2. Afbakening van het DIETS programma
[Regeling vervallen per 01-07-2022]
2.1. Doelstelling en probleemstelling
[Regeling vervallen per 01-07-2022]
De activiteiten waarvoor in het kader van het subsidiebeleidskader DIETS programma subsidiemiddelen beschikbaar worden gesteld moeten zijn gebaseerd op een door de
alliantiepartners (penvoerder en zijn mede-indieners) ontwikkelde Theory of Change (ToC) gericht op de algemene doelstelling van het DIETS programma: versterken van de uitvoering van bestaand nationaal, voedingsrelevant beleid zodat
knelpunten op het gebied van levensonderhoud en gedrag van met name kinderen en vrouwen
in de reproductieve leeftijd in huishoudens die met ondervoeding kampen zodanig aangepakt
worden dat de toegang tot en consumptie van gezonde en betaalbare diëten door hen
op een schokbestendige wijze en op grote schaal concreet toeneemt.
Hoofdproblemen gerelateerd aan deze algemene doelstelling, waar activiteiten zich
expliciet op moeten richten om voor subsidie in het kader van het subsidiebeleidskader
DIETS programma in aanmerking te kunnen komen, zijn:
-
1) Veel uitvoering van nationaal beleid dat in principe zou moeten bijdragen aan verbeterde
levensomstandigheden en voedingsgedrag van de doelgroep slaagt er onvoldoende in om
met name ‘achter de voordeur’ een verschil te helpen maken in de voedingstoestand
van met name kinderen en vrouwen in de reproductieve leeftijd in huishoudens die met
ondervoeding kampen.
-
2) Publiek-private samenwerking tussen overheidsinstellingen en particuliere dienstverleners
is vaak verre van effectief en efficiënt in de uitvoering van voedingsrelevant nationaal
beleid. Dit resulteert in onvoldoende effect van de inzet op onder meer sociale bescherming,
gezondheid, WASH, milieu, energie en onderwijs op het verbeteren van de toegang tot
en consumptie van gezonde diëten door met name kinderen en vrouwen in de reproductieve
leeftijd.
-
3) De levensomstandigheden en voedselomgeving van de doelgroep maken het onder de huidige
omstandigheden moeilijk voor de doelgroep om het hele jaar gezonde diëten te consumeren.
De lokale beschikbaarheid en betaalbaarheid van een voldoende gevarieerd dieet is
veelal onvoldoende. Daarnaast beschikken met name vrouwen vaak over onvoldoende middelen
en /of kennis bij de teelt en verwerking van voedzame gewassen en is er om verschillende
redenen op gezette tijden onvoldoende divers voedsel voorhanden binnen het gezin.
-
4) Leden van huishoudens die met ondervoeding kampen zijn zelf vaak niet op de hoogte
waar een gezond dieet uit kan bestaan en kennen veelal een eetpatroon dat sterk door
culturele normen en taboes beïnvloed wordt. Ongelijkheid in kennis, toegang en beslissingsbevoegdheid
(vooral voor vrouwen en meisjes) zijn aan de orde van de dag.
Voor het zo effectief en efficiënt mogelijk bijdragen aan de algemene doelstelling
van het DIETS programma is het van belang dat de alliantie goed in staat is om nauw samen te werken met bij
de Scaling Up Nutrition (SUN) movement betrokken actoren in elk van de betrokken landen. Daarbij is het tevens essentieel
dat er in ieder land naar maximale synergie wordt gestreefd met de in hoofdstuk 1
aangegeven eerste, complementaire strategie die zich in diezelfde landen richt op
het versterken van de bestaande marktgerichte inzet op voedselwaardenketens. Deze
strategie richt zich immers ook, net als het DIETS programma, op het vergroten van duurzame toegang tot en consumptie van gezonde diëten door
miljoenen kwetsbare mensen.
Gezien de noodzaak om nauw samen te werken met de uitvoerders van nationaal voedingsrelevant
beleid en de doelgroep in 6 verschillende landen is het van belang dat de alliantie
de beschikking heeft over een kantoor en een voedingsrelevant netwerk in alle zes
interventielanden (Benin, Nigeria, Uganda, Kenia, Ethiopië en Mozambique), al dan
niet via een lokaal gevestigd lid van de alliantie.
Per land dient geanalyseerd te worden of klimaatverandering wel of geen effect heeft
op de uitvoering van de voorgestelde interventies en of die interventies de weerbaarheid
van de doelgroep tegen met name klimaatschokken wel of niet versterken. Waar opportuun
dient deze analyse expliciet te worden doorvertaald in concrete acties binnen de land-specifieke
interventiestrategieën.
2.2. Kader voor de Theory of Change
[Regeling vervallen per 01-07-2022]
In de Theory of Change dient aangegeven te worden hoe de meest relevante overheidsinstellingen, particuliere
dienstverleners en de doelgroep zelf op samenhangende wijze de directe voedselomgeving
kunnen helpen veranderen, op een manier dat kinderen en vrouwen in de reproductieve
leeftijd in huishoudens die met ondervoeding kampen een duurzaam betere toegang tot
en consumptie van gezonde diëten verkrijgen. De voorgestelde interventies in het activiteitenplan
dat naast de Theory of Change eveneens bij een aanvraag moet worden ingediend, dienen per definitie landen- en
context specifiek te zijn, en in lijn met de Theory of Change te worden uitgevoerd. Dit houdt in dat per land bepaald dient te worden wat wordt
aangepakt, wat niet, en waarom. Ook dient bepaald te worden hoeveel budget per voorgestelde
interventie beschikbaar gesteld wordt, en met wie er wordt samengewerkt.
De figuur geeft de kaders van de beoogde stakeholdergroepen weer waarvan voorzien
is dat die betrokken zijn om de beoogde veranderingen in de voedselomgeving teweeg
te brengen.
In algemene zin kan hierbij gedacht worden aan beoogde veranderingen en bijbehorende
aannames zoals hieronder per stakeholdergroep beschreven:
Bij overheidsinstellingen
Beoogde veranderingen:
-
> Van uitvoering van nationaal voedingsrelevant beleid dat uitsluitend gericht is op
sectorale prioriteiten naar uitvoering van beleid dat ook inzet op het bevorderen
van duurzame consumptie van gezonde voeding door met name kinderen en vrouwen van
reproductieve leeftijd in huishoudens die met ondervoeding kampen.
-
> Van overheidsdominantie naar dialogen en partnerschappen met meerdere belanghebbenden
en uitvoerders van voedingsrelevant, nationaal beleid dat positief bijdraagt aan de
toegang tot en consumptie van gezonde diëten door de doelgroep.
Aannames: Er is voldoende politieke wil aanwezig in de interventie landen; geïntegreerde benaderingen
voegen waarde toe aan het aanpakken van gedrags- en levensonderhoudsbarrières in voedselomgevingen
die relevant zijn voor de doelgroep ten opzichte van benaderingen die silo’s versterken.
Bij particuliere dienstverleners (betrokken bij de uitvoering van nationaal, voedingsrelevant
beleid)
Beoogde veranderingen:
-
> Van het aanbieden en verzorgen van particuliere voedingsrelevante diensten die niet
voldoen aan de eisen van de doelgroep, naar particuliere diensten die wel toegankelijk,
betaalbaar, en wenselijk zijn voor huishoudens die met ondervoeding kampen.
-
> Van op eigenstandige particuliere dienstverleners naar particuliere dienstverleners
die bijdragen aan de ontwikkeling en uitvoering van geïntegreerd, effectief en efficiënt
nationaal, voedingsrelevant beleid gericht op de doelgroep.
Aannames: particuliere dienstverleners worden door zowel de overheid als de doelgroep beschouwd
als essentiële spelers in het bevorderen van duurzame toegang tot en consumptie van
gezonde diëten door met name kinderen en vrouwen in de reproductieve leeftijd in huishoudens
die met ondervoeding kampen. De doelstellingen en implementatiebereidheid van particuliere
dienstverleners passen binnen het maatschappelijk belang van gezonde diëten.
Bij de doelgroep
Beoogde veranderingen:
Aannames: geïnformeerde beslissingen leiden tot hogere consumptie van gezonde voeding;
bereidheid binnen huishoudens die met ondervoeding kampen om de gelijkheid tussen
mannen en vrouwen en (groot)ouders en (klein)kinderen te bevorderen.
Synergie
Beoogde veranderingen:
-
> Van geen tot maximale synergie-effecten doordat positieve veranderingen bij particuliere
dienstverleners, overheidsinstellingen en de doelgroep elkaar versterken, resulterend
in een sterk verbeterde voedselomgeving die de toegang tot en duurzame consumptie
van gezonde diëten door met name kinderen en vrouwen in de reproductieve leeftijd
in huishoudens die met ondervoeding kampen op schaal mogelijk maakt.
-
> Van geen tot maximale synergie-effecten doordat verbeteringen bij het versterken van
de uitvoering van voedingsrelevant, nationaal beleid en markgerichte oplossingen,
beide gericht op een sterk verbeterde voedselomgeving voor huishoudens die met ondervoeding
kampen, elkaar op schaal versterken.
Aannames: De beoogde veranderingen hebben voldoende effecten op de voedselomgeving die positief
uitwerken op een sterk verbeterde toegang tot en duurzame consumptie van gezonde diëten
door vooral kinderen en vrouwen in de reproductieve leeftijd binnen huishoudens die
met ondervoeding kampen; voldoende gelegenheid en politieke wil bij betrokken actoren
om de benodigde interne en externe coördinatie waar nodig verder te versterken.
Oplossingsrichtingen
Om bovenstaande veranderingen te bewerkstelligen - en daarmee problemen gerelateerd
aan de uitvoering van nationaal, voedingsrelevant beleid aan te pakken - is effectieve
en efficiënte programmering nodig rond met name de volgende aan elkaar gerelateerde
oplossingsrichtingen (pathways):
Versterken uitvoering beleid gericht op verbeteringen m.b.t. levensonderhoud (‘Livelihood pathway’)
Deze oplossingsrichting richt zich enerzijds op het versterken van de uitvoering van
nationaal beleid dat bijdraagt aan het verhogen van de weerbaarheid van kwetsbare
huishoudens tegen schokken en anderzijds op het versterken van de uitvoering van nationaal
beleid dat kwetsbare mensen kansen biedt om structureel beter in hun levensonderhoud
te voorzien. Voor beide aspecten is het expliciet inzetten op vergrote toegang tot
en duurzame consumptie van gezonde diëten uitermate belangrijk omdat dit essentieel
is voor de gezondheid, het productieve vermogen en zelfredzaamheid van de doelgroep.
Speciale aandacht voor vrouwen is cruciaal omdat hun rol en begrip kan zorgen voor
verbeterde consumptie van gezond voedsel binnen het huishouden. Enkele voorbeelden
waar mogelijk aan gedacht kan worden zijn bijvoorbeeld landbouwvoorlichting gericht
op erfbeplanting met voedzame groenten en vruchten, inzet op versterken van de uitvoering
van nationaal beleid dat voedselbereiding energiezuiniger kan maken of de hygiëne
rond het gebruik van drinkwater beogen te verbeteren.
Versterken uitvoering beleid gericht op sociale bescherming/vangnetten (‘Social protection pathway’)
Deze oplossingsrichting richt zich op het zodanig versterken van de uitvoering van
nationaal beleid gericht op sociale bescherming (mogelijkerwijs via het gericht beschikbaar
maken van middelen (cash, vouchers, (school) food in kind, etc.) voor structureel
ondervoede mensen), opdat de doelgroep het hele jaar door gezonde diëten gaat consumeren.
Zowel overheden als grote bedrijven investeren in dit soort sociale vangnetten. Daarbij
worden middelen soms zonder condities vooraf verstrekt (bijv. bij mensen met een beperking
of arme ouderen die niet langer kunnen werken). In andere gevallen als tegenprestatie
of additionele (bijv, inkomens of in natura) overdracht bij het leveren van arbeidskracht
in de aanleg of onderhoud van arbeidsintensieve publieke werken, deelname aan (ouderen)
onderwijs, of het werken in fabrieken of plantages. Ondanks dat beleid in veel landen
uitgevoerd wordt kan het effect van dit soort vangnetten op de kwaliteit van geconsumeerde
diëten veelal sterk verbeterd worden. Naast de kans om de uitvoering van beleid gericht
op sociale bescherming explicieter bij te laten dragen aan het structureel verhogen
van de voedzaamheid van geconsumeerde voeding door kwetsbare mensen, biedt de uitvoering
van dit beleid ook kansen om bij te dragen aan grotere weerbaarheid voor kwetsbare
mensen om zich te wapenen tegen (prijs)schokken.
Versterken uitvoering van beleid gericht op specifieke voedingsverbeteringsmaatregelen (‘Essential Nutrition Services pathway’)
Deze oplossingsrichting richt zich op het versterken van de uitvoering van beleid
dat zorg draagt voor voorlichting en levering van speciale voedingsproducten die de
voedingstoestand van mensen verbeteren. Deze inzet kan bijvoorbeeld gericht zijn op
het zo veel mogelijk bevorderen van exclusieve borstvoeding in de eerste 6 maanden
maar ook op gezonde voedingscampagnes op scholen.
Daarnaast kan versterking van beleidsuitvoering die zich richt op voedselverrijking
met micronutriënten opportuun zijn of bijvoorbeeld maatregelen die hygiëne en ontwormen
willen bevorderen. Hieronder valt ook het versterken van beleid dat speciale voedingsproducten beschikbaar
maakt voor bijvoorbeeld zwangere vrouwen. In veel landen worden dit soort interventies
vaak geïntegreerd met gezondheidsinzet op gemeenschapsniveau en/of de inzet op WASH
waarbij vaak ook ingezet wordt op kennis, toegang en gedragsverandering.
Versterken uitvoering emancipatie beleid (‘Empowerment pathway’)
Deze oplossingsrichting richt zich op het mondiger en invloedrijker maken van belangrijke
belanghebbenden die de uitvoering van nationaal, voedingsrelevant beleid kunnen versterken
met vooral structurele verbeteringen voor met name kinderen en vrouwen in de reproductieve
leeftijd in huishoudens die met ondervoeding kampen. Dit zijn bijvoorbeeld jeugdgroepen,
vrouwenbewegingen, associaties van watergebruikers, oudercomités, producentenorganisaties,
consumentenorganisaties, MKB organisaties etc.
Door beleidsmatige ondersteuning gericht op effectievere communicatie en onderhandelingen
met o.a. overheden, kredietverstrekkers, en verzekeraars kan dit helpen om voor deze
vrouwen verbeterde toegang tot en duurzame consumptie van gezonde diëten te creëren.
Vrouwenemancipatie is cruciaal omdat vrouwen vaak direct bepalen wat hun kinderen
(en andere huisgenoten) consumeren. Het beleidsmatig beïnvloeden en bevorderen dat
juist vrouwen en meisjes betere toegang krijgen tot productiemiddelen als land, kennis
en kapitaal kan dus uiterst belangrijk zijn voor structurele verbeteringen in de voedingstoestand
van kwetsbare mensen.
Aanpak
Voor een impactvolle aanpak van deze oplossingsrichtingen is het van belang dat er
in alle gevallen goed wordt samengewerkt met overheden en andere relevant actoren
(i.i.g. andere donoren, NGO’s, multilaterale organisaties en kennisinstellingen -
inclusief de partijen betrokken bij de eerste strategie gericht op marktoplossingen
(zie hoofdstuk 1) en de Scaling Up Nutrition (SUN) movement in de 6 interventielanden. Veelal zal daar voor de alliantie een rol bij passen die
coördinatie tussen de verschillende actoren zal bevorderen. Daarbij is een actieve
beleidsdialoog met overheden van belang (met aandacht voor - waar nodig - (her)formulering
en aanscherping van nationaal beleid en de bijbehorende planning en monitoring & evaluatie
daarvan), evenals het bevorderen van een zo effectief en efficiënt mogelijke coördinatie
tussen de verantwoordelijke overheden en niet-staats actoren.
2.3. Resultaten en indicatoren
[Regeling vervallen per 01-07-2022]
Met de in het kader van het DIETS programma te verlenen subsidie wordt beoogd direct en meetbaar bij te dragen aan de volgende
hoofddoelstelling van het Nederlandse voedselzekerheidsbeleid:
-
• Uitbannen van de huidige honger en ondervoeding (SDG 2.1 en 2.2), met als streven
een Nederlandse bijdrage aan een duurzaam betere voedingssituatie voor 32 miljoen
mensen, met de nadruk op kinderen en vrouwen in de reproductieve leeftijd, over de
periode 2016-2030.
Indirect, en slechts bij benadering meetbaar, wordt bijgedragen aan de doelstelling:
Om die bijdrage inzichtelijk te maken, op output en outcome niveau, kunnen de volgende indicatoren worden gehanteerd:
Output (jaarlijks bereik):
-
• A.x.1.1. Aantal mensen (m/v/j)direct bereikt met voedingsverbeterende maatregelen
-
• A.x.1.2. Aantal mensen (m/v/j) indirect bereikt met voedingsverbeterende maatregelen
-
• A.x.1.3. Aantal mensen (m/v/j) voor wie verrijkt voedsel beschikbaar is gekomen
-
• 4.1 Aantal hervormingen/verbeteringen/wijzigingen in belangrijke (inter)nationale beleidsstukken/wetten/regelingen
-
• 5.2.2 Aantal mensen (m/v/j) met versterkte capaciteit (kennis en vaardigheden) om
vrouwenrechten en gendergelijkheid te bevorderen
Outcome (gemeten verandering ten opzichte van baseline):
-
• A.1. Aantal mensen (m/v/j) met een meer divers en gezond dieet (vast te stellen met
behulp van een of meerdere van de volgende internationaal erkende meetmethodes behorende
bij de MAD of MDD-W, dan wel alternatieve, goed onderbouwde methodes die hieraan gecorreleerd kunnen
worden);
-
• A.2. Aantal mensen (m/v/j) wiens voedingssituatie meer schokbestendig is geworden
(vast te stellen met behulp van een of meerdere van de volgende internationaal erkende
meetmethodes behorende bij de HFIAS, MHAFP of FIES, dan wel alternatieve, goed onderbouwde methodes die hieraan gecorreleerd kunnen
worden);
-
• B.1.c Aantal vrouwelijke kleinschalige voedselproducenten met een toegenomen zeggingskracht
(vast te stellen met behulp van internationaal erkende meetmethodes behorende bij
WEIA, dan wel alternatieve, goed onderbouwde methodes die hieraan gecorreleerd kunnen
worden);
-
• 3.3. Aantal mensen (m/v/j) met een verbeterde houding en praktijk jegens economische
rechten en zelfbeschikking/mondigheid (empowerment) van vrouwen (vast te stellen met
behulp van een of meerdere van de volgende internationaal erkende meetmethodes behorende
bij de WEI of WEIA, dan wel alternatieve, goed onderbouwde methodes die hieraan gecorreleerd
kunnen worden).
Als proxy voor synergie-effecten, die kunnen bijdragen aan de benodigde duurzame veranderingen
in de voedselomgeving van kwetsbare mensen, kan de samenhang van de afzonderlijke
outcomes inzichtelijk worden gemaakt, kwantitatief, middels het percentage bereikte begunstigden
waarbij meerdere effecten samenkomen, en kwalitatief, middels een beschrijving van
de betekenis van die opgetelde effecten.
Als indicatie voor de algemeen te behalen targets geldt dat het DIETS programma streeft naar het behalen van de beoogde effecten (outcomes) bij tenminste 5 miljoen kinderen en vrouwen in de reproductieve leeftijd in 1,5-2
miljoen huishoudens die met ondervoeding kampen. Naast het aannemelijk maken dat deze
aantallen huishoudens inderdaad als gevolg van de voorgestelde interventies gezondere
diëten gaan consumeren en weerbaarder worden tegen schokken in hun voedingspatroon,
is het ook tevens van belang om aan te geven hoe wordt gevalideerd dat de beoogde
verandering in de voedingssituatie bij de doelgroep ook daadwerkelijk plaatsvindt.