richtlijn of verordening waarnaar in de tekst van de regeling verwezen wordt, inclusief de tekst daarvan. U wordt hiervoor doorgeleid naar EUR-LEX, de online databank van de Europese Unie waarin de Europese wetgeving is opgenomen.