Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Sint Eustatius

[Regeling vervallen per 20-05-2022.]
Geraadpleegd op 02-07-2024. Gebruikte datum 'geldig op' 15-03-2022 en zichtdatum 01-07-2024.
Geldend van 25-02-2022 t/m 22-03-2022

Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van 19 november 2020, kenmerk 1784389-214492-WJZ, houdende tijdelijke bepalingen voor Sint Eustatius in verband met maatregelen ter bestrijding van de epidemie van covid-19 voor de langere termijn

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Handelende in overeenstemming met de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Infrastructuur en Waterstaat, van Economische Zaken en Klimaat, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media;

Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

Gelet op de artikelen 58e, eerste en vijfde lid, 58f, vijfde lid, 58g, eerste lid, 58h, eerste lid, 58i, 58 j, eerste lid, aanhef en onder a, b en c, 58l, vijfde lid, 58q, eerste lid, en 58r van de Wet publieke gezondheid;

Besluiten:

§ 1. Algemene bepalingen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Artikel 1.1. Begripsbepalingen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • ander bedrijfsmatig personenvervoer: personenvervoer per bus, niet zijnde openbaar vervoer, en personenvervoer per auto tegen betaling, niet zijnde openbaar vervoer, alsmede bedrijfsmatig vervoer van personen op andere wijze dan met een bus of taxi;

  • beheerder: degene die bevoegd is tot het aan een plaats treffen van voorzieningen of tot het toelaten van personen tot die plaats;

  • beheerder: degene die bevoegd is tot het aan een plaats treffen van voorzieningen of tot het toelaten van personen tot die plaats;

  • contactberoep: beroep waarbij het niet mogelijk is ten minste anderhalve meter afstand te houden tot een klant of patiënt;

  • discotheek: een eet- en drinkgelegenheid waar het publiek gelegenheid wordt geboden tot dansen;

  • doorstroomlocatie: publieke plaats waar sprake is van doorstroom van publiek;

  • eet- en drinkgelegenheid: inrichting waar bedrijfsmatig of anders dan om niet etenswaren of dranken worden verstrekt voor gebruik ter plaatse, inclusief een daarbij behorende terras, met uitzondering van een besloten plaats;

  • essentiële winkel: supermarkt, tankstation, apotheek, bakkerij, slagerij;

  • gezondheidscheck: het verkrijgen van bevestiging van de betrokkene dat hij geen ziekteverschijnselen van covid-19 heeft;

  • hoogrisicogebied A: gebied, niet zijnde een hoogrisicogebied B, ter zake waarvan de verplichting, bedoeld in de artikelen 58p of 58pa van de wet geldt;

  • hoogrisicogebied B: gebied, niet zijnde een hoogrisicogebied A, ter zake waarvan de verplichting, bedoeld in de artikelen 58p of 58pa van de wet geldt;

  • mondkapje: voorwerp dat op grond van zijn ontwerp bestemd is om te worden gedragen en in ieder geval de mond en de neusgaten volledig te bedekken teneinde de verspreiding van virussen en andere ziektekiemen tegen te gaan;

  • onderwijsactiviteit: door of namens een onderwijsinstelling georganiseerde activiteit op de locatie van een onderwijsinstelling of daarbuiten, die onderdeel uitmaakt dan wel rechtstreeks verband houdt met het onderwijs dat door de onderwijsinstelling wordt verzorgd;

  • openbaar vervoer: voor een ieder openstaand personenvervoer volgens een dienstregeling met een auto of bus;

  • placeren: het toewijzen van een zitplaats;

  • publiek: personen die ergens aanwezig zijn, met uitzondering van de daar al dan niet tegen betaling werkzame personen;

  • publieke binnenruimte: publieke plaats, met uitzondering van een erf behorend bij een voor het publiek openstaand gebouw;

  • seksinrichting: inrichting die voor publiek toegankelijk is en waar bedrijfsmatig of anders dan om niet seksuele handelingen worden verricht of waar erotisch pornografische handelingen vertoond worden;

  • sport- en fitnessgelegenheid: een inrichting waar het publiek gelegenheid wordt geboden tot de beoefening van sport;

  • wet: Wet publieke gezondheid;

  • zeer hoogrisicogebied: gebied ter zake waarvan de verplichting, bedoeld in de artikelen 58p, 58pa, 58nb of 58nh van de wet, geldt.

Artikel 1.2. Werkingssfeer

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Deze regeling is van toepassing in Sint Eustatius.

Artikel 1.3. Aanwijzing risicogebieden

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kan, na overleg met de gezaghebber, hoogrisicogebieden A, hoogrisicogebieden B, zeer hoogrisicogebieden en uitzonderlijk hoogrisicogebieden aanwijzen en houdt daarbij in ieder geval rekening met:

  • a. de incidentie van het virus SARS-CoV-2 in een gebied gedurende de periode van veertien dagen voorafgaand aan de aanwijzing;

  • b. de incidentie van zorgwekkende varianten van het virus SARS-CoV-2 in een gebied;

  • c. de betrouwbaarheid van gegevens over de incidentie van het virus SARS-CoV-2 in een gebied;

  • d. de mate en de kwaliteit van het sequencen van testuitslagen ten aanzien van de infectie met het virus SARS-CoV-2;

  • e. het aantal testen op infectie met het virus SARS-CoV-2, dat in een gebied plaatsvindt;

  • f. het ontbreken van gegevens over de epidemiologische situatie rond het virus SARS-CoV-2 in een gebied.

§ 3. Groepsvorming

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Artikel 3.1. Groepsvorming

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden zich op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen in groepsverband op te houden met:

  • a. personen die behoren tot verschillende huishoudens;

  • b. meer dan vier personen;

  • c. meer dan tien personen behorende tot twee huishoudens;

  • d. meer dan vijftien personen;

  • e. meer dan vijfentwintig personen;

  • f. meer dan vijftig personen.

Artikel 3.2. Groepsvorming reizigers hoogrisicogebied

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is voor personen komend vanuit een hoogrisicogebied A, hoogrisicogebied B, zeer hoogrisicogebied, Bonaire of het Europese deel van Nederland verboden zich op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen in groepsverband op te houden met meer dan vijfentwintig personen gedurende vijf dagen na het inreizen in Sint Eustatius.

Artikel 3.3. Groepsvorming winkels

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden zich op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen in groepsverband op te houden in een winkel met meer dan:

  • a. vijf personen;

  • b. tien personen.

§ 4. Publieke plaatsen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Artikel 4.1. Openstelling publieke plaats tot maximaal vijftig personen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een publieke plaats slechts voor publiek opengesteld indien ten hoogste vijftig personen gelijktijdig als publiek aanwezig zijn, met uitzondering van doorstroomlocaties.

Artikel 4.2. Openstelling publieke plaats tot maximaal vijfentwintig personen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een publieke plaats slechts voor publiek opengesteld indien ten hoogste vijfentwintig personen gelijktijdig als publiek aanwezig zijn, met uitzondering van doorstroomlocaties.

Artikel 4.3. Openstelling publieke plaats tot maximaal vijftien personen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een publieke plaats slechts voor publiek opengesteld indien ten hoogste vijftien personen gelijktijdig als publiek aanwezig zijn, met uitzondering van doorstroomlocaties.

Artikel 4.3a. Uitzonderingen vervoer

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

De artikelen 4.1 tot en met 4.3 gelden niet in het openbaar vervoer en ander bedrijfsmatig personenvervoer.

Artikel 4.4. Sluiting publieke plaats

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een publieke plaats voor publiek open te stellen.

  • 2 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen de publieke binnenruimte van een publieke plaats voor publiek open te stellen.

  • 3 Het eerste lid is niet van toepassing op essentiële winkels.

Artikel 4.5. Openstelling eet- en drinkgelegenheid

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een eet- en drinkgelegenheid slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat:

    • a. in de eet- en drinkgelegenheid niet meer personen dan vijftig procent van de bezettingscapaciteit tegelijkertijd aanwezig zijn;

    • b. het publiek geplaceerd is en degene die geplaceerd is uitsluitend van de aangewezen plaats gebruikmaakt;

    • c. bij aankomst van het publiek een gezondheidscheck wordt uitgevoerd;

    • d. de eet- en drinkgelegenheid tussen 22.00 uur en 06.00 uur gesloten is voor publiek;

    • e. het publiek in de gelegenheid wordt gesteld de volgende gegevens beschikbaar te stellen ten behoeve van de uitvoering van eventuele bron- en contactopsporing door de afdeling Publieke Gezondheid:

      • 1°. volledige naam;

      • 2°. datum, aankomsttijd en aangewezen zitplaatsen; en

      • 3°. e-mailadres of telefoonnummer.

  • 2 Indien het eerste lid, onder e, van toepassing is, vraagt de beheerder van de eet- en drinkgelegenheid toestemming voor de verwerking en overdracht van de in het tweede lid bedoelde gegevens ten behoeve van de uitvoering van bron- en contactopsporing door de afdeling Publieke Gezondheid. Daarbij wordt vermeld dat het geven van deze toestemming vrijwillig is.

  • 3 De in het eerste lid, onder e, genoemde gegevens worden op zodanige wijze verwerkt dat daarvan geen kennis kan worden genomen door andere bezoekers.

  • 4 De in het eerste lid, onder e, genoemde gegevens worden uitsluitend verwerkt voor de uitvoering van bron- en contactopsporing door de afdeling Publieke Gezondheid, worden veertien dagen bewaard en worden daarna vernietigd door de beheerder van de eet- en drinkgelegenheid.

Artikel 4.5a. Openstelling eet- en drinkgelegenheden

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een eet- en drinkgelegenheid slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat er geen reserveringen worden aangenomen van meer dan:

    • a. vier personen, personen tot en met twaalf jaar niet meegeteld;

    • b. zes personen, personen tot en met twaalf jaar niet meegeteld;

    • c. groepen behorend tot meer dan twee huishoudens;

    • d. groepen behorend tot meer dan een huishouden.

  • 2 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een eet- en drinkgelegenheid slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat het publiek geplaceerd is en degene die geplaceerd is uitsluitend van de aangewezen plaats gebruikmaakt.

  • 3 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een eet- en drinkgelegenheid alleen in de buitenlucht voor publiek opengesteld.

  • 4 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen is het verboden in een eet- en drinkgelegenheid bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken.

Artikel 4.6. Sluiting eet- en drinkgelegenheden

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een eet- en drinkgelegenheid voor publiek open te stellen.

  • 2 Het eerste lid geldt niet voor de openstelling van een eet- en drinkgelegenheid in een hotel voor gasten die in het hotel overnachten, mits de etenswaren en dranken afgeleverd worden op de hotelkamer van de gast.

  • 3 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen geldt het eerste lid niet voor eet- en drinkgelegenheden waar uitsluitend sprake is van verkoop, aflevering of verstrekking van etenswaren of dranken voor gebruik anders dan ter plaatse, mits de inrichting tussen 01.00 uur en 06.00 uur gesloten is, niet meer dan vijftien personen gelijktijdig als publiek aanwezig zijn en de duur van het verblijf van publiek in de inrichting zoveel mogelijk wordt beperkt.

  • 4 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen geldt het eerste lid niet voor eet- en drinkgelegenheden waar uitsluitend sprake is van aflevering van etenswaren of dranken voor gebruik anders dan ter plaatse, mits de inrichting tussen 01.00 uur en 06.00 uur gesloten is.

Artikel 4.7. Sluiting sport- en fitnessgelegenheden

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen de publieke binnenruimte van een sport- en fitnessgelegenheid voor publiek open te stellen.

  • 2 Het eerste lid geldt niet op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen voor zwemgelegenheden mits de gemeenschappelijke was- en douchevoorzieningen niet voor publiek zijn opengesteld.

  • 3 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt de publieke binnenruimte van een sport- en fitnessgelegenheid slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat niet meer dan vijftien personen tegelijkertijd in de publieke binnenruimte van de sport- en fitnessgelegenheid aanwezig zijn en voldoende geventileerd wordt, anders dan met een airconditioning.

  • 4 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt de publieke binnenruimte van een sport- en fitnessgelegenheid slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat niet meer dan vijf personen tegelijkertijd in de publieke binnenruimte van de sport- en fitnessgelegenheid aanwezig zijn en voldoende geventileerd wordt, anders dan met een airconditioning.

  • 5 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt het gedeelte van een sport- en fitnessgelegenheid dat in de buitenlucht is gevestigd slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat niet meer personen dan vijftien personen tegelijkertijd in het gedeelte van de sport- en fitnessgelegenheid dat in de buitenlucht gevestigd is, aanwezig zijn.

Artikel 4.8. Sluiting winkels

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een winkel voor publiek open te stellen.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing op essentiële winkels.

Artikel 4.9. Sluiting seksinrichting

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een seksinrichting voor publiek open te stellen.

Artikel 4.10. Sluiting wellnesscentra

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een wellnesscentrum slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat niet meer dan een persoon per medewerker tegelijkertijd in het wellnesscentrum aanwezig is.

Artikel 4.11. Sluiting casino’s

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een casino slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat niet meer dan vijftien personen of dan vijftig procent van de bezettingscapaciteit tegelijkertijd in het casino aanwezig zijn.

  • 2 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen is het verboden een casino tussen 22.00 uur en 06.00 uur voor publiek open te stellen of op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen is het verboden een casino tussen 00.00 uur en 06.00 uur voor publiek open te stellen.

  • 3 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen is het verboden een casino tussen 02.00 uur en 06.00 uur voor publiek open te stellen.

  • 4 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een casino voor publiek open te stellen.

§ 5. Evenementen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Artikel 5.1. Evenementen tot maximaal vijftig personen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een evenement met meer dan vijftig deelnemers te organiseren.

Artikel 5.2. Evenementen tot maximaal vijfentwintig personen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een evenement met meer dan vijfentwintig deelnemers te organiseren.

Artikel 5.3. Evenementen tot maximaal vijftien personen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een evenement met meer dan vijftien deelnemers te organiseren.

Artikel 5.4. Verbod op evenementen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een evenement te organiseren.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing op een huwelijksvoltrekking en herdenkingsplechtigheid.

Artikel 5.5. Verbod op sportevenement

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een sportevenement te organiseren.

Artikel 5.6. Verbod op toeschouwers bij een sportevenement

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een sportevenement te organiseren waarbij toeschouwers worden toegelaten.

§ 6. Overige maatregelen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Artikel 6.1. Hygiënemaatregelen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Op publieke plaatsen geldt:

  • a. desinfecterend middel is beschikbaar voor publiek; en

  • b. oppervlakten die personen met hun handen aanraken worden regelmatig schoongemaakt.

Artikel 6.2. Mondkapje

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen dragen personen van dertien jaar en ouder een mondkapje:

    • a. in publieke plaatsen;

    • b. in openbare plaatsen; of

    • c. indien zij komen vanuit een hoogrisicogebied A, hoogrisicogebied B, zeer hoogrisicogebied Bonaire of het Europese deel van Nederland gedurende vijf dagen na het inreizen in Sint Eustatius een mondkapje.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing:

    • a. op personen die vanwege een beperking of een ziekte geen mondkapje kunnen dragen;

    • b. op begeleiders van personen met een verstandelijke beperking, voor zover deze personen van het door begeleiders dragen van een mondkapje ernstig ontregeld raken;

    • c. op personen die spreken met iemand die vanwege een auditieve beperking moet kunnen spraakafzien;

    • d. indien het dragen van een mondkapje de goede en veilige uitoefening van werkzaamheden in het kader van beroep of bedrijf onmogelijk maakt;

    • e. op personen aan wie krachtens een wettelijke bepaling gevraagd wordt hun mondkapje af te zetten om zich te identificeren met een document als bedoeld in artikel 2 van de Wet identificatieplicht BES;

    • f. leerlingen tijdens vervoer van en naar een instelling voor voortgezet onderwijs als bedoeld in de Wet voortgezet onderwijs BES;

    • g. personen tot en met zeventien jaar die deelnemen aan vervoer van en naar de locatie waar jongeren jeugdhulp ontvangen of zorglocaties voor jeugd.

Artikel 6.3. Uitzondering mondkapjesplicht sport, cultuur en media

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

De verplichting in artikel 6.2, eerste lid, geldt niet voor personen tijdens het:

  • a. beoefenen van sport, waaronder het zwemmen in een zwembad, voor zover het dragen van een mondkapje de beoefening van de sport belemmert;

  • b. beoefenen van podiumkunsten en acteren, voor zover het dragen van een mondkapje de beoefening van de podiumkunsten of het acteren belemmert;

  • c. poseren voor beeldende kunst, voor zover het gaat om het op beeld vastleggen van personen;

  • d. deelnemen aan de opname van audiovisueel media-aanbod dat verzorgd wordt door aanbieders van mediadiensten, als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Mediawet BES, voor zover het gaat om personen die in beeld of aan het woord komen.

Artikel 6.4. Uitzondering mondkapjesplicht in onderwijsinstellingen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 De verplichting in artikel 6.2, eerste lid, geldt niet:

    • a. voor personen op basisscholen als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs BES;

    • b. voor personen op een vaste zit- of staanplaats die deelnemen aan een onderwijsactiviteit of een onderwijsactiviteit verzorgen in een ruimte die daar hoofdzakelijk voor is bestemd;

    • c. indien het dragen van een mondkapje een belemmering vormt voor deelname aan dan wel verzorging van een onderwijsactiviteit;

    • d. voor personeel van een onderwijsinstelling, indien deze een zitplaats innemen.

  • 2 Van een belemmering als bedoeld in het eerste lid, onder b, is in ieder geval sprake bij activiteiten met betrekking tot lichamelijke opvoeding, zang, toneel en dans.

Artikel 6.5. Mondkapjes bij contactberoepen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen dragen de beoefenaar van een contactberoep en de klant of patiënt aan wie de diensten worden verleend een mondkapje gedurende het contact.

  • 2 Het eerste lid geldt niet voor:

    • a. personen tot en met twaalf jaar;

    • b. personen die vanwege een beperking of ziekte geen mondkapje kunnen dragen;

    • c. klanten en patiënten die een behandeling krijgen aan hun gezicht, voor zover het contactberoep niet op gepaste wijze uitgeoefend kan worden op het moment dat de klant een mondkapje draagt;

    • d. personen in zorglocaties.

Artikel 6.6. Openstelling contactberoepen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een contactberoep uit te oefenen indien meer dan vijf personen gelijktijdig aanwezig zijn in de inrichting waar het beroep uitgeoefend wordt.

Artikel 6.7. Verbod op uitoefening contactberoepen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een contactberoep uit te oefenen.

  • 2 Het eerste lid geldt niet voor een zorgverlener of mantelzorger en is niet van toepassing indien de beoefening van het contactberoep om medische redenen noodzakelijk is.

Artikel 6.8. Openstelling onderwijsinstellingen tot maximaal vijftien personen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen worden geen onderwijsactiviteiten verricht indien meer dan vijftien personen per zelfstandige ruimte zich in groepsverband ophouden in een gebouw van een onderwijsinstelling.

Artikel 6.9. Verbod op fysiek onderwijs

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen onderwijsactiviteiten te verrichten in onderwijsinstellingen.

  • 2 Het eerste lid geldt niet voor onderwijsactiviteiten die plaatvinden langs elektronische weg.

  • 3 Het eerste lid geldt niet voor het houden van examens, tentamens, toetsen en voor de begeleiding van kwetsbare studenten op de onderwijsinstelling, indien de onderwijsactiviteiten niet voldoende kunnen plaatsvinden langs elektronische weg.

Artikel 6.10. Sluiting kinderopvang

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen kinderopvang voor publiek open te stellen.

  • 2 Het eerste lid is niet van toepassing op kindercentra of voorzieningen voor gastouderopvang die opvang bieden aan kinderen van ouders die werken in de volgende cruciale beroepen of voor de volgende vitale processen:

    • a. medische beroepen;

    • b. leden Outbreek Management Team;

    • c. leden eilandelijk beleidsteam;

    • d. medewerkers van nutsbedrijven;

    • e. medewerkers voor de olieopslag;

    • f. politie;

    • g. brandweer;

    • h. elektriciens;

    • i. telecom medewerkers;

    • j. luchthavenpersoneel;

    • k. havenpersoneel;

    • l. personeel van essentiële winkels;

    • m. medewerkers van het Rode Kruis;

    • n. journalisten;

    • o. werknemers betrokken bij publieke taken in het domein van sociale zekerheid en arbeidsmarkt;

    • p. medewerkers van de justitiële inrichting Caribisch Nederland;

    • q. medewerkers van het Openbaar Ministerie;

    • r. medewerkers van de Voogdijraad;

    • s. medewerkers van de Koninklijke Marechaussee.

Artikel 6.11. Uitzonderingen op aanwijzings- en bevelsbevoegdheid gezaghebber bij religieuze en levensbeschouwelijke gebouwen en plaatsen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Artikel 58l, tweede tot en met vierde lid, van de wet is niet van toepassing op gebouwen en plaatsen als bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de Grondwet.

Artikel 6.12. Negatieve NAAT- of antigeentestuitslag personenvervoer via lucht- en scheepvaart

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 De aanbieder van ander bedrijfsmatig personenvervoer, voor zover sprake is van vervoer met luchtvaartuigen als bedoeld in artikel 8 van de Luchtvaartwet BES of het aanbieden van personenvervoer met of zonder een dienstregeling per veerboot of passagiersschip, draagt er, onverminderd artikel 6.13, eerste en tweede lid, zorg voor dat alleen vervoer wordt aangeboden, toegang daartoe wordt verschaft en gebruik daarvan wordt toegestaan, indien een persoon, komend vanuit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, na overleg met de gezaghebber, aangewezen hoogrisicogebied A, hoogrisicogebied B, zeer hoogrisicogebied, Bonaire of het Europees deel van Nederland een op hem betrekking hebbende negatieve testuitslag kan tonen aan de aanbieder van het vervoer en een toezichthouder.

  • 2 Een negatieve testuitslag bevat:

    • a. gegevens waardoor valt te herleiden wie de persoon is die is getest;

    • b. de uitslag van:

      • 1°. een NAAT-test; of

      • 2°. een NAAT-test of, met uitzondering van reizigers komend vanuit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangewezen zeer hoogrisicogebied, een antigeentest ingeval van reizigers die aan kunnen tonen dat zij een voltooide vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 hebben gehad op het moment van het aan boord gaan;

    • c. de in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Spaans, Portugees of Italiaans vermelde conclusie dat de geteste persoon op dat moment niet is besmet met het virus SARS-CoV-2;

    • d. gegevens waaruit blijkt dat die NAAT-test maximaal achtenveertig uur oud of die antigeentest maximaal vierentwintig uur oud is op het moment van het aan boord gaan van een vervoermiddel;

    • e. een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 3 Het eerste lid is niet van toepassing op:

    • a. reizigers die gebruik maken van regionaal grensoverschrijdend personenvervoer dat is georganiseerd via een medische corridor;

    • b. personen tot en met elf jaar;

    • c. houders van een door het Ministerie van Buitenlandse Zaken verstrekte diplomatieke identiteitskaart;

    • d. personeelsleden van diplomatieke en consulaire vertegenwoordigingen of internationale organisaties in Nederland, en de leden van hun officiële huishouden, die als zodanig zijn of worden geregistreerd bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken;

    • e. staatshoofden en leden van een buitenlandse regering;

    • f. personen werkzaam in het transport van goederen en ander transportpersoneel, voor zover noodzakelijk en op het moment dat zij in de uitoefening van hun functie reizen of als zij van of naar hun werkzaamheden reizen;

    • g. zeevarenden op andere schepen dan commerciële jachten en pleziervaart in het bezit van een monsterboekje als zij in uitoefening van hun functie reizen of als zij van of naar hun werkzaamheden reizen;

    • h. personen op een vlucht die Sint Eustatius niet als eindbestemming hebben:

      • die wegens onvoorziene omstandigheden naar de luchthaven van Sint Eustatius moeten uitwijken; of

      • die het luchtvaartuig niet verlaten;

    • i. passagiers met een NATO Travel Order of een NATO-2-visum;

    • j. personen die reizen en geen negatieve testuitslag kunnen tonen in verband met urgent transport van lichaamsmaterialen ten behoeve van een medische behandeling;

    • k. personen die reizen en taken uitvoeren van nationaal belang in opdracht van de Minister of Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de eventuele personen die door deze personen worden begeleid;

    • l. reizigers die een retourreis maken met maximaal één overnachting naar een gebied met ten hoogste vijftig besmettingen per honderdduizend inwoners.

  • 4 Indien het vervoer van een persoon buiten diens schuld om vertraagd is, wordt de termijn van de test, als bedoeld in het tweede lid, onder d, verlengd met vierentwintig uur.

  • 5 Het eerste lid is niet van toepassing op reizigers die geïnfecteerd zijn geweest met het virus SARS-CoV-2, mits de reiziger kan tonen aan de aanbieder van het vervoer en aan de toezichthouder:

    • a. een op hem betrekking hebbende positieve uitslag van een NAAT-test van minimaal elf en maximaal honderdtachtig dagen oud op het moment van aankomst in Sint Eustatius;

    • b. een op hem betrekking hebbende positieve uitslag van een NAAT-test van maximaal achtenveertig uur oud of van een antigeentest van maximaal vierentwintig uur oud op het moment van het aan boord gaan; en

    • c. een op hem betrekking hebbende negatieve uitslag van een antigeentest van maximaal vierentwintig uur oud op het moment van het aan boord gaan dan wel een op hem betrekking hebbende verklaring van een arts van maximaal achtenveertig uur oud op het moment van het aan boord gaan, waarin is vermeld dat hij niet meer besmettelijk is.

  • 6 Een testuitslag als bedoeld in het vijfde lid bevat:

    • a. gegevens waardoor valt te herleiden wie de persoon is die is getest;

    • b. de in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans vermelde conclusie van de testuitslag;

    • c. een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 7 Een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 als bedoeld in het tweede lid, bestaat uit toediening van een vaccin tegen een infectie veroorzaakt door het virus SARS-CoV-2 dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen of het Europees Medicijn Agentschap dan wel door de WHO is opgenomen in de Emergency Use Listing en is voltooid indien:

    • a. de vaccinatie bestaat uit de toediening van één vaccin en dit vaccin is toegediend; of

    • b. de vaccinatie bestaat uit de toediening van twee vaccins; en

      • 1°. beide vaccins zijn toegediend met inachtneming van het aanbevolen interval; of

      • 2°. één vaccin is toegediend en is bevestigd dat de gevaccineerde persoon blijkens een positieve testuitslag eerder geïnfecteerd is geweest met het virus SARS-CoV-2.

Artikel 6.13. Negatieve testuitslag personenvervoer via lucht- en scheepvaart bij aankomst

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Onverminderd artikel 6.12, eerste lid, beschikt een persoon, komend vanuit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, na overleg met de gezaghebber, aangewezen hoogrisicogebied, zeer hoogrisicogebied of het Europees deel van Nederland, voor zover sprake is van vervoer met een luchtvaartuig als bedoeld in artikel 8 van de Luchtvaartwet BES, direct na aankomst in Sint Eustatius over een op hem betrekking hebbende negatieve testuitslag en toont die testuitslag op verzoek aan een toezichthouder.

  • 2 Onverminderd artikel 6.12, eerste lid, beschikt een persoon, komend vanuit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, na overleg met de gezaghebber, aangewezen hoogrisicogebied, zeer hoogrisicogebied of het Europees deel van Nederland, voor zover sprake is van personenvervoer met of zonder een dienstregeling per veerboot, passagiersschip, of vrachtschip dat maximaal twaalf passagiers vervoert, direct na aankomst in Sint Eustatius over een op hem betrekking hebbende negatieve testuitslag en toont die testuitslag op verzoek aan een toezichthouder.

  • 3 Een negatieve testuitslag bevat:

    • a. gegevens waardoor valt te herleiden wie de persoon is die is getest;

    • b. de uitslag van een antigeentest of een NAAT-test;

    • c. de in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans vermelde conclusie dat de geteste persoon op dat moment niet is besmet met het virus SARS-CoV-2;

    • d. gegevens waaruit blijkt dat die antigeentest of NAAT-test direct na aankomst in Sint Eustatius is afgenomen;

    • e. een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 4 Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing op:

    • a. reizigers die gebruikmaken van regionaal grensoverschrijdend personenvervoer dat is georganiseerd via een medische corridor;

    • b. personen tot en met elf jaar;

    • c. houders van een door het Ministerie van Buitenlandse Zaken verstrekte diplomatieke identiteitskaart;

    • d. personeelsleden van diplomatieke en consulaire vertegenwoordigingen of internationale organisaties in Nederland, en de leden van hun officiële huishouden, die als zodanig zijn of worden geregistreerd bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken;

    • e. staatshoofden en leden van een buitenlandse regering;

    • f. zeevarenden aan boord van een veerboot, passagiersschip, of vrachtschip dat maximaal twaalf passagiers vervoert, die de veerboot of het schip niet verlaten en geen reisbeweging van en naar die veerboot of dat schip maken;

    • g. personen op een vlucht of aan boord van een veerboot, passagiersschip, of vrachtschip dat maximaal twaalf passagiers vervoert, die Sint Eustatius niet als eindbestemming hebben:

      • 1°. die wegens onvoorziene omstandigheden naar de luchthaven of haven van Sint Eustatius moeten uitwijken; of

      • 2°. die de luchthaven of de haven niet verlaten;

    • h. passagiers met een NATO Travel Order of een NATO-2-visum

    • i. de bemanning aan boord van een luchtvaartuig:

      • 1°. die het luchtvaartuig niet verlaat en geen reisbeweging van en naar dat luchtvaartuig maakt; of

      • 2°. die wordt ingezet met toepassing van een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport goedgekeurd protocol van de aanbieder van het vervoer, waarmee naar zijn oordeel een beschermingsniveau wordt bereikt dat ten minste gelijkwaardig is aan het beschermingsniveau dat wordt bereikt met toepassing van het eerste lid;

      • 3°. Die een negatieve testuitslag van een NAAT-test die maximaal achtenveertig uur voor het moment van het aan boord gaan van het vervoermiddel is uitgevoerd kan tonen;

    • j. personen die reizen en geen negatieve testuitslag kunnen tonen in verband met urgent transport van lichaamsmaterialen ten behoeve van een medische behandeling;

    • k. personen die reizen en taken uitvoeren van nationaal belang in opdracht van de Minister of Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de eventuele personen die door deze personen worden begeleid;

    • l. reizigers die een retourreis maken met maximaal één overnachting naar een gebied met ten hoogste vijftig besmettingen per honderdduizend inwoners.

  • 5 Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing op reizigers die geïnfecteerd zijn geweest met het virus SARS-CoV-2, mits de reiziger kan tonen aan de aanbieder van het vervoer en aan een toezichthouder:

    • a. een op hem betrekking hebbende positieve uitslag van een NAAT-test van minimaal elf en maximaal honderdtachtig dagen oud op het moment van aankomst in Sint Eustatius;

    • b. een op hem betrekking hebbende positieve uitslag van een NAAT-test van maximaal achtenveertig uur oud of van een antigeentest van maximaal vierentwintig uur oud op het moment van het aan boord gaan; en

    • c. een op hem betrekking hebbende verklaring van een arts van maximaal achtenveertig uur oud op het moment van het aan boord gaan waarin staat dat hij niet meer besmettelijk is.

  • 6 Een testuitslag of verklaring als bedoeld in het vijfde lid bevat:

    • a. gegevens waardoor valt te herleiden wie de persoon is die is getest of voor wie de verklaring is afgegeven;

    • b. de in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans vermelde conclusie van de testuitslag of verklaring;

    • c. een logo of kenmerk van een instituut of arts.

Artikel 6.14. Negatieve NAAT- of antigeentestuitslag internationale reizigers

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 De persoon, komend vanuit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, na overleg met de gezaghebber, aangewezen hoogrisicogebied A, hoogrisicogebied B, zeer hoogrisicogebied, Bonaire of het Europese deel van Nederland, die gebruikmaakt van bedrijfsmatig personenvervoer als bedoeld in artikel 58p van de wet, beschikt bij de toegang tot het vervoermiddel en tijdens het vervoer over een op hem betrekking hebbende negatieve testuitslag en toont die testuitslag op verzoek aan de aanbieder van dat personenvervoer en een toezichthouder.

  • 2 De persoon, komend vanuit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, na overleg met de gezaghebber, aangewezen hoogrisicogebied A, hoogrisicogebied B, zeer hoogrisicogebied, Bonaire of het Europese deel van Nederland, die anders dan met gebruikmaking van bedrijfsmatig personenvervoer als bedoeld in artikel 58p van de wet, Sint Eustatius inreist, beschikt bij inreis over een op hem betrekking hebbende negatieve testuitslag en toont die testuitslag op verzoek aan een toezichthouder.

  • 3 Een negatieve testuitslag bevat:

    • a. gegevens waardoor valt te herleiden wie de persoon is die is getest;

    • b. de uitslag van:

      • 1°. een NAAT-test; of

      • 2°. een NAAT-test of, met uitzondering van reizigers komend vanuit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangewezen zeer hoogrisicogebied, een antigeentest ingeval van reizigers die aan kunnen tonen dat zij een voltooide vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 als bedoeld in artikel 6.12, zevende lid, hebben gehad op het moment van het aan boord gaan;

    • c. de in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Spaans, Portugees of Italiaans vermelde conclusie dat de geteste persoon op dat moment niet is besmet met het virus SARS-CoV-2;

    • d. gegevens waaruit blijkt dat die NAAT-test maximaal achtenveertig uur oud of die antigeentest maximaal vierentwintig uur oud is op het moment van het aan boord gaan van een vervoermiddel dan wel, ingeval van een persoon als bedoeld in het tweede lid, gegevens waaruit blijkt dat die NAAT-test ten hoogste vierentwintig uur oud of die antigeentest maximaal vierentwintig uur oud is op het moment van vertrek naar Sint Eustatius;

    • e. een logo of kenmerk van een instituut of arts.

  • 4 De persoon, bedoeld in het eerste lid, bewaart de testuitslag tot het bereiken van het woonadres of het adres van een verblijfplaats in Sint Eustatius, diens reisbestemming in Sint Eustatius dan wel het moment van uitreis uit Sint Eustatius.

  • 5 De verplichting om over een negatieve testuitslag te beschikken, bedoeld in het eerste en tweede lid is niet van toepassing op:

    • a. reizigers die gebruikmaken van regionaal grensoverschrijdend personenvervoer dat is georganiseerd via een medische of essentiële diensten corridor;

    • b. personen tot en met elf jaar;

    • c. houders van een door het Ministerie van Buitenlandse Zaken verstrekte diplomatieke identiteitskaart;

    • d. personeelsleden van diplomatieke en consulaire vertegenwoordigingen of internationale organisaties in Nederland, en de leden van hun officiële huishouden, die als zodanig zijn of worden geregistreerd bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken;

    • e. staatshoofden en leden van een buitenlandse regering;

    • f. personen werkzaam in het transport van goederen en ander transportpersoneel, voor zover noodzakelijk en op het moment dat zij in de uitoefening van hun functie reizen of als zij van of naar hun werkzaamheden reizen;

    • g. zeevarenden op andere schepen dan commerciële jachten en pleziervaartuigen in het bezit van een monsterboekje als zij in uitoefening van hun functie reizen of als zij van of naar hun werkzaamheden reizen;

    • h. personen op een vlucht die Sint Eustatius niet als eindbestemming hebben:

      • die wegens onvoorziene omstandigheden naar de luchthaven van Sint Eustatius moeten uitwijken; of

      • die de luchthaven niet verlaten;

    • i. passagiers met een NATO Travel Order of een NATO-2-visum;

    • j. personen die reizen en geen negatieve testuitslag kunnen tonen in verband met urgent transport van lichaamsmaterialen ten behoeve van een medische behandeling;

    • k. personen die reizen en taken uitvoeren van nationaal belang in opdracht van de Minister of Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de eventuele personen die door deze personen worden begeleid;

    • l. reizigers die een retourreis maken met maximaal één overnachting naar een gebied met ten hoogste vijftig besmettingen per honderdduizend inwoners;

    • m. personen die werkzaamheden verrichten gerelateerd aan de gereedstelling of daadwerkelijke inzet van personeel ingedeeld bij Defensie, personeel ingedeeld bij Defensie dat een noodzakelijke korte opleiding moet volgen of experts noodzakelijk voor het functioneren van de krijgsmacht.

  • 6 Indien het vervoer van een persoon buiten diens schuld om vertraagd is, wordt de termijn van de test, als bedoeld in het derde lid, onder d, verlengd met vierentwintig uur.

  • 7 Het eerste en tweede lid zijn niet van toepassing op reizigers die geïnfecteerd zijn geweest met het virus SARS-CoV-2, mits de reiziger kan tonen aan de toezichthouder:

    • a. een op hem betrekking hebbende positieve uitslag van een NAAT-test van minimaal elf en maximaal honderdtachtig dagen oud op het moment van aankomst of inreis in Sint Eustatius;

    • b. een op hem betrekking hebbende positieve uitslag van een NAAT-test van maximaal achtenveertig uur oud of van een antigeentest van maximaal vierentwintig uur oud op het moment van het aan boord gaan dan wel een op hem betrekking hebbende positieve uitslag van een NAAT-test van maximaal vierentwintig uur oud op het moment van vertrek naar Sint Eustatius; en

    • c. een op hem betrekking hebbende negatieve uitslag van een antigeentest van maximaal vierentwintig uur oud op het moment van vertrek of aan boord gaan, dan wel een op hem betrekking hebbende verklaring van een arts van maximaal achtenveertig uur oud op het moment van het aan boord gaan waarin is vermeld dat hij niet meer besmettelijk is of een op hem betrekking hebbende verklaring van een arts van maximaal vierentwintig uur oud op het moment van vertrek naar Sint Eustatius waarin is vermeld dat hij niet meer besmettelijk is.

  • 8 Een testuitslag als bedoeld in het zevende lid bevat:

    • a. gegevens waardoor valt te herleiden wie de persoon is die is getest;

    • b. de in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans vermelde conclusie van de testuitslag;

    • c. een logo of kenmerk van een instituut of arts.

Artikel 6.14a. Vaccinatiebewijzen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 De artikelen 6.12, eerste lid, en 14, eerste en tweede lid, zijn niet van toepassing, indien een persoon, komend uit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, na overleg met de gezaghebber, aangewezen hoogrisicogebied B aan de aanbieder van personenvervoer en aan een toezichthouder een op hem betrekking hebbend bewijs van vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 kan tonen waaruit blijkt dat de vaccinatie met het covid-19-vaccin Janssen, registratienummer EU/1/20/1525, ten minste achtentwintig dagen voor het moment van aankomst in Sint Eustatius is voltooid of de vaccinatie met een ander vaccin ten minste veertien dagen voor het moment van aankomst in Sint Eustatius is voltooid, tenzij de vaccinatie is voltooid in de periode van veertien dagen voorafgaand aan de datum van inwerkingtreding van dit artikelonderdeel.

  • 2 Een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 bestaat uit toediening van een vaccin tegen een infectie veroorzaakt door het virus SARS-CoV-2, dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen of het Europees Medicijn Agentschap of door de WHO is opgenomen op de Emergency Use Listing. Zij is voltooid indien:

    • a. de vaccinatie bestaat uit de toediening van één vaccin en dit vaccin is toegediend; of

    • b. de vaccinatie bestaat uit de toediening van twee vaccins; en

      • 1°. beide vaccins zijn toegediend met inachtneming van het aanbevolen interval; of

      • 2°. één vaccin is toegediend en is bevestigd dat de gevaccineerde persoon blijkens een positieve testuitslag eerder geïnfecteerd is geweest met het virus SARS-CoV-2.

  • 3 Een bewijs van voltooide vaccinatie bevat in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans:

    • a. gegevens waaruit valt te herleiden wie de persoon is die is gevaccineerd;

    • b. gegevens waaruit blijkt dat een vaccinatie tegen het virus SARS-Cov-2 is toegediend en is voltooid;

    • c. de merknaam en de naam van de fabrikant of handelsvergunninghouder van elk vaccin dat is toegediend;

    • d. de datum van toediening van elk vaccin dat is toegediend;

    • e. de afgever van het bewijs van vaccinatie.

Artikel 6.14b. Herstelbewijzen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 De artikelen 6.12, eerste lid, en 14, eerste en tweede lid, zijn niet van toepassing, indien een persoon, komend uit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, na overleg met de gezaghebber, aangewezen hoogrisicogebied B een op hem betrekking hebbende positieve testuitslag van een NAAT-test, afgenomen in de Europese Unie, van minimaal 11 en maximaal 180 dagen oud op het moment van aankomst in Sint Eustatius kan tonen aan de aanbieder van personenvervoer en aan een toezichthouder.

  • 2 Een positieve testuitslag bevat in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans:

    • a. gegevens waaruit valt te herleiden wie de persoon is die is getest;

    • b. de uitslag van een NAAT-test;

    • c. de datum en het tijdstip van de afname van de test;

    • d. een logo of kenmerk van een instituut of arts.

Artikel 6.15

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 2 Onder een positieve testuitslag als bedoeld in de artikelen 6.12, vijfde lid, onder a, en 6.14, zevende lid, onder a, wordt mede verstaan een certificaat als bedoeld in artikel 3, eerste lid, onder c, van verordening (EU) 2021/953 van het Europees parlement en de Raad van 14 juni 2021 betreffende een kader voor de afgifte, verificatie en aanvaarding van interoperabele COVID-19-vaccinatie-, test- en herstelcertificaten (digitaal EU-COVID-certificaat) teneinde het vrije verkeer tijdens de COVID-19-pandemie te vergemakkelijken (PbEU 2021, L 211).

  • 3 Indien een certificaat als bedoeld in het tweede lid wordt gebruikt voor toepassing van artikel 6.12, vijfde lid, of 6.14, zevende lid, zijn onderdeel b en, voor zover die de verklaring van een arts betreft, onderdeel c van het desbetreffende lid niet van toepassing.

§ 6a. Coronatoegangsbewijzen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Artikel 6a.1. Test

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Een testuitslag wordt verkregen door een test op infectie met het virus SARS-CoV-2 te laten afnemen.

  • 2 De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport biedt aan ieder de mogelijkheid om zich te laten testen op infectie met het virus SARS-CoV-2 ten behoeve van het verkrijgen van een coronatoegangsbewijs, waarbij de kosten van de uitvoering van het testen voor rekening komen van Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Artikel 6a.1a. Vaccinatie

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 bestaat uit toediening van een vaccin tegen een infectie veroorzaakt door het virus SARS-CoV-2, dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen of het Europees Medicijn Agentschap dan wel door de WHO is opgenomen op de Emergency Use Listing.

Artikel 6a.1b. Herstel

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Herstel van het virus SARS-CoV-2 bestaat uit het herstel van een infectie veroorzaakt door het virus SARS-CoV-2, welke infectie is vastgesteld door middel van een positieve testuitslag.

Artikel 6a.2. Testuitslag

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Om voor een resultaat te kunnen worden gebruikt, bevat een testuitslag:

  • a. de naam en de geboortedatum van de geteste persoon;

  • b. het type test dat is uitgevoerd;

  • c. de datum en het tijdstip van de afname van de test; en

  • d. de uitslag van de uitgevoerde test.

Artikel 6a.2a. Verklaring van vaccinatie

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Om voor een resultaat te kunnen worden gebruikt, bevat een verklaring van vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2:

  • a. de naam en de geboortedatum van de gevaccineerde persoon;

  • b. de merknaam en de naam van de fabrikant van elk vaccin dat is toegediend;

  • c. de datum van toediening van elk vaccin dat is toegediend;

  • d. indien van toepassing, een bevestiging van een eerdere positieve testuitslag.

Artikel 6a.2b. Verklaring van herstel

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Om voor een resultaat te kunnen worden gebruikt, bevat een verklaring van herstel van het virus SARS-CoV-2 een testuitslag met:

  • a. de naam en de geboortedatum van de herstelde persoon;

  • b. het type test dat is uitgevoerd;

  • c. de datum en het tijdstip van de afname van de test;

  • d. de uitslag van de uitgevoerde test.

Artikel 6a.3. Elektronisch of papieren coronatoegangsbewijs

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Een elektronisch of papieren coronatoegangsbewijs bestaat uit een QR-code die aan de volgende eisen voldoet:

  • a. de QR-code is voorzien van een elektronische handtekening van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

  • b. de QR-code bevat de volgende gegevens:

    • 1°. de eerste letter van de voornaam, de eerste letter van de achternaam, de geboortemaand en de geboortedag van de persoon waarop het coronatoegangsbewijs betrekking heeft, met dien verstande dat in het geval van een elektronisch coronatoegangsbewijs bij een zeldzame combinatie van deze gegevens slechts één of meerdere van deze gegevens wordt opgenomen;

    • 2°. de datum en het op hele uren afgeronde tijdstip vanaf welke het coronatoegangsbewijs geldig is; en

    • 3°. de duur van de geldigheid van het coronatoegangsbewijs, bepaald overeenkomstig artikel 6a.4, eerste lid, onder d, tweede lid, onder d en e, of derde lid, onder d;

  • c. de QR-code is zodanig samengesteld dat bij het lezen daarvan met de door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie, bedoeld in artikel 58re, derde lid, van de wet wordt getoond of de QR-code een geldig coronatoegangsbewijs bevat en zo ja, wat de gegevens zijn, bedoeld in onderdeel b, onder 1°.

Artikel 6a.4. Geldig coronatoegangsbewijs

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Een coronatoegangsbewijs op basis van een negatieve testuitslag is geldig voor deelname aan een activiteit of toegang tot een voorziening waarvoor het beschikken over een resultaat krachtens de wet is voorgeschreven indien:

    • a. het coronatoegangsbewijs betrekking heeft op de persoon die de deelname of de toegang wenst;

    • b. een NAAT-test, een antigeentest of een ademtest op een infectie met het virus SARS-Cov-2 is uitgevoerd;

    • c. de uitslag van de uitgevoerde test negatief is; en

    • d. op het moment van aanvang van de deelname of toegang niet meer dan veertig uren zijn verstreken sinds het tijdstip van afname van de test, bepaald overeenkomstig artikel 6a.3, onderdeel b, onder 2°.

  • 2 Een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 is geldig voor deelname aan een activiteit of toegang tot een voorziening waarvoor het beschikken over een resultaat krachtens de wet is voorgeschreven indien:

    • a. het coronatoegangsbewijs betrekking heeft op de persoon die de deelname of de toegang wenst;

    • b. de vaccinatie is voltooid doordat:

      • 1°. de vaccinatie bestaat uit de toediening van één vaccin en dit vaccin is toegediend; of

      • 2°. de vaccinatie bestaat uit de toediening van twee vaccins en

        • beide vaccins zijn toegediend met inachtneming van het aanbevolen interval; of

        • één vaccin is toegediend en is bevestigd dat de gevaccineerde persoon blijkens een positieve testuitslag eerder geïnfecteerd is geweest met het virus SARS-CoV-2; en

    • c. op het moment van aanvang van de deelname of toegang:

      • 1°. ten minste achtentwintig dagen zijn verstreken met ingang van de datum van voltooiing van de vaccinatie met het covid-19-vaccin Janssen, registratienummer EU/1/20/1525, tenzij de vaccinatie is voltooid in de periode van veertien dagen voorafgaand aan de datum van inwerkingtreding van dit artikelonderdeel; of

      • 2°. ten minste veertien dagen zijn verstreken met ingang van de datum van voltooiing van de vaccinatie met een ander vaccin dan bedoeld onder 1°;

    • d. voor zover het coronatoegangsbewijs betrekking heeft op een persoon van 18 jaar of ouder, op het moment van aanvang van de deelname of toegang niet meer dan 270 dagen zijn verstreken sinds de datum van voltooiing van de vaccinatie, tenzij in aanvulling op die voltooide vaccinatie een vaccin is toegediend dat eveneens is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen of het Europees Medicijn Agentschap, dan wel door de wereldgezondheidsorganisatie is opgenomen op de Emergency Use Listing; en

    • e. voor zover het een papieren coronatoegangsbewijs betreft, op het moment van aanvang van de deelname of toegang niet meer dan 90 dagen zijn verstreken sinds de uitgifte van dat bewijs.

  • 3 Een coronatoegangsbewijs op basis van herstel van het virus SARS-CoV-2 is geldig voor deelname aan een activiteit of toegang tot een voorziening waarvoor het beschikken over een resultaat krachtens de wet is voorgeschreven indien:

    • a. het coronatoegangsbewijs betrekking heeft op de persoon die de deelname of de toegang wenst;

    • b. een NAAT-test of een antigeentest is uitgevoerd;

    • c. de uitslag van de uitgevoerde test positief is; en

    • d. op het moment van aanvang van de deelname of toegang:

      • 1°. ten minste elf dagen en ten hoogste 180 dagen zijn verstreken sinds het tijdstip van afname van de test, bepaald overeenkomstig artikel 6a.3, onder b, onder 2°; en

      • 2°. voor zover het een papieren coronatoegangsbewijs betreft, niet meer dan 90 dagen zijn verstreken sinds de uitgifte van dat bewijs.

Artikel 6a.5. Verplichtingen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Bij aanvang van de deelname aan een activiteit of de toegang tot een voorziening waarvoor het beschikken over een resultaat krachtens de wet is voorgeschreven:

    • a. verzoekt de beheerder de persoon die de deelname of de toegang wenst, een coronatoegangsbewijs en een identiteitsdocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht te tonen;

    • b. toont de persoon die de deelname of de toegang wenst, zijn coronatoegangsbewijs en zijn identiteitsdocument aan de beheerder; en

    • c. ontzegt de beheerder de persoon die geen geldig coronatoegangsbewijs of geen geldig identiteitsdocument toont, de deelname of de toegang.

  • 2 Bij aanvang van de deelname of de toegang toont de persoon die de deelname of toegang wenst, tevens zijn coronatoegangsbewijs en zijn identiteitsdocument aan een toezichthouder op diens verzoek.

Artikel 6a.6. Persoonsgegevens test

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 De uitvoerder van de test verstrekt op verzoek van de geteste persoon, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie, ten behoeve van een elektronisch of schriftelijk coronatoegangsbewijs op basis van een testuitslag de volgende gegevens:

    • a. de naam en de geboortedatum van de geteste persoon;

    • b. het type test dat is uitgevoerd;

    • c. de datum en het op hele uren afgeronde tijdstip van afname van de test;

    • d. de uitslag van de uitgevoerde test; en

    • e. een code voor het opvragen van de gegevens, bedoeld onder a tot en met d, tenzij de geteste persoon voor het opvragen van deze gegevens gebruik maakt van DigiD.

  • 2 De geteste persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

  • 3 Bij de uitvoering van het eerste en tweede lid en het gebruik van de in het tweede lid bedoelde applicatie wordt het IP-adres verwerkt dat de geteste persoon gebruikt.

  • 4 De uitvoerder van de test verstrekt op verzoek van de geteste persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

  • 5 De beheerder en de toezichthouder kunnen de gegevens, bedoeld in artikel 6a.3, onderdeel b, door middel van de applicatie, bedoeld in artikel 58re, derde lid, van de wet verwerken om te zien of het elektronisch of schriftelijk coronatoegangsbewijs geldig is en zo ja, wat de gegevens zijn, bedoeld in artikel 6a.3, onderdeel b, onder 1°.

Artikel 6a.6a. Persoonsgegevens vaccinatie

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 Op verzoek van de gevaccineerde persoon, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie, gaat de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ten behoeve van een elektronisch of schriftelijk coronatoegangsbewijs op basis van een verklaring van vaccinatie na of het RIVM in het COVID-vaccinatie Informatie- en Monitoringsysteem beschikt over gegevens met betrekking tot diens vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 en zo nee, wie die persoon een vaccinatie tegen dat virus heeft toegediend.

  • 2 Het RIVM of, indien het RIVM niet beschikt over de gegevens, de toediener van de vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 verstrekt op verzoek van de gevaccineerde persoon, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie, ten behoeve van een elektronisch of schriftelijk coronatoegangsbewijs op basis van een verklaring van vaccinatie de volgende gegevens:

    • a. de naam en de geboortedatum van de gevaccineerde persoon;

    • b. de merknaam en de naam van de fabrikant van elk vaccin dat is toegediend;

    • c. de datum van toediening van elk vaccin dat is toegediend;

    • d. indien van toepassing, de bevestiging van een positieve testuitslag.

  • 3 Ter uitvoering van het verzoek, bedoeld in het eerste of tweede lid, worden de naam en geboortedatum van de gevaccineerde persoon verwerkt.

  • 4 De gevaccineerde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het tweede lid, door middel van:

  • 5 Bij de uitvoering van de voorgaande leden en het gebruik van de in het vorige lid bedoelde applicatie wordt het IP-adres verwerkt dat de gevaccineerde persoon gebruikt.

  • 6 De toediener van de vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 dan wel, indien het een in het buitenland toegediende vaccinatie tegen dat virus betreft, de afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Sint Eustatius, verstrekt op verzoek van de gevaccineerde persoon met de gegevens, bedoeld in het tweede lid een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

  • 7 Het verzoek, bedoeld in het zesde lid, met betrekking tot een in het buitenland toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2:

    • a. kan worden gedaan door een in het Europese deel van Nederland of in een van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba woonachtige betrokkene of door een in het buitenland woonachtige betrokkene met de Nederlandse nationaliteit;

    • b. wordt in persoon gedaan, waarbij betrokkene zich legitimeert aan de hand van een geldig identiteitsdocument als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht of artikel 2 van de Wet identificatieplicht BES;

    • c. gaat vergezeld van een betrouwbaar vaccinatiebewijs waarop in het Nederlands, Engels, Duits, Frans, Italiaans, Portugees of Spaans de gegevens, bedoeld in het tweede lid, zijn vermeld en dat is voorzien van een logo of kenmerk van een instituut of arts; en

    • d. betreft een vaccinatie die op het moment van het verzoek voldoet aan de voorwaarden, genoemd in artikel 6a.4, tweede lid, onder b, onder c en onder d.

  • 8 Een coronatoegangsbewijs op basis van een in het buitenland toegediende vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 wordt uitsluitend verstrekt voor een vaccin dat is goedgekeurd door het College ter beoordeling van geneesmiddelen, het Europees Medicijn Agentschap of de Wereldgezondheidsorganisatie.

  • 9 Indien bij het aanmaken van een coronatoegangsbewijs op basis van een vaccinatie tegen het virus SARS-CoV-2 met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet of met de door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde webapplicatie of portalapplicatie uit raadpleging van persoonsgegevens waarover de afdeling publieke gezondheid van het openbare lichaam Sint Eustatius beschikt uit hoofde van de uitvoering van testen op infectie met het virus SARS-CoV-2 of de registratie van infecties met dat virus blijkt dat de gevaccineerde persoon geïnfecteerd is geweest met het virus SARS-CoV-2, wordt de vaccinatie reeds als voltooid aangemerkt na toediening van één vaccin indien de vaccinatie uit twee vaccins bestaat.

  • 10 De beheerder en de toezichthouder kunnen de gegevens, bedoeld in artikel 6a.3, onder b, door middel van de applicatie, bedoeld in artikel 58re, derde lid, van de wet verwerken om te zien of het elektronisch of schriftelijk coronatoegangsbewijs geldig is en zo ja, wat de gegevens zijn, bedoeld in artikel 6a.3, onder b, onder 1°.

Artikel 6a.6b. Persoonsgegevens herstel

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 De verklaarder van het herstel van het virus SARS-CoV-2 verstrekt op verzoek van de herstelde persoon, gedaan met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gesteld applicatie, ten behoeve van een elektronisch of schriftelijk coronatoegangsbewijs op basis van herstel van het virus SARS-CoV-2 de volgende gegevens:

    • a. de naam en de geboortedatum van de herstelde persoon;

    • b. het type test dat is uitgevoerd;

    • c. de datum en het op hele uren afgeronde tijdstip van afname van de test;

    • d. de uitslag van de uitgevoerde test;

    • e. een code voor het opvragen van de gegevens, bedoeld onder a tot en met d, tenzij de geteste persoon voor het opvragen van deze gegevens gebruikmaakt van DigiD.

  • 2 De gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, kunnen tevens worden verkregen van de afdeling Publieke Gezondheid uit de registratie, bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de wet, van infecties met het virus SARS-CoV-2 die is aangesloten op een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde applicatie voor het aanmaken van een coronatoegangsbewijs.

  • 3 De herstelde persoon kan met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, door middel van:

  • 4 Bij de uitvoering van het eerste en tweede lid en het gebruik van de in het vorige lid bedoelde applicatie wordt het IP-adres verwerkt dat de geteste persoon gebruikt.

  • 5 De verklaarder van het herstel van het virus SARS-CoV-2 verstrekt op verzoek van de herstelde persoon met de gegevens, bedoeld in het eerste lid, onder a tot en met d, een coronatoegangsbewijs op basis van herstel van het virus SARS-CoV-2 op papier door de daarvoor benodigde persoonsgegevens te verwerken met een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport beschikbaar gestelde portalapplicatie.

  • 6 De beheerder en de toezichthouder kunnen de gegevens, bedoeld in artikel 6a.3, onder b, door middel van de applicatie, bedoeld in artikel 58re, derde lid, van de wet verwerken om te zien of het elektronisch of schriftelijk coronatoegangsbewijs geldig is en zo ja, wat de gegevens zijn, bedoeld in artikel 6a.3, onder b, onder 1°.

Artikel 6a.6c. Verzoek certificaat

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Een verzoek om een certificaat als bedoeld in artikel 1 van het Tijdelijk besluit DCC wordt tevens aangemerkt als een verzoek om een coronatoegangsbewijs.

Artikel 6a.6d. Inlezen certificaat

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

De geteste, gevaccineerde of herstelde persoon kan zijn persoonsgegevens, opgenomen in respectievelijk een namens Nederland op papier uitgegeven testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat als bedoeld in artikel 8 of 9 van het Tijdelijk besluit DCC, met de applicatie, bedoeld in artikel 58re, eerste lid, onderdeel a, onder 1°, van de wet, verwerken om een elektronisch coronatoegangsbewijs en respectievelijk een digitaal testcertificaat, vaccinatiecertificaat of herstelcertificaat aan te maken.

Artikel 6a.7. Duur zichtbaarheid

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 2 Het coronatoegangsbewijs wordt als ongeldig aangemerkt indien het is opgenomen in een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aangelegde lijst van coronatoegangsbewijzen waarvan bij de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het gegronde vermoeden bestaat dat handelingen zijn verricht met of met betrekking tot het coronatoegangsbewijs, die het vertrouwen in het coronatoegangsbewijs hebben geschaad of zullen schaden.

Artikel 6a.8. Uitzondering

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

  • 1 De vaststelling dat een persoon vanwege een beperking of een ziekte geen test kan ondergaan die nodig is om de voorgeschreven testuitslag te verkrijgen of als gevolg van een dergelijke test ernstig ontregeld raakt, geschiedt overeenkomstig een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport vast te stellen protocol.

  • 2 In het protocol, bedoeld in het eerste lid, wordt tevens bepaald op welke wijze een persoon als bedoeld in het eerste lid toegang geboden kan worden tot activiteiten of voorzieningen waarvoor het beschikken over een resultaat krachtens de wet is voorgeschreven alsmede welke verwerking van persoonsgegevens daarvoor noodzakelijk is.

  • 3 De persoon, bedoeld in het eerste lid, neemt bij deelname aan activiteiten of toegang tot voorzieningen waarvoor een coronatoegangsbewijs is voorgeschreven passende maatregelen die redelijkerwijze verlangd kunnen worden om eventuele overdracht van het virus SARS-CoV-2 te voorkomen.

§ 7. Slotbepalingen

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Artikel 7.1. Inwerkingtreding en verval

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Deze regeling treedt in werking op het tijdstip waarop artikel I, onderdeel A, van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 in werking treedt en vervalt op het tijdstip waarop hoofdstuk Va van de wet vervalt.

Artikel 7.2. Citeertitel

[Regeling vervallen per 20-05-2022]

Deze regeling wordt aangehaald als: Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Sint Eustatius.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

H.M. de Jonge

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

K.H. Ollongren

Naar boven