Artikel 1. Begripsbepalingen
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
In deze regeling wordt verstaan onder:
-
a. minister: de Minister van Verkeer en Waterstaat;
-
b. stichting: de Stichting Centrum Regelgeving en Onderzoek in de Grond-, Water- en Wegenbouw
en de Verkeerstechniek;
-
c. bestuur: het bestuur van de stichting.
Artikel 2. Subsidiabele kosten
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
Artikel 3. Aanvraag subsidieverlening
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
-
3 Alle correspondentie van de stichting aan de minister in verband met de uitvoering
van deze regeling, wordt gericht aan Hoofdkantoor Rijkswaterstaat, afdeling CX, Postbus
20906, 2500 EX Den Haag.
Artikel 4. Beslissing subsidieverlening
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
De minister beslist op de aanvraag voor subsidieverlening uiterlijk 15 december voorafgaand
aan het jaar waarop deze betrekking heeft.
Artikel 5. Subsidiebetaling
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
-
2 De in het eerste lid bedoelde, uiterlijk twee weken voor aanvang van de desbetreffende
voorschotperiode in te dienen aanvraag, geschiedt door middel van een factuur van
de stichting waarin het voor de desbetreffende periode gevraagde voorschotbedrag is
opgevoerd. Deze factuur vermeldt eveneens datum en nummer van de beschikking tot subsidieverlening.
Artikel 6. Aanvraag vaststelling subsidie
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
-
1 Het bestuur dient jaarlijks uiterlijk 1 juni een aanvraag tot vaststelling van de
subsidie in, voorzien van een gespecificeerde factuur alsmede een financiële verantwoording
over het desbetreffende kalenderjaar waarin een opgave is opgenomen van de daadwerkelijke
realisatie ten opzichte van de begroting. Tevens wordt overgelegd een jaarverslag
omtrent de activiteiten van de stichting.
Artikel 7. Subsidievaststelling
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
-
1 Binnen acht weken nadat het bestuur de verantwoording, bedoeld in artikel 6, heeft overgelegd, wordt het bedrag van de subsidie vastgesteld.
-
2 Indien het vastgestelde subsidiebedrag hoger is dan hetgeen reeds aan voorschot is
betaald, wordt het meerdere binnen vier weken na de dag waarop de subsidievaststelling
is bekendgemaakt, uitbetaald.
-
3 Indien het vastgestelde subsidiebedrag lager is dan hetgeen reeds aan voorschot is
uitbetaald, wordt het teveel betaalde in mindering gebracht op de subsidie die voor
het volgende kalenderjaar wordt verleend. Indien dit niet mogelijk is, dient het bestuur
het teveel betaalde binnen vier weken na de vaststelling van de subsidie te restitueren.
Artikel 8. Overige verplichtingen bestuur
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
-
2 Het bestuur verleent medewerking aan een onderzoek naar de rechtmatige en doelmatige
aanwending van de ontvangen subsidiegelden, verricht namens of in opdracht van de
minister of door de Algemene Rekenkamer.
Het bestuur zal hiertoe desverlangd alle inlichtingen verschaffen en boeken en bescheiden
overleggen dan wel daarin inzage geven en desverlangd kopieën verstrekken.
Artikel 9. Overgangsbepaling
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
In afwijking van de artikelen 3 en 4, wordt de aanvraag voor subsidieverlening over het jaar 2004 zo spoedig mogelijk
na inwerkingtreding van deze regeling ingediend en beslist de minister daarop zo spoedig
mogelijk.
Artikel 10. Inwerkingtreding
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant
waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2009.
Artikel 11. Citeertitel
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling subsidiëring Stichting CROW 2004–2008.
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
MODELVERKLARING
Aan:
de ......................... van Rijkswaterstaat
T.a.v. [naam behandelende afdeling]
Postbus [nummer]
[postcode] [plaats]
Wij hebben de door ons gewaarmerkte verantwoording van de Stichting CROW, [datum]
[kenmerk] over het kalenderjaar 20.. gecontroleerd.
Ons in dat kader uitgevoerde onderzoek is uitgevoerd in overeenstemming met algemeen
aanvaarde controlegrondslagen en met inachtneming van hetgeen is vermeld in het ‘CONTROLEPROTOCOL
Stichting CROW 2004–2008’.
Volgens de richtlijnen dient onze controle zodanig te worden gepland en uitgevoerd,
dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de financiële verantwoording
geen onjuistheden van materieel belang bevat. Een controle omvat onder meer een onderzoek
door middel van deelwaarnemingen van informatie ter onderbouwing van de bedragen in
de financiële verantwoording. Tevens omvat een controle een beoordeling van de grondslagen
voor financiële verslaggeving die bij het opmaken van de financiële verantwoording
zijn toegepast. Voorts is aanvullend specifieke aandacht besteed aan de in vorenbedoelde
beschikking aangegeven aspecten.
Wij zijn van mening dat onze controle een deugdelijke grondslag vormt voor ons oordeel.
Bevindingen en kwantitatieve gegevens (indien van toepassing)
Oordeel
Wij zijn van oordeel dat deze financiële verantwoording voldoet aan de daaraan te
stellen eisen, onder meer vastgelegd in de beschikking ..............................
de dato ...............
Deze verklaring wordt afgegeven ten behoeve van ..............................
(plaats, datum)
(ondertekening)
[Regeling vervallen per 01-01-2009]
CONTROLEPROTOCOL Stichting CROW
1. Inleiding
Dit controleprotocol heeft betrekking op accountantscontrole van de door de Stichting
aan de Minister van Verkeer en Waterstaat over te leggen verantwoording van de aanwending
van de aan deze Stichting door het Ministerie van Verkeer en Waterstaat verleende
subsidie(s) in het kader van de Regeling subsidiëring CROW 2004–2008 (Stcrt. xxx,
2003).
De volgende regelgeving en begrippen zijn van toepassing:
-
1. de Regeling: Regeling subsidiëring CROW 2004–2008
-
2. de beschikking: de beschikking van de Minister van Verkeer en Waterstaat houdende
subsidieverlening en/of -vaststelling op grond van de Regeling;
-
3. Stichting: Stichting CROW
-
4. de verantwoording als bedoeld in de Regeling;
-
5. de derde-accountant: de accountant of Accountant-Administratieconsulent van de Stichting;
-
6. alle overige correspondentie tussen de Minister van Verkeer en Waterstaat en de Stichting,
voorafgaand aan en volgend op de beschikking.
De controle door de derde-accountant van de verantwoording van de Stichting heeft
tot doel duidelijk aan te geven of en zo ja, in hoeverre deze voldoet aan de eisen
die de beschikking en de Regeling daaraan stellen.
Bij de uitvoering van de controle geldt een algemene tolerantie die gebruikelijk wordt
gehanteerd bij de controle van de jaarrekening.
2. Uitgangspunten voor de controle
De controle dient zowel de getrouwheid van de verantwoording van de declaraties/afrekening(en)
alsmede de rechtmatige besteding van de ter beschikking gestelde middelen te omvatten.
Van de derde-accountant wordt derhalve verwacht dat hij niet alleen de getrouwheid
van de verantwoording van de declaraties/afrekening(en) controleert maar dat hij ook
de naleving van de subsidievoorwaarden toetst. Dit betekent dat bijvoorbeeld nagegaan
dient te worden of uitsluitend subsidiabele kosten worden verantwoord (zie o.m. artikel 2 van de Regeling) en of de gelden zijn aangewend voor het doel waarvoor zij zijn verstrekt. Tevens
dient nagegaan te worden of de in rekening gebrachte contraprestaties daadwerkelijk
zijn geleverd.
Bij de controle geconstateerde en niet gecorrigeerde fouten en onzekerheden, voorzover
van invloed op de ontvangen subsidie, met een belang individueel of in totaal groter
dan 1% van het subsidiebedrag dienen te worden gerapporteerd.
Er kan door de accountantsdienst van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat of door
haar aangewezen accountants een review worden uitgevoerd bij de fungerende derde-accountant
ter toetsing van de naleving van het controleprotocol.
3. Rapportering
In de rapportering moeten in ieder geval tot uitdrukking komen de conclusie met betrekking
tot de rechtmatigheid, de mededeling dat de kosten passen binnen de omschrijving van
de activiteit, de mededeling dat de subsidie is besteed aan de activiteit en vermelding
van bedragen en kwantitatieve gegevens.