Bijlage
[Regeling vervallen per 29-12-2005]
-
1. Noodzakelijke scholing of opleiding
Onder noodzakelijke scholing op opleiding wordt verstaan een scholing of opleiding
die voldoet aan de criteria van de Ministeriële regeling op grond van art. 76 WW.
-
2. Werkzaamheden gaan krachten en bekwaamheden te boven
In beginsel komt alle algemeen geaccepteerde arbeid voor proefplaatsing in aanmerking,
mits de arbeid in overeenstemming is met de krachten en bekwaamheden van betrokkene.
De wettelijke weigeringsgrond dat de onbeloonde werkzaamheden de krachten en bekwaamheden
van de werknemer te boven gaan wordt slechts toegepast, indien evident is dat de werknemer
de werkzaamheden op de proefplaats slechts tot schade van zijn gezondheid zal verrichten.
-
3. Onbeloonde werkzaamheden te verrichten met behoud WW
In gevallen waarin het op grond van de jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep
(RSV 1992/348) toegestaan is om - ondanks dat er sprake is van onbeloonde werkzaamheden
die strikt genomen niet met behoud van uitkering WW kunnen worden verricht - de uitkering
WW buitenwettelijk te continueren, gaat de reïntegratie-uitkering voor op de buitenwettelijke
uitkering.
-
4. Aansprakelijkheids- en ongevallenverzekering
Bij de toetsing van de weigeringsgrond dat de werkgever geen aansprakelijkheids- of
ongevallenverzekering heeft afgesloten ten behoeve van de werknemer, wordt afgegaan
op de mededeling die de werkgever hierover desgevraagd doet.
-
5. Misbruik en oneigenlijk gebruik
De reïntegratie-uitkering wordt geweigerd in situaties waarin het vermoeden bestaat
dat een werkgever de regeling oneigenlijk gebruikt of misbruikt.
-
6. Uitkeringsduur
De reïntegratie-uitkering wordt verstrekt over een aaneengesloten periode van 6 maanden
of 2 jaar (of zoveel korter als de onbeloonde werkzaamheden worden verricht of scholing
wordt gevolgd).
Er kunnen problemen ontstaan door het tijdstip van aanvang van de reïntegratie-uitkering.
Deze uitkering begint volgens de tekst van de wet (art. 26, eerste en tweede lid Rea)
namelijk altijd op de eerste dag van de kalenderweek waarin met werken of met de scholing
wordt begonnen. Wordt op woensdag begonnen, dan gaat de uitkering al op maandag in.
Aangezien de uitkering maximaal over een aaneengesloten periode van 6 maanden kan
worden verstrekt leidt dit eerdere aanvangstijdstip er toe dat aan het einde van de
periode van feitelijk werken over een aantal dagen geen uitkering kan worden verstrekt.
Het volgende voorbeeld maakt dat duidelijk. Iemand begint op donderdag 1 oktober 1998
met de proefplaatsing en spreekt af dat deze proefplaatsing loopt tot en met 31 maart
1999 (6 maanden). De reïntegratie-uitkering vangt op de eerste dag van de kalenderweek
aan, in dit geval dus maandag 28 september 1998. Consequentie van deze aanvangsdatum
is dat de uitkering slechts kan worden verstrekt tot en met 27 maart 1999 (namelijk
maximaal 6 maanden). Zou de betrokkene conform de gemaakte afspraak met de werkgever
feitelijk tot 1 april 1999 blijven doorwerken, dan ontvangt hij over de periode van
29 maart tot en met 31 maart 1999 geen reïntegratie-uitkering en evenmin een WW-uitkering,
deze laatste niet omdat arbeid wordt verricht.
Door middel van voorlichting aan en overleg met de arbeidsgehandicapte en de werkgever
wordt voorkomen dat het hiervoor beschreven hiaat gaat ontstaan.
-
7. Hoogte reïntegratie-uitkering bij proefplaatsing
Artikel 27, eerste lid Rea wordt zodanig geïnterpreteerd dat de reïntegratie-uitkering
gelijk is aan de WW- en BIA-uitkering over de uren van proefplaatsing.
-
8. Reïntegratie in het betreffende werk ook zonder proefplaats mogelijk
De reïntegratie-uitkering wordt slechts dan geweigerd, indien redelijkerwijs kan worden
aangenomen dat de werknemer ook zonder proefplaatsing bij de betreffende werkgever
wordt aangenomen voor dat werk.
-
9. Omvang van het werk
Aan de omvang van de werkzaamheden tijdens de proefplaatsing worden geen eisen gesteld.
-
10. Werk in WSW-verband of tijdelijk werk
Een reïntegratie-uitkering wordt geweigerd, indien de aanvraag een proefplaatsing
in WSW-verband betreft of waarbij het werk betreft waar geen uitzicht is op plaatsing
in een (tijdelijk) dienstverband na afloop van de periode van proefplaatsing.
-
11. Maatregel
De hoogte van de reïntegratie-uitkering wordt gesteld op de hoogte van de WW-uitkering
met maatregel. De maatregel loopt in dat geval gewoon door. Dit betekent dat bij herleving
van de WW hiermee rekening moet worden gehouden en dat de maatregel niet of niet geheel
herleeft.
-
12. Hoogte uitkering tijdens scholing
In afwachting van nadere regelgeving wordt bij de hoogte van de reïntegratie-uitkering
wegens scholing of opleiding, evenals bij proefplaatsing, geen rekening gehouden met
een eventuele verlaging of eindiging van de WW of BIA.
-
13. Proefplaatsing bij eigen werkgever
Proefplaatsing bij de eigen werkgever is geen reden de reïntegratie-uitkering niet
toe te kennen.
Nadere inlichtingen kunnen worden verkregen bij het Landelijk instituut sociale verzekeringen,
postbus 74765, 1070 BT Amsterdam.