Regeling rechtspositie gedeputeerden

[Regeling vervallen per 28-03-2019.]
Geraadpleegd op 21-07-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-01-2009 en zichtdatum 05-07-2024.
Geldend van 11-12-2008 t/m 21-07-2009

Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, houdende een aantal rechtspositionele aangelegenheden ten aanzien van gedeputeerden (Regeling rechtspositie gedeputeerden)

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 18 en 19 van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden;

Artikel 1

[Regeling vervallen per 28-03-2019]

  • 1 De vergoeding voor reis- en pensionkosten, bedoeld in artikel 18, eerste lid onder a, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden, betreft:

    • a. een maandelijks bedrag van maximaal 90 procent van de gemaakte pensionkosten tot ten hoogste 50 procent van de bezoldiging;

    • b. voor reiskosten tussen de woonplaats en de plaats van verblijf:

      • 1°. de kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer,

      • 2°. bij gebruik van een eigen personenauto, een bedrag van € 0,15 per afgelegde kilometer.

  • 2 Indien geen aanspraak wordt gemaakt op een vergoeding van pensionkosten, bedraagt de vergoeding voor het reizen tussen de woonplaats en de provincie:

    • a. de kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer;

    • b. bij gebruik van een eigen personenauto, een bedrag van € 0,15 per afgelegde kilometer.

Artikel 2

[Regeling vervallen per 28-03-2019]

  • 1 De verhuiskostenvergoeding, bedoeld in artikel 18, eerste lid onder b, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden, betreft:

    • a. het bedrag van de transportkosten voor het vervoer van inboedel naar de nieuwe woning;

    • b. andere direct uit de verhuizing voortvloeiende kosten, waaronder begrepen de kosten van het in- en uitpakken van breekbare zaken tot een maximum van € 5.445,–;

    • c. kosten in verband met dubbele woonlasten tot maximaal € 272,27,– per maand en gedurende een periode van maximaal vier maanden.

Artikel 3

[Regeling vervallen per 28-03-2019]

De vergoeding van kosten voor woon- werkverkeer, bedoeld in artikel 19, eerste lid, onder a, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden betreft:

  • a. de kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer;

  • b. bij gebruik van een eigen personenauto een bedrag van € 0,15 per afgelegde kilometer.

Artikel 4

[Regeling vervallen per 28-03-2019]

De vergoeding voor reis- en verblijfkosten, bedoeld in artikel 19, eerste lid, onder c, van het Rechtspositiebesluit gedeputeerden, betreft:

  • a. de kosten voor het gebruik van het openbaar vervoer;

  • b. bij gebruik van een eigen personenauto, een bedrag van € 0,37 per afgelegde kilometer;

  • c. de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte werkelijke verblijfkosten.

Artikel 4a

[Regeling vervallen per 28-03-2019]

Terugwerkende kracht

Voor dit artikel is een wijziging met terugwerkende kracht gepubliceerd. Zie opmerking onder de tekst voor nadere informatie.
  • 1 De gedeputeerde kan op aanvraag aanspraak maken op saldering van reiskosten voor zakelijke reizen overeenkomstig de regeling voor provinciaal personeel.

Terugwerkende kracht

Stcrt. 2009, 10878, datum inwerkingtreding 22-07-2009, bevat een wijziging met terugwerkende kracht van dit artikel. Deze wijziging werkt terug tot en met 01-07-2008.

2 Indien geen regeling als bedoeld in het eerste lid is vastgesteld, kan de gedeputeerde op aanvraag aanspraak maken op een vergoeding als bedoeld in artikel 4a van de Reisregeling binnenland en artikel 2a van de Reisregeling buitenland.

Artikel 5

[Regeling vervallen per 28-03-2019]

Het declareren van de kosten geschiedt onder overlegging van bewijsstukken.

Artikel 6

[Regeling vervallen per 28-03-2019]

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2004, met dien verstande dat artikel 1 en 2 van de Regeling rechtspositie gedeputeerden terugwerken tot en met 12 maart 2003.

Artikel 7

[Regeling vervallen per 28-03-2019]

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling rechtspositie gedeputeerden.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De

Minister

van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J.W. Remkes

Naar boven