Ondermandaatbesluit paspoortsignalering januari 2024

Geraadpleegd op 07-07-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 27-02-2024 en zichtdatum 04-07-2024.
Geldend van 24-01-2024 t/m heden

Besluit tot verlening van ondermandaat, volmacht en machtiging tot het uitvoeren van paspoortsignalering en de tenuitvoerlegging door de Algemeen Directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) aan Openbaar Ministerie / LP-Fast

De Algemeen Directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau,

In aanmerking nemende het geldende Organisatiebesluit van de Minister van Justitie en Veiligheid;

In aanmerking nemende het geldende Mandaatbesluit hoofden taakorganisaties van de secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie en Veiligheid;

Overwegende dat het CJIB namens de Minister voor Rechtsbescherming verantwoordelijk is voor het uitvoeren van paspoortsignalering en de tenuitvoerlegging;

Overwegende de behoefte een ondermandaatregeling vast te stellen voor het uitvoeren van paspoortsignalering en de tenuitvoerlegging;

Het uitvoeren van paspoortsignalering en de tenuitvoerlegging vindt plaats overeenkomstig:

Overwegende de behoefte een ondermandaatregeling vast te stellen voor het uitvoeren van paspoortsignalering en de tenuitvoerlegging.

Overwegende de artikelen 10.1 tot en met 10.12 van de Algemene wet bestuursrecht.

Besluit:

Van het ingevolge artikel 1, onderdeel e van het Mandaatbesluit hoofden taakorganisaties Ministerie van Justitie en Veiligheid aan de Algemeen Directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau verleende ondermandaat, wordt ondermandaat verleend aan de in artikel 1 van dit besluit bedoelde functionarissen voor de onder artikel 3 genoemde aangelegenheden.

Mandaat, volmacht en machtiging te verlenen voor het - voortvloeiend uit de toegepaste bevoegdheden - uitvoeren van rechtshandelingen die betrekking hebben op het uitvoeren van paspoortsignalering en de tenuitvoerlegging zoals bedoeld in artikel 18 lid 2 a en onder 1 van de Paspoortwet.

Artikel 1. (definities)

In deze regeling wordt verstaan onder:

Artikel 2. (bevoegdheid)

De functionarissen zijn bevoegd uitvoering te geven aan de bevoegdheden die de Algemeen Directeur van het CJIB toekomen op basis van het gegeven mandaat voor zover het zaken betreft als bedoeld onder artikel 18 lid 2 a en onder 1 Paspoortwet (PPW) en die het LP Fast aangaan.

Artikel 3. (gemandateerde bevoegdheden)

De aangelegenheden waarvoor bevoegdheid wordt verleend, betreffen:

TAKEN

GRONDSLAG

BEVOEGDHEID

Verzoek doen strekkende tot de weigering of vervallenverklaring van een reisdocument,

Artikel 18 lid 2 a en onder 1 PPW

officier van justitie

Indien nodig aanvullende feitelijke handelingen om uitvoering te geven aan de bevoegdheid zoals hierboven bedoeld.

Artikel 18 lid 2 a en onder 1 PPW

officier van justitie

Artikel 5. (uitvoeringsvoorschrift)

Als gebruik wordt gemaakt van dit mandaat, dan geldt het volgende uitvoeringsvoorschrift:

Hoogachtend,

de Minister voor Rechtsbescherming,

namens deze,

de Algemeen Directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau,

namens deze,

<handtekening medewerker>

<naam officier van justitie>

<officier van justitie>

Artikel 6. (overleg)

Deze bevoegdheden worden uitgevoerd binnen de kaders van wet- en regelgeving alsmede de richtlijnen en aanwijzingen van de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister voor Rechtsbescherming en hetgeen is opgenomen in het bovenliggende mandaat. Over de uitoefening van de bevoegdheden vindt zo nodig periodiek overleg plaats tussen LP FAST en het CJIB.

Artikel 7. (aanhaling)

Dit besluit wordt aangehaald als: ‘Ondermandaatbesluit paspoortsignalering januari 2024’.

Dit besluit zal met de toelichting worden gepubliceerd in de Staatscourant.

Leeuwarden, 19 december 2023

De Algemeen Directeur van het Centraal Justitieel Incassobureau van het Ministerie van Justitie en Veiligheid,

A. Hazelhoff

  1. Paspoortwet, artikel 18 lid 2: Weigering of vervallenverklaring kan geschieden op verzoek van Onze Minister van Justitie en Veiligheid in het Europese deel van Nederland, indien het gegronde vermoeden bestaat dat een persoon zich door verblijf buiten de grenzen van de landen van het Koninkrijk aan tenuitvoerlegging van de straf zal onttrekken, terwijl die persoon in het Europese deel van Nederland: a. onherroepelijk is veroordeeld tot: 1°. een vrijheidsstraf of vrijheidsbenemende maatregel van vier maanden of meer. ^ [1]
Naar boven