Belasting van personenauto’s en motorrijwielen, maandaangifte; afronden bedragen

[Regeling vervallen per 01-10-2006.]
Geraadpleegd op 08-07-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 01-09-2005 en zichtdatum 05-07-2024.
Geldend van 25-06-2002 t/m 30-09-2006

Belasting van personenauto’s en motorrijwielen, maandaangifte; afronden bedragen

De Directeur-Generaal Belastingdienst heeft namens de Staatssecretaris van Financiën het volgende besloten.

Vraag

[Regeling vervallen per 01-10-2006]

Volgens artikel 6 van de Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (Wet BPM) moet de belasting op aangifte worden voldaan. Op grond van artikel 8 van de Wet BPM kan de inspecteur toestaan dat een ondernemer de belasting per tijdvak voldoet. De inspecteur verleent hiervoor een vergunning. Een ondernemer die een dergelijke vergunning heeft gekregen (verder vergunninghouder) doet maandelijks aangifte voor de BPM. In deze aangifte zijn opgenomen alle in de voorgaande maand tenaamgestelde auto’s waarvoor hij de aanvraag voor de opgave van het kenteken heeft gedaan. Hij voldoet de belasting voor genoemde auto’s namens degene op wiens naam het kenteken is gesteld.

Moeten in de maandaangifte van een vergunninghouder de BPM-bedragen worden afgerond per auto of per aangifte?

Antwoord

[Regeling vervallen per 01-10-2006]

In de aangifte van een vergunninghouder als bedoeld in artikel 8 van de Wet BPM mogen de BPM-bedragen per auto naar beneden worden afgerond op hele eurobedragen.

De maandaangifte van een vergunninghouder is te beschouwen als een verzameling van aangiftegegevens van individuele belastingplichtigen. Als door deze belastingplichtigen zelf aangifte was gedaan met gebruik van het aangiftebiljet BPM-17 – dat is ingericht voor de aangifte van één auto – was het belastingbedrag eveneens naar beneden afgerond op hele euro’s.

Naar boven